53,000 English-Dutch entries - Part 2
Appearance
Info: 53,000 English-Dutch entries Can’t remember where I found this file. Author seems to be a translator called Eric Paroissien.
- 53,000 English-Dutch entries - Part 1
- 53,000 English-Dutch entries - Part 2
- 53,000 English-Dutch entries - Part 3
- 53,000 English-Dutch entries - Part 4
daughter-in-law : schoondochter daunt : afschrikken davy : mijnlamp dawn : aanbreken van de dag dawn : aurora dawn : dageraad dawn : morgenlicht dawn : morgenrood dawn : ochtendgloren day : dag day : etmaal day after tomorrow : overmorgen day before yesterday : eergisteren day-dreamer : dromer day-dreamer : mijmeraar day-ticket : dagkaart daybreak : aanbreken van de dag daybreak : dageraad daybreak : ochtendgloren daydream : dagdromen daydream : dagdroom daydream : dromen daydream : droom daydream : mijmeren daydream : wensdroom daylight : daglicht dazed : bedremmeld dazed : beduusd dazed : beteuterd dazed : verbijsterd dazed : verbouwereerd dazzle : blind maken dazzle : verblinden dc : gelijkspanning de luxe : luxueus de luxe : weelderig deacon : diaken dead : afgestorven dead : bloed- dead : dode dead : dodelijk dead : doden dead : dood dead : dood- dead : doods dead : gestorven dead : gestorvenen dead : oer- dead : overleden dead : overledenen dead : ter ziele dead-end street : doodlopende straat dead-nettle : dovenetel deaden : afbetalen deaden : aflossen deaden : afschrijven deaden : amortiseren deaden : delgen deaden : uitdelgen deadlock : dood punt deadlock : impasse deadly : dodelijk deadly : moorddadig deaf : doof deaf : dove deaf : doven deaf : doven- deaf and dumb : doofstom deal : behandelen deal : delen deal : handelen deal : regelen deal : ronddelen deal : rondgeven deal : te maken hebben met deal : uitdelen deal : uitreiken deal : verdelen deal in secondhand goods : in tweedehands goederen handelen deal with (dealt : behandelen deal with : aan komen lopen deal with : aanpakken deal with : beginnen met deal with : behandelen deal with : gaan over deal with : omgaan met deal with : onderhandelen deal with : toetreden dealt) : behandelen dean : decaan dean : deken dean : rare deken dear : beste dear : dierbaar dear : duur dear : geacht dear : geachte dear : gezien dear : kostbaar dear : lief dear : prijzig dear to the heart : na aan het hart death : dood death : overlijden death : sterfgeval death : verscheiden death : versterf death penalty : doodstraf death throes : agonie death throes : doodsangst death throes : doodsstrijd death throes : stervensnood death throes : zieltoging debatable : aanvechtbaar debatable : betwistbaar debate : bespreken debate : bespreking debate : debat debate : debatteren debate : uitpraten debauch : aan de rol zijn debauch : boemelen debauch : brassen debauch : slempen debauch : uitspatten debauch : zwijnen debauchery : uitspatting debit : debet debit : debetzijde debris : afval debris : prullaria debris : puin debris : rommel debris : rommelzooi debris : vuil debris : vuilnis debt : schuld debtor : debiteur debugger : debugger debunk : doorprikken debunk : ontmaskeren decade : decennium decade : tien jaar decaf : deca decaf : decaf decametre : decameter decametre : roede decant : afgieten decant : afschenken decant : decanteren decanter : decanteren decanter : karaf decapitate : het hoofd afslaan decapitate : onthoofden decay : bederen decay : bederf decay : bederven decay : debâcle decay : ondergang decay : rampspoed decay : tegenspoed decay : verval decayed : aftands decayed : bouwvallig decayed : gammel decayed : uitgeleefd decayed : uitgewoond decayed : wrak deceased : overleden deceased : overledene or deceased : overledenen deceitful : bedrieglijk deceive : bedriegen deceive : misleiden deceived : bedrogen deceived : gedupeerd deceived one : bedrogene deceived one : dupe deceived person : bedrogene deceived person : dupe deceiver : bedrieger december : december decent : behoorlijk decent : betamelijk decent : fatsoenlijk decent : keurig decent : voegzaam decent : welvoeglijk decently : behoorlijk decently : fatsoenlijk decently : naar behoren decently : netjes decently : passend deceptive : bedrieglijk deceptive : misleidend deceptive : onoprecht decide : beslissen decide : besluiten decide : uitmaken decide : zich voornemen decider : beslissingswedstrijd decider : finale deciduous : loof- decimal : decimaal decimal : decimaalstelsel decimal : decimale decimal : tientallig decimal : tientallig talstelsel decimal : tientallige decimetre : decimeter decimetre : palm decipher : ontcijferen decipher : ontraadselen decision : arrest decision : beslissing decision : beslistheid decision : besluit decision : uitspraak decision : wijzing decision-making : besluitvorming decisive : afdoend decisive : beslissend decisive : cruciaal decisive : finaal decisive : overtuigend decisive : stringent decisive : van overwegend belang deck : dek deck : scheepsdek deck : verdek declaim : declameren declaim : opzeggen declaim : voordragen declaration : aangifte declaration : betuiging declaration : declaratie declaration : uitspraak declaration : verklaring declaration of policy : beginselverklaring declaration of policy : programma declare : aangeven declare : betuigen declare : declareren declare : verklaren declare unfit for use : afkeuren declension : verbuiging decline : achteruitgaan decline : achteruitgang decline : afname decline : afnemen decline : afslaan decline : afwijzen decline : dalen decline : kleiner worden decline : mislukken decline : tegenlopen decline : teruggang decline : terugval decline : verloop decline : verminderen decline : vermindering decline : verslechteren decline : verval decline : vervallen decoction : afkooksel decode : decoderen decompose : ontbinden decompose : vergaan decompose : verrotten decorate : decoreren decorate : opsieren decorate : schilderen decorate : sieren decorate : tooien decorate : uitdossen decorate : versieren decoration : decor decoration : decoratie decoration : onderscheiding decoration : ridderorde decoration : sieraad decoration : tooisel decoration : versiering decoration : versiersel decorator : behanger decorator : schilder decoy : lokken decrease : afdraaien decrease : afname decrease : afnemen decrease : afslaan decrease : dalen decrease : daling decrease : inkorten decrease : kleiner worden decrease : minder worden decrease : minderen decrease : slinken decrease : tanen decrease : verflauwen decrease : verkleinen decrease : verlagen decrease : verlaging decrease : verminderen decree : besluit decree : decreet decree : decreteren decree : verordenen decree : verordening decree : voorschrift decree : voorschrijven decrepit : aftands decrepit : bouwvallig decrepit : gammel decrepit : uitgeleefd decrepit : uitgewoond decrepit : wrak decrypt : decoderen decrypt : decrypteren decrypt : ontcijferen decrypt : ontsleutelen dedicate : opdragen dedicate : spanderen dedicate : spenderen dedicate : toewijden dedicate to : wijden aan dedication : toewijding deduce : abstraheren deduce : afleiden deduce : deduceren deduct : afhalen deduct : aftrekken deduct : rissen deduct : ritsen deduct : wegnemen deductible : aftrekbaar deed : akte deed : daad deem : achten deem : beschouwen deem : geloven deem : houden voor deem : menen deem : van mening zijn deem : verslijten voor deem : vinden deem : zien deem : zien als deep : diep deep : laag deep : zwaar deer : hert deer : herte- deer : herten- deer- : herte- deer- : herten- deer-park : hertenkamp defamation : belastering default : default default : standaardwaarde defeat : bevangen defeat : nederlaag defeat : overwinnen defeat : verslaan defeat : zegevieren defeatism : berusting defeatism : defaitisme defecate : kakken defecate : ontlasting hebben defecate : poepen defecate : schijten defection : afval defection : ontrouw defection : trouwbreuk defence : achterhoede defence : afweer defence : defensie defence : noodweer defence : verdediging defence : verweer defence : weer defence : zelfverdediging defend : opkomen voor defend : verdedigen defend : verweren defendant : aangeklaagde defendant : beklaagde defendant : beschuldigde defendant : verweerder defense : afweer defense : defensie defense : noodweer defense : verdediging defense : verweer defense : weer defense : zelfverdediging deference : eerbiedwaardigheid defiance : trots defiantly : in weerwil van defiantly : niettegenstaande defiantly : ondanks defiantly : ten spijte van defiantly : trots deficit : deficit deficit : gat in de begroting deficit : kastekort deficit : nadelig saldo deficit : tekort defile : bergengte defile : bergpas defile : ontheiligen defile : ontwijden defile : profaneren defile : schenden defile : verontheiligen define : bepalen define : definiëren define : omschrijven defining : bepalend definite : bepaald definite : definitief definite : onherroepelijk definite : vast definite article : bepaald lidwoord definite article : bepalend lidwoord definite article : lidwoord van bepaaldheid definitely : bepaald definitely : beslist definitely : definitief definitely : per se definitely : strikt definitely : volstrekt definitely : vooral definitely : voorgoed definitely : zeker definitely not : beslist niet definitely not : in het minst niet definitely not : vooral niet definition : bepaling definition : definitie definition : omschrijving definitive : definitief definitive : onherroepelijk definitive : vast deflect : afwijken deflection : afwijking deformed : mismaakt deformed : misvormd defraud : bedonderen defraud : belazeren defraud : frauderen defraud : knoeien defraud : verneuken defraud : zwendelen defray the cost of : bekostigen defy : provoceren defy : tarten defy : tergen defy : trotseren defy : uitdagen defy : uitlokken defy : uittarten degenerate : degenereren degenerate : gedegenereerd degenerate : laaggezonken degenerate : ontaarden degenerate : verbasteren degenerate : verworden degenerate : zinken degrade : degraderen degrade : verlagen degree : graad degree : kop degree : mate degree : onderschrift degree : titel degree : trap degree celsius : graden celsius degrees of comparison : trappen van vergelijking deism : deïsme deity : godheid dejected : bedrukt dejected : gedrukt dejection : bedruktheid dejection : beklemming dejection : gedruktheid dejection : neerslachtigheid delay : aanhouden delay : oponthoud delay : opschorting delay : uitstel delay : uitstellen delay : verdagen delay : verdaging delay : verlating delay : verlet delay : verschuiven delay : vertraging delegate : afgevaardigde delegate : afvaardigen delegate : delegeren delegate : gedelegeerde delegate : gedeputeerde delegation : afvaardiging delegation : delegatie delete : afdrogen delete : afvegen delete : afwissen delete : uitvegen delete : uitwissen delete : vegen delete : wegvagen delete : wegvegen delete : wegwissen delete : wissen deliberate : beraadslagen deliberate : confereren deliberate : doordacht deliberate : doordachte deliberate : doordenken deliberate : met opzet deliberate : opzettelijk deliberate : opzettelijke deliberate : overleggen deliberate : overwegen deliberate : ruggespraak houden deliberate : voor expres deliberate : weloverwogen deliberately : bewust deliberately : expres deliberately : met opzet deliberately : moedwillig deliberately : opzettelijk deliberately : wetens deliberation : beraad deliberation : beraadslaging deliberation : overweging deliberation : ruggespraak delicacy : lekkernij delicacy : snoep delicacy : snoepgoed delicacy : versnapering delicate : delicaat delicate : fijn delicate : gevoelig delicate : iel delicate : kies delicate : kieskeurig delicate : tactvol delicate : teder delicate : teer delicious : heerlijk delicious : kostelijk delicious : lekker delicious : overheerlijk delicious : smakelijk delight : in verrukking brengen delight : verrukken delight : verrukking delight : vreugde delight in : genieten delight in : genieten van delight in : zich verheugen in delight in : zich verlustigen in delighted : verrukt delightful : beeldig delightful : betoverend delightful : heerlijk delightful : verrukkelijk delineate : aflijnen delineate : aftekenen delineate : omlijnen delineate : omtrekken delineate : uittekenen delirious : van een delirium delirium : delirium delirium : geijl deliver : afleveren deliver : baren deliver : bestellen deliver : bevrijden deliver : bezorgen deliver : leveren deliver : toevoeren delivery : afgifte delivery : aflevering delivery : baring delivery : bezorging delivery : inlevering delivery : levering delivery : overdracht delivery : voortbrenging delivery van : bestelauto delivery van : bestelwagen delta : delta delude : begoochelen delude : beheksen delude : betoveren delude : illusies wekken bij deluge : zondvloed delusion : begoocheling delusion : betovering delusive : bedrieglijk delusive : misleidend deluxe : luxueus deluxe : weelderig demagogue : demagoog demand (for) : vraag (naar) demand : afname demand : aftrek demand : afzet demand : eis demand : eisen demand : omzet demand : opeisen demand : rekenen demand : vereisen demand : vergen demand : voorschrijven demand : vorderen demand : vraag demand an account : rekenschap vragen demigod : halfgod demigodess : halfgodin demo : demo demo : demonstratie demob : afzwaaien democracy : democratie democracy : volksregering democrat : democraat democratic : democratisch demolish : afbreken demolish : afgeven op demolish : afkammen demolish : neerhalen demolish : slopen demolition : afbraak demolition : ontmanteling demolition : slechting demolition : sloop demon : boze geest demon : demon demon : duivel demonic : demonisch demonic : duivels demonic : satanisch demonstrate : aantonen demonstrate : belichten demonstrate : betogen demonstrate : bewijzen demonstrate : demonstreren demonstrate : laten blijken demonstrate : manifesteren demonstrate : tentoonstellen demonstrate : uitstallen demonstrate : vertonen demonstration : demonstration : betoging demonstration : bewijs demonstration : demonstratie demonstration : manifestatie demonstration : vertoning demonstrative : aanwijzend voornaamwoord demonstrative pronoun : aanwijzend voornaamwoord demure : quasi-preuts demure : quasi-zedig demure : uitgestreken den : grot den : hol den : holte den : kavalje den : kot den : krocht den : krot den : nest den : rothuis den : spelonk denial : ontkenning denigrate : denigreren denigrate : kleineren denim : denim denim : spijkerstof denmark : denemarken denotation : hoofdbetekenis denounce : aanbrengen denounce : aangeven denounce : aanklagen denounce : afkeuren denounce : bekendmaken denounce : beschuldigen denounce : klikken denounce : opzeggen denounce : verklikken dense : dicht dense : dik dense : gebonden density : dichtheid dental : getand dental : tand- dentist : tandarts deny : loochenen deny : ontkennen deny oneself : abnegeren deny oneself : zich verloochenen deny oneself : zich versterven deoxyribonucleic acid : desoxyribonucleïnezuur depart : afgaan depart : afreizen depart : afvaren depart : op reis gaan depart : vertrekken depart : weggaan depart : zich verwijderen department : afdeling department : branche department : departement department : tak department : vak department store : warenhuis departure : afrit departure : afvaart departure : uittocht departure : vertrek depend (on) : afhangen (van) depend : afhangen depend : afhankelijk zijn depend : deel uitmaken depend onldepend upon : afhangen van depend onldepend upon : afhankelijk zijn van dependant on : afhankelijk van dependence : afhankelijkheid dependence : verslaving dependent (on) : afhankelijk (van) dependent : afhankelijk dependent : onderhorig depict : afbeelden depict : uitbeelden depict : verbeelden depict : verzinnelijken depict : voorstellen deplorable : bedroevend deplorable : grievend deplorable : spijtig deplorable : verdrietelijk deport : deporteren deportment : gedrag deportment : houding deportment : wandel depose : afzetten depose : eed afleggen depose : onttronen depose : uit het ambt ontzetten depose : van de troon stoten deposit : aanbetaling deposit : afgeven deposit : afzetten deposit : afzetting deposit : deponeren deposit : doen bezinken deposit : in bewaring geven deposit : inleggen deposit : neerzetten deposit : neerzetting deposit : storten deposit : storting depository : bergplaats depository : bewaarplaats depository : depot depravation : bederf depress : deprimeren depress : neerdrukken depress : neerslachtig maken depress : terneerdrukken depressed : bedrukt depressed : down depressed : gedrukt depressed : terneergeslagen depressing : deprimerend depression : bedruktheid depression : beklemming depression : crisis depression : depressie depression : gedruktheid depression : neerslachtigheid deprive ... of : beroven deprive ... of : ontdoen deprive ... of : ontnemen deprive : afzetten deprive : beroven deprive : laten uitstappen deprive : ontdoen deprive : ontnemen deprive of : ontzetten uit deprive of : zuiveren van depth : diepte depth : kolk deputation : afvaardiging deputation : delegatie depute : afvaardigen depute : deputeren depute : tot afgevaardigde kiezen deputy : afgevaardigde deputy : gedeputeerde deputy : plaatsvervangend deputy : subsidiair deputy : vervangend deputy : waarnemend deride : bespotten deride : de spot drijven met deride : voor de zot houden deride : zich vrolijk maken over derision : bespotting derision : persiflage derivation : derivation : afleiding derivative : afgeleide derivative : afleiding derivative : derivaat derive : afleiden derive : afstammen derive : aftappen derive : deduceren derive : het gevolg zijn van derive : ontspruiten derive : ontstaan derive : voortkomen derive from : afleiden van dermatologist : dermatoloog derrick : hijskraan derrick : kraan descend (from) : afstammen (van) descend : afdalen descend : dalen descend : naar beneden gaan descend : verzakken descend : wegzakken descend : zakken descend : zinken descendant (of) : afstammeling (van) descent : afdaling descent : neerdaling describe : beschrijven description : beschrijving description : schildering description : tafereel descriptive : beschrijvend descry : bespeuren descry : gewaarworden descry : in de smiezen krijgen descry : in het oog krijgen descry : ontwaren desert : aan m'n lot overlaten desert : achterlaten desert : afvallen desert : deserteren desert : in de steek laten desert : laten varen desert : ontrouw worden desert : verlaten desert : wildernis desert : woestenij desert : woestijn desert/to abandon : in de steek laten deserted : verlaten deserter : afvallige deserve : toekomen deserve : verdienen deserve : waard zijn deserve : waardig zijn deserving : eerzaam deserving : waar deserving : waardig desiccate : drogen desiccate : uitdrogen desiccate : verdrogen design : aanleg design : aftekenen design : dessin design : krabbel design : ontwerp design : ontwerpen design : opzet design : plan design : plattegrond design : schets design : tekenen design : tekening design : trekken design : uittekenen design : werkje designated driver : bob designer : ontwerper desirable : begeerlijk desirable : begerenswaardig desirable : wenselijk desire : begeerte desire : begeren desire : lust desire : trek hebben in desire : verkiezen desire : verlangen desire : wens desire : wensen desire : zin desire : zucht desk : bureau desk : lessenaar desk : lezenaar desk : schrijfbureau desk : schrijftafel desktop : bureaublad desolate : naargeestig desolate : somber desolate : troosteloos despair : radeloosheid despair : vertwijfelen despair : vertwijfeling despair : wanhoop despair : wanhopen despairingly : uitroepen despairingly : wanhopig desperate : hopeloos desperate : radeloos desperate : vertwijfeld desperate : wanhopig desperately : wanhopig despicable : verachtelijk despise : minachten despise : verachten despite : in weerwil van despite : niettegenstaande despite : ondanks despite : ten spijte van despite : trots despot : despoot despot : dwingeland despotic : despotisch despotic : heerszuchtig dessert : dessert dessert : nagerecht dessert : toespijs dessert : toetje destination : bestemming destine : bestemmen destine : uittrekken destine for : bestemmen voor destine for : toedenken destiny : (nood)lot destiny : bestemming destiny : fortuin destiny : levenslot destiny : lot destiny : lotsbestemming destiny : voorland destitution : behoeftigheid destitution : pauperisme destroy : ruïneren destroy : te gronde richten destroy : ten val brengen destroy : verderven destroy : vernielen destroy : vernietigen destroy : verwoesten destructible : afbreekbaar destruction : vernieling destruction : vernietiging destruction : verwoesten destruction : verwoesting destructive : destructief destructive : destructieve destructive : vernietigend destructive : verwoestend destructive : verwoestende desulfurize : ontzwavelen detachable : afneembaar detached : afstandelijk detached : terughoudend detached : vrijstaand detached house : vrijstaand huis detachment : afdeling detachment : afstandelijkheid detachment : detachement detachment : detachering detachment : gereserveerdheid detachment : losraking detachment : onpartijdigheid detachment : scheiding detachment : team detail : bijzonderheid detail : detail detail : detailleren detail : gedetailleerd beschrijven detail : gedetailleerd uitleggen detail : item detail : kleinigheid detail : persoonsgegevens detail : uitgebreid schoonmaken detailed : ampel detailed : gedetailleerd detailed : in het klein detailed : omstandig detailed : uitvoerig details : bijzonderheden details : details detain : detineren detain : ophouden detain : reserveren detain : terughouden detain : weerhouden detect : opsporen detective : detective detective : rechercheur detective : speurder detention : aanhouding detention : arrest detention : arrestatie detention : hechtenis detention : inhechtenisneming deter : afschrikken deter : verjagen detergent : afwasmiddel detergent : wasmiddel deteriorate : slechter maken deteriorate : slechter worden deteriorate : verslechteren determine : bepalen determine : bevestigen determine : definiëren determine : determineren determine : fixeren determine : nauwkeurig bepalen determine : omschrijven determine : tuigeren determine : vastmaken determine : vaststellen determined : vastbesloten determining : bepalend deterrence : afschrikking deterrence : verjaging deterrent : afschrikmiddel deterrent : afschrikwekkend detest : verafschuwen detonator : detonator detox : afkicken detox centre : afkickcentrum detract from : afbreuk doen aan detrimental : nadelig detrimental : schadelijk detrimentally : nadelig devastate : verwoesten develop : doen ontstaan develop : evolueren develop : formeren develop : maken develop : ontwikkelen develop : openbaren develop : zich ontwikkelen developer : ontwikkelaar developing country : ontwikkelingsland development : evolutie development : ontwikkeling development : wordingsproces development plan : bestemmingsplan deviate : aberreren deviate : afdwalen deviate : afwijken deviating : afwijkend deviating : anomaal deviating : onregelmatig deviation : afwijking deviation : verschil device : apparaat device : apparaatje device : hulpmiddelen device : inrichting device : toestel device driver : besturingsprogramma devil : boze devil : droes devil : drommel devil : duivel devilish : drommels devilish : duivelachtig devilish : duivels devilish : duivelse devilish : verdomd devilish : verrekt devilish : weergaas devote : opdragen devote : spanderen devote : spenderen devote : toewijden devote to : wijden aan devoted : aanhankelijk devoted : gehecht devoted : opofferingsgezind devoted : toegenegen devotedly : met overgave devotion : eerbiedwaardigheid devotion : toewijding devour : verslinden dew : dauw dew point : dauwpunt dexterous : bedreven dexterous : behendig dexterous : bekwaam dexterous : handig dexterous : vaardig dharma : dharma diabetes : diabetes diabetes : suikerziekte diabolical : drommels diabolical : duivelachtig diabolical : duivels diabolical : verdomd diabolical : verrekt diabolical : weergaas diaeresis : trema diagnosis : diagnose diagonal : diagonaal diagonal : ophaal diagonal matrix : diagonaalmatrix diagram : afbeelding diagram : beeld diagram : figuur diagram : ontwerp diagram : opzet diagram : plan diagram : plattegrond dial : discus dial : draaien dial : grammofoonplaat dial : kiesschijf dial : kiezen dial : plaat dial : schijf dial : wijzerplaat dial : wijzerplaats dialect : dialect dialect : tongval dialogue : dialoog dialogue : tweegesprek dialogue : tweespraak diameter : diameter diameter : middellijn diamond : diamant diarrhea : diarree diarrhoea : buikloop diarrhoea : diarree diary : agenda diary : agenda/dagboek diary : dagboek diary : journaal dice : fijnhakken dice : in blokjes snijden dick : lul dick : piemel dick : pik dick : plasser dickhead : eikel dictate : dicteren dictator : dictator dictatorship : dictatuur dictionary : woordenboek did : deden did : deed die : , die : , m die : ,, die : dobbelsteen die : doodgaan die : het laten afweten die : het opgeven die : muntstempel die : overlijden die : sterven die : teerling die : verscheiden die : versmachten die away : afsterven die away : uitsterven die away : wegsterven diehard : keihard dieresis : trema diesel : diesel diesel : dieselmotor diet : dieet dietary : diëet- differ : schelen differ : uiteenlopen differ : verschillen difference : onderscheid difference : verschil different : anders different : ongelijk different : uiteenlopend different : verschillend differentiate : onderscheid maken differentiate : uit elkaar houden differently : anders differently : anderszins differently : op een andere manier differently : op een andere wijze differently named : anders genaamd difficult : lastig difficult : moeilijk difficult : slim difficult : zwaar difficulty : bezwaar difficulty : moeilijkheid difficulty : strubbeling difficulty : zwarigheid dig (dug : graven dig : graven dig : opgraven dig : rooien dig : spitten dig : woelen dig off : afgraven dig off : weggraven dig up : delven dig up : opduikelen dig up : opgraven dig up : rooien dig up : uitgraven dig up : winnen digest : digereren digest : verduwen digest : verteren digest : verwerken digestion : assimilatie digestion : digestie digestion : spijsvertering digestion : verteren digestion : vertering digestion : verwerking digestion : verwerven digestion : verwerving digit : cijfer digit : nummer digit : teen digit : vinger digital : digitaal dignified : deftig dignified : waardig dignified : zichzelf respecterend dignitary : hoogwaardigheidsbekleder dignitary : hoogwaardigheidsbekleedster dignity : waardigheid dignity : zelfgevoel dignity : zelfrespect digress : afdwalen digression : afdwaling dike : dijk dike : waterkering dilapidated : aftands dilapidated : bouwvallig dilapidated : gammel dilapidated : uitgeleefd dilapidated : uitgewoond dilapidated : wrak dilapidation : verslechtering dilemma : dilemma dilettante : dilettant diligence : ijver diligent : ijverig diligent : naarstig diligent : nijver diligent : vlijtig diligent/industrious : ijverig dill : dille diluent : verdunner dilute : aanlengen dilute : verdunnen dilute : verspreiden dim : aanslaan dim : benevelen dim : beslaan dim : donker dim : duister dim : mat dim : schemerachtig dim : schemerig dim : vaag dim : verdoezelen dim : zwak dimension : afmeting dimension : bestek dimension : dimensie dimension : grootte dimension : omvang dimension : uitgebreidheid diminish : afnemen diminish : kleiner worden diminish : minder worden diminish : minderen diminish : slinken diminish : tanen diminish : verflauwen diminish : verminderen diminution : afname diminutive : diminutief diminutive : gering diminutive : karig diminutive : klein diminutive : luttel diminutive : min diminutive : verkleinwoord dimple : deuken dimple : indeuken din : herrie din : lawaai din : leven din : ophef din : rumoer dine : tafelen dingo : dingo dining room : eetkamer dining-room : eetkamer dining-room : eetzaal dinner : avondmaal dinner : avondmaaltijd dinner : diner dinner : middageten dinner : middagmaal dinosaur : dinosaurus diode : diode dioxide : dioxide dip : indompelen dip : indopen dip : soppen diphthong : diftong diphthong : tweeklank diploma : akte diploma : brevet diploma : bul diploma : diploma diploma : document diploma : stuk diplomat : diplomaat diplomatic relations : diplomatieke betrekkingen direct : besturen direct : de weg wijzen direct : direct direct : dirigeren direct : geleiden direct : leiden direct : live direct : mennen direct : recht direct : rechtstreeks direct : regisseren direct : richten direct : rondleiden direct flight : directe vlucht direct free kick : rechtstreekse vrije trap direct object : lijdend voorwerp direct verb : persoonsvorm direction : koers direction : leiding direction : richting direction : richtlijn directions : aanwijzing directions : aanwijzingen/instructies directions : consigne directions : instructie directly : direct directly : overeind directly : rechtop directly : rechtstreeks director : bestuurder director : directeur director : regisseur directory : adresboek directory : catalogus directory : folder directory : gids directory : gouden gids directory : lijst directory : map directory : repertorium directory : telefoongids directory : witte gids dirtiness : morsigheid dirtiness : onreinheid dirtiness : viesheid dirty : bevuilen dirty : grof dirty : morsig dirty : obsceen dirty : oneerlijk dirty : onrein dirty : schunnig dirty : smerig dirty : vies dirty : vuil dirty : vulgair dirty story : schunnig verhaal dis- : im- dis- : in- dis- : on- disability : handicap disabled : arbeidsongeschikt disabled : gebrekkig disabled : gehandicapt/invalide disabled : gehandicapten disabled : invalide disabled : invaliden disabled person : invalide disadvantage : minpunt disadvantage : nadeel disadvantage : schaduwzijde disadvantageously : nadelig disagree (with) : het oneens zijn (met) disagreeable : onaangenaam disagreeing : oneens disagreement : geschil disagreement : meningsverschil disagreement : onenigheid disagreement : verdeeldheid disagreement : verschil van mening disagreement : weigering disappear : 'm smeren disappear : verdwijnen disappear : verzwinden disappear : wijken disappear : zwinden disappearance : verdwijning disappoint : ontgoochelen disappoint : tegenvallen disappoint : teleurstellen disappointing : teleurstellende disappointment : desillusie disappointment : leed disappointment : ontgoocheling disappointment : smart disappointment : tegenvaller disappointment : teleurstelling disappointment : verdriet disappointment : zorg disapprobation : afkeuring disapprobation : verwerping disapprobation : wraking disapproval : afkeuring disapproval : verwerping disapproval : wraking disapprove : afkeuren disapprove : verwerpen disapprove : wraken disapprove of : afkeuren disapprove of : verwerpen disapprove of : wraken disarm : ontwapenen disaster : ramp disastrous : rampzalig disc : discus disc : grammofoonplaat disc : plaat disc : schijf disc drive : diskettestation discard : afdanken discharge : afdanken discharge : afmonsteren discharge : afmonstering discharge : afschieten discharge : afvoer discharge : afvuren discharge : congé discharge : losbranden discharge : ontladen discharge : ontslaan discharge : ontslag discharge : ontzetten discharge : royeren discharge : wegvoering discharge pus : etteren discharge pus : zweren disciple : apostel disciple : discipel disciples : aanhang disciples : achterban disciples : gevolg disciples : leden discipline : discipline discipline : tucht disclose : onthullen disclose : veropenbaren discomfort : ongemak discomfort : ongerief disconcert : verontrust discontent : misnoegen discontent : ontevredenheid discontent : wrevel discontent : wreveligheid discontented : misnoegd discontented : ontevreden discontented : wrevelig discontentedness : misnoegen discontentedness : ontevredenheid discontentedness : wrevel discontentedness : wreveligheid discord : geschil discord : meningsverschil discord : onenigheid discord : verdeeldheid discord : weigering discotheque : discotheek discount : afslaan discount : afslag discount : aftrekken discount : disconto discount : korten discount : korting discount : korting geven discount : rabat discourage : afraden om discourage : afschrikken discourage : ontmoedigen discourage : ontraden discourage : verjagen discover : ontdekken discovery : ontdekking discrepancy : discrepantie discrete : bescheiden discrete : discreet discrete : onopvallend discretion : beleid discretion : omzichtigheid discretion : voorzichtigheid discriminate against : discrimineren discrimination : discriminatie discus : discus discuss : bediscussiëren discuss : behandelen discuss : bepraten discuss : beredeneren discuss : bespreken discuss : discussiëren discuss : discuteren discuss : van gedachten wisselen discussion : bespreking discussion : discussie disdain : minachten disdain : versmaden disease : aandoening disease : kwaal disease : ziekte disease/illness : ziekte disembark : van boord gaan disguise : verhullen disguise : vermomming disguise : zich vermommen disguised : vermomd disgust : afkeer disgust : afschuw disgust : misselijkheid disgust : walg disgust : walging disgust : weeheid disgust : weerzin disgusting : misselijk disgusting : onsmakelijk disgusting : stuitend disgusting : walgelijk disgusting : weerzinwekkend dish : bord dish : gerecht dish : schaal dish : schotel dish : schotelantenne dish : stoot dish : taloor dish : vaat dish cloth : afdroogdoek dish cloth : droogdoek dish cloth : stofdoek dish out : dienen dish out : dissen dish out : opdienen dish out : opdissen dish up : opscheppen dish-mop : afwaskwast dish-mop : vatenkwast dishcloth : keukenhanddoek dishcloth : schotelvod dishcloth : vaatdoek dishevel : in de war brengen dishevel : verfomfaaien dishonest : oneerlijk dishwasher : afwasmachine dishwasher : afwasser dishwasher : vaatwasmachine dishwasher : vaatwasser dishwashing brush : afwasborstel dishwashing brush : vatenkwast disinfect : desinfecteren disinfect : ontsmetten disinherit : onterven disintegrate : scheiden disinterested : belangeloos disinterested : onbaatzuchtig disk drive : diskettestation diskette : diskette dislike : afkeer dislike : antipathie dislike : een hekel hebben aan dislike : hekel dislike : minachten dislike : tegenzin dislike : versmaden dislocate : ontwrichten dislocate : verrekken dislocate : verstuiken disloyal : ontrouw dismal : afgezaagd dismal : afzichtelijk dismal : akelig dismal : alledaags dismal : banaal dismal : bedroefd dismal : bedroevend dismal : beklagenswaardig dismal : belabberd dismal : betrokken dismal : bewolkt dismal : chagrijnig dismal : donker dismal : droef dismal : droefgeestig dismal : droevig dismal : ellendig dismal : erbarmelijk dismal : foeilelijk dismal : gewoontjes dismal : melancholiek dismal : miserabel dismal : mistroostig dismal : naar dismal : naargeestig dismal : nietszeggend dismal : onaangenaam dismal : plat dismal : schamel dismal : schunnig dismal : smartelijk dismal : somber dismal : stumperig dismal : treurig dismal : triestig dismal : troosteloos dismal : verdrietelijk dismal : verdrietig dismal : vervelend dismal : weemoedig dismal : zielig dismal : zwaarmoedig dismantle : aftakelen dismantle : aftuigen dismantle : onttakelen dismay : onthutsen dismay : ontstellen dismay : ontzetten dismay : teleurstelling dismay : verbijsteren dismay : verbluffen dismayed : ontzettend dismayed : schrikbarend dismayed : schrikkelijk dismayed : verbluffend dismiss : afdanken dismiss : afmonsteren dismiss : afzenden dismiss : afzetten dismiss : laten uitstappen dismiss : ontslaan dismiss : ontzetten dismiss : royeren dismiss : uitsturen dismiss : versturen dismiss : verzenden dismiss : wegsturen dismiss : wegzenden dismissal : ontslag dismount : afstijgen dismount : demonteer disobedience : ongehoorzaamheid disobedient : ongehoorzaam disobedient : ongezeglijk disobedient : onwillig disobey : ongehoorzaam zijn disorder : disorde disorder : janboel disorder : rommel disorder : rotzooi disorder : verwarring disorder : wanorde disorder : war dispassionately : koel dispassionately : lauw dispassionately : lusteloos dispatch : afdoen dispatch : afhandelen dispatch : afwikkelen dispatch : afzenden dispatch : beslechten dispatch : expediëren dispatch : telegraferen dispatch : verzenden dispatch note : adreskaart dispensing chemist : apotheker dispensing chemist : farmaceut disperse : uiteendrijven disperse : uiteenjagen disperse : verdunnen disperse : verspreiden disperse : verstrooien display : balts display : baltsen display : corso display : laten zien display : parade display : paraderen display : pracht en praal display : pralen display : pralerij display : prijken display : pronken display : uitstallen display : vertoon displeased : misnoegd displeased : ontevreden displeased : wrevelig displeasure : misnoegen displeasure : ontevredenheid displeasure : wrevel displeasure : wreveligheid disposable : wegwerp disposable : wegwerp- disposal : aanvechting disposal : lust disposal : neiging disposal : zin dispose of : opruimen dispose of : overdoen dispose of : tappen dispose of : verhandelen dispose of : verkopen dispose of : vervreemden dispose of : wegdoen disposition : aanleg disposition : begaafdheid disposition : beschikking disposition : gave disposition : talent dispute : disputeren dispute : dispuut dispute : krakelen dispute : kwestie dispute : redetwist dispute : redetwisten dispute : strijd dispute : strijden dispute : twist dispute : twisten dispute : twistgesprek disqualify : diskwalificeren disquiet : storing disquiet : storing veroorzaken disregard : in de wind slaan disregard : negeren dissatisfaction : misnoegen dissatisfaction : ontevredenheid dissatisfaction : wrevel dissatisfaction : wreveligheid dissatisfied : misnoegd dissatisfied : ontevreden dissatisfied : wrevelig dissect : doorsnijden dissect : sectie verrichten dissemble : huichelen dissemble : veinzen disseminate : uitstrooien disseminate : uitzaaien dissension : geschil dissension : meningsverschil dissension : onenigheid dissension : verdeeldheid dissension : weigering dissenting : andersdenkend dissertation : dissertatie dissertation : proefschrift dissertation : thesis dissipation : uitspatting dissolve : opgelost worden dissolve : oplossen dissuade : afraden dissuade from : afraden dissuade from : ontraadselen dissymmetric : asymmetrisch distance : afstand distance : distantie distance : eind distance : verwijderen distant : afgelegen distant : ver distant : veraf distant : verafgelegen distant : ververwijderd distant : verwijderd distil : afdruppelen distil : branden distil : distilleren distil : druppelsgewijs afscheiden distil : gedistilleerd worden distil : neerdruppelen distil : overhalen distil : sijpelen distil : stoken distil : via distillatie vervaardigen distill : afdruppelen distill : branden distill : distilleren distill : druppelsgewijs afscheiden distill : gedistilleerd worden distill : neerdruppelen distill : sijpelen distill : stoken distill : via distillatie vervaardigen distinct : duidelijk distinct : helder distinct : klaar distinct : uitgesproken distinct : zuiver distinction : onderscheid distinction : onderscheiding distinctive : fijnbeschaafd distinctive : gedistingeerd distinctive : karakteristiek distinctive : zich onderscheidend distinguish : onderkennen distinguish : onderscheid maken tussen distinguish : onderscheiden distort : verdraaien distract : afleiden distract : verstrooien distracted : afgetrokken distracted : verstrooid distraction : afleiding distraction : ontspanning distraction : verstrooiing distraction : verzet distraction : verzetje distress : bedroeven distress : behoeftigheid distress : droevig stemmen distress : grieven distress : pauperisme distress : smarten distress : verdrieten distress prize : afbraakprijs distribute : distribueren distribute : rondbrengen distribute : ronddelen distribute : rondgeven distribute : uitdelen distribute : uitreiken distribute : verdelen distribution : distributie distribution : uitreiking distribution : verdeling distributor : verdeler district : arrondissement district : buurt district : district district : gouw district : stadswijk district : wijk distrust : wantrouwen disturb : belemmeren disturb : hinderen disturb : storen disturb : verstoren disturbance : (orde)verstoring disturbance : agitatie disturbance : beroering disturbance : gisting disturbance : onrust disturbance : ordeverstoring disturbance : storing disturbance : verstoring ditch : gracht ditch : greppel ditch : groef ditch : groeve ditch : kuil ditch : sloot diurnal : dag- diurnal : dagelijks divan : Turkse staatsraad divan : divan divan : rustbank dive : duiken dive : een duikvlucht maken dive : onderduiken dive : onderwaterzwemmen dive : zinken diver : duiker diverge : afwijken divergent : afwijkend divergent : anomaal divergent : onregelmatig diverse : menigvoudig diverse : menigvuldig diverse : verschillend diversion : afleiding diversion : afleidingsmanoeuvre diversion : ontspanning diversion : verstrooiing diversion : verzet diversion : verzetje diversity : verscheidenheid divert : afleiden divert : laten afvloeien divert : verstrooien divert : wegleiden divert : wegvoeren divide : afbreken divide : afscheiden divide : afzonderen divide : delen divide : opsplitsen divide : scheiden divide : schiften divide : splitsen divide : verdelen divine : goddelijk diving-bell : duikerklok divisible : deelbaar division : afdeling division : deel division : delen division : deling division : divisie division : eenheid division : gedeelte division : legerafdeling division : scheiding division : staartdeling division : verdeling division of labor : arbeidsverdeling division of labor : werkverdeling division of labour : arbeidsverdeling division of labour : werkverdeling division sign : deelteken divorce : echtscheiding divorce : scheiden divorce : scheiding divorced : gescheiden dizziness : duizeligheid dizziness : duizeling dizzy : draaierig dizzy : duizelig dizzy : duizelingwekkend dizzy/giddy : duizelig dizzying : duizelingwekkend do : aanmaken do : bedrijven do : doen do : friseren do : kappen do : maken do : uitbrengen do : uitrichten do : uitvoeren do a favor : de goedheid hebben do a favor : ter wille zijn do a favor : zo goed willen zijn do a favour : de goedheid hebben do a favour : ter wille zijn do a favour : zo goed willen zijn do away with : afschaffen do away with : elimineren do away with : opdoeken do away with : uitmaken do away with : verwijderen do away with : wegdoen do business : handel drijven do business : handelen do down : afkraken do harm to : afbreuk doen aan do one's shopping : boodschappen doen do penance : boete doen do penance : boeten do something crooked : schurkachtig handelen do something crooked : zich op oneerlijke wijze toeëigenen do the dishes : afwassen do the honours : de honneurs waarnemen do you speak english : spreekt u engels? dobra : dobra docile : volgzaam dock : dok dock : op een zijspoor zetten dock : stallen dock : zuring doctor : arts doctor : arts and doctor : doctor doctor : doctor and doctor : dokter doctor : dokter and doctor : geneesheer doctor : medicus document : akte document : bescheid document : document document : papier document : schriftuur document : stuk dodo : dodo doe : geit doe : hinde doe : moer doe : moerhaas doe : voedster dog : hond dog : reu dog shit : hondenpoep dog's life : hondenleven dog-fish : hondshaai dog-kennel : hondehok dog-kennel : kennel dogberry : kornoelje doghouse : hondenhok dogma : dogma dogma : leerstelling dogma : leerstuk dogmatic : dogmatisch dogmatic : geen tegenspraak duidend doll : pop doll : tonnetje dollar : dollar dollar sign : dollarteken dolmen : hunebed dolphin : dolfijn dome : bol dome : gewelf dome : koepel domestic : binnenlands domestic : eigen domestic : familie- domestic : gezins- domestic : huiselijk domestic : huishoudelijk domestic : inheems domestic : inlands domestic : vertrouwd domestic animal : huisdier domestic debt : binnenlandse schuld domesticated : huis- domesticated animal : geacclimatiseerd dier dominance : overheersing dominant : dominant dominant : overheersend dominate : de baas zijn dominate : meester zijn dominate : overheersen dominion : dominion don't ... : ... niet don't ... : niet ...-en don't mention it : dat geeft niet don't mention it : dat is niet erg don't mention it : geen dank don't mention it : graag gedaan don't mention it : het doet er niet toe donate : cadeau geven donate : schenken donation : schenking done : afgelopen done : afgewerkt done : beëindigd done : gedaan done : klaar donkey : domme ezel donkey : ezel donkey : ezels- donkey : koppige ezel donkey- : ezels- donkey-driver : ezeldrijver door : deur door : portier doorway : deuropening doorwoman : portierster doppelganger : dubbelganger dormouse : hazelmuis dormouse : relmuis dorsal fin : rugvin dose : dosis dossier : bestand dossier : dossier dot : oog dot : punt dot : spikkel dot : stip double : dubbel double : duplex double : nasynchroniseren double : tweeledig double : tweevoudig double : verdubbelen double agent : dubbelagent double agent : dubbelspion double bed : tweepersoonsbed double lock : nachtslot double-click : dubbelklikken doubt : (be)twijfelen doubt : betwijfelen doubt : dubben doubt : in dubio staan doubt : twijfel doubt : twijfelen doubt : twijfeling doubtful : bedenkelijk doubtful : discutabel doubtful : dubieus doubtful : te betwijfelen doubtful : twijfelachtig dough : beslag dough : deeg dough : pasta dove : duif dove : duifje dove : tamme duif dovecot : duivenkot dovecot : duiventil dovecote : duivenkot dovecote : duiventil down : ad fundus drinken down : af down : alt=naar beneden down : depressief down : depri down : dons down : down down : droppen down : laag down : laten vallen down : naar beneden down : neerwaarts down : nesthaar down : omlaag down : potten down : uit down : waas down : zuipen down payment : aanbetaling down syndrome : downsyndroom down the slope : bergafwaarts downhill : bergafwaarts download : download download : downloaden download : sponzen downstairs : beneden downstairs : daarbeneden downstairs : onder downstairs : onderaan de trap dowry : bruidsschat dowry : huwelijksgift doze : druilen doze : dutten doze : sluimeren dozen : dozijn dozen : dozijnen dozen : tientallen dozen : twaalftal draft : cambio draft : concept draft : klad draft : traite draft : wissel drag : boegseren drag : slepen drag : trekken drag : voorttrekken dragon : draak dragon : vlieger dragonfly : juffertje dragonfly : libel dragonfly : libelle dragonfly : waterjuffer drain : afdruipen drain : aftappen drain : afwateren drain : draineren drain : droogleggen drain : neerdruipen drain-cock : aftapkraan drain-pipe : afvoerbuis drainage basin : stroomgebied drainer : afdruiprek drainer : druiprek draining : afwatering draining : drainering draining board : afdruiprek draining board : druiprek drake : gent drake : mannetjeseend drake : woerd dram : aperitief dram : borrel drama : drama drama : theateropvoering drama : toneelstuk drank : dronk drank : dronken drape : draperen drastic : drastisch drastic : sterk werkend draught : slok draught : tocht draw : aanlokken draw : aantrekken draw : aftekenen draw : bekoren draw : een streep trekken draw : gelijkheid draw : gelijkspel draw : hozen draw : naar zich toe halen draw : omlijnen draw : omtrekken draw : ontlenen draw : pariteit draw : putten draw : scheppen draw : tekenen draw : toelachen draw : trekken draw : trekking draw : uittekenen draw : verlekkeren draw attention : attenderen draw attention : attent maken draw attention : een wenk geven draw attention : opmerkzaam maken op draw back : intrekken draw back : terugtrekken draw lots : loten draw out : ontlokken draw out : slaken draw out : uitbrengen draw out : uitdrijven draw out : uiten draw out : uithalen draw tighter : aantrekken draw tighter : strakker aantrekken draw up to the table : aanschikken draw up to the table : aanschuiven drawback : nadeel drawbridge : ophaalbrug drawer : la drawer : lade drawer : schuif drawer : schuiflade drawer : tekenaar drawer : tekenares drawers : laden drawers : onderbroek drawing : dessin drawing : schets drawing : tekening drawing : werkje drawing-paper : tekenpapier dreadful : afschuwelijk dreadful : ijselijk dreadful : schrikaanjagend dreadful : verschrikkelijk dreadful : vervaarlijk dreadful : vreselijk dream : dagdroom dream : dromen dream : droom dream : mijmeren dream : wensdroom dreamer : dromer dreamer : mijmeraar dreamland : dromenland dreary : afzichtelijk dreary : akelig dreary : bedroefd dreary : betrokken dreary : bewolkt dreary : donker dreary : doods dreary : droefgeestig dreary : eenzaam dreary : foeilelijk dreary : melancholiek dreary : mistroostig dreary : naar dreary : naargeestig dreary : onaangenaam dreary : onbebouwd dreary : onbeschaafd dreary : onontgonnen dreary : somber dreary : treurig dreary : triest dreary : triestig dreary : troosteloos dreary : uitgestorven dreary : verdrietelijk dreary : verlaten dreary : vervelend dreary : weemoedig dreary : wild dreary : woest dreary : zwaarmoedig dress : aankleden dress : bekleden dress : een verband omleggen dress : gewaad dress : japon dress : jurk dress : kleden dress : omkleden dress : staan dress : toga dress : verzorgen van een wond dress : zich aankleden dress : zich kleden dress-coat : rok dresser : aanrecht dresser : commode dresser : ladenkast dressing : bemesting dressing-gown : kamerjapon dressing-gown : kamerjas dressing-gown : ochtendjapon drew : tekende drew : tekenden dribble : dribbelen dribble : dribbelen met dribble : druppel dribble : druppelen dribble : kwijlen dribble : zeveren drift : afdrijven drift : drijven drift : op drift zijn drill : boren drink : brouwsel drink : drank drink : drankje drink : drinken drink : gebruiken drink : pimpelen drink : zuipen drink to excess : drinken drink to excess : pimpelen drink to excess : zuipen drinkable : drinkbaar drinking straw : rietje drinking-horn : drinkhoorn drinking-water : drinkwater drip : drop drip : droppel drip : droppelen drip : druipen drip : druppel drip : druppelen drip : lik drip down : afdruipen drip down : neerdruipen drive : aandrijven drive : aandrijving drive : chaufferen drive : drijven drive : opjagen drive : oprijlaan drive : oprit drive : rijden drive : vervoeren drive : voortdrijven drive away : afrijden drive away : uitdrijven drive away : uitlopen drive away : uitvaren drive away : verdrijven drive away : verjagen drive away : vertrekken drive away : wegdrijven drive away : wegjagen drive away : wegrijden drive off : afrijden drive off : uitlopen drive off : uitvaren drive off : vertrekken drive off : wegrijden drive on : aandrijven drive on : drijven drive on : opjagen drive on : voortdrijven drive out : naar buiten jagen drive out : ontlokken drive out : slaken drive out : uitbrengen drive out : uitdrijven drive out : uiten drive out : uithalen drive out : uitjagen drive out : uitwijzen drive out : verbannen drive over : berijden drive shaft : aandrijfas drive through : doordrijven drivel : bazelen drivel : kolderen drivel : raaskallen driver : bestuurder driver : chauffeur driver : conducteur driver : roerganger driver : stuurman driver : stuurprogramma driver : voerman driver : wagenbestuurder driver's license : rijbewijs driving axle : aandrijfas driving licence : rijbewijs driving mirror : achteruitkijkspiegel driving-licence : rijbewijs driving-school : autorijschool driving-school : rijschool drizzle : miezeren drizzle : motregen drizzle : motregenen drizzle : motteren drizzle : stofregen drizzling rain : motregen drizzling rain : stofregen dromedary : dromedaris drone : bourdon drone : brommen drone : dar drone : dreunen drone : drone drone : eentonig spreken drone : gebrom droop : hangen drop : achterwege laten drop : afnemen drop : afvallen drop : bolletje drop : dalen drop : drop drop : droppel drop : druppel drop : kappen drop : laten vallen drop : liggen drop : lik drop : neervallen drop : neervellen drop : slinken drop : snoepje drop : storten drop : tanen drop : uitstoten drop : val drop : vallen drop : vellen drop : verflauwen drop : verminderen drop : verschieten drop : verwijderen drop : waterdruppel drop : weglaten drop : wippen drop in : aanwippen drop of water : druppel drop of water : waterdruppel drop out : afvallen drop out : niet meer meedoen droplet : druppel droplet : druppeltje dropsy : waterzucht drought : droogte drown : doen verdwijnen drown : onderdompelen drown : verdrinken drown : vergaan drown : verloren gaan drown : verzuipen drowsy : druilerig drowsy : lodderig drowsy : maf drowsy : slaperig drug : artsenij drug : bedwelmen drug : dope drug : drogerij drug : drug drug : geneesmiddel drug : kruid drug : medicijn drug : narcoticum drug : narcotiseren drug : verdoven drug : verdovend middel drug : wegmaken drug addict : drugsverslaafde drug addict : drugverslaafde drug trafficking : drugshandel drugstore : apotheek drum : bus drum : rol drum : trom drum : trommel drummer : tamboer drummer : trommelaar drummer : trommelslager drunk : beschonken drunk : dol drunk : dronkaard drunk : dronken drunk : zat drunk : zatlap drunkenness : beschonkenheid drunkenness : dronkenschap drunkenness : roes drunkenness : zatheid drunkenness : zwijmel drunkenness : zwijmelgeest drunkenness : zwijmeling dry : afdrogen dry : dor dry : droge dry : drogen dry : droog dry : droog worden dry : droogmaken dry : droogvallen dry : opdrogen dry : uitdrogen dry : verdrogen dry cleaner's : stomerij dry in the sun : in de zon laten drogen dry-nurse : baker dryer : droger dryness : dorheid dryness : droogheid dryness : droogte dual : dubbel dual : dubbel- dual : duplex dual : tweeledig dual : tweevoudig dubious : onzeker dubious : twijfelachtig duchess : hertogin duchy : hertogdom duck : eend duck : eende- duck : eendebout duck : eenden- duck egg : eendeëi duck meat : eend duck meat : eendebout duck's : eende- duck's : eenden- duck- : eende- duck- : eenden- duct : buis duct : leiding dude : dandy dude : fat dude : kerel dude : kwast dude : modepop dude : saletjonker due to : te wijten aan duel : duel duel : duelleren duel : tweegevecht duenna : chaperonne dues : bijdrage dues : contributie dug) : graven duke : hertog dulcimer : hakkebord dull : afstompen dull : bot dull : dof dull : dom dull : flauw dull : gesmoord dull : lusteloos dull : mat dull : onnozel dull : saai dull : simpel dull : stomp dull : stompzinnig dull : toonloos dull : verdierlijken dumb : sprakeloos dumb : stom dumb blonde : dom blondje dumb law : stomme wet dumb terminal : stomme terminal dumbfounded : ontzettend dumbfounded : schrikbarend dumbfounded : schrikkelijk dumbfounded : verbluffend dummy : fopspeen dummy : speen dump : storten dump : stortplaats dump : strooien dun : aanmanen dun : manen dun for payment : aanmanen dun for payment : manen dune : duin dung : drek dung : drol dung : keutel dung : mest dung : ontlasting dung : schijt dung : stront dung : uitwerpselen dung : vijg dungarees : tuinbroek dunning-letter : maanbrief duo : duo duo : koppel duo : paar duodenum : duodenum duodenum : twaalfvingerige darm duplicate : multipliceren duplicate : verveelvoudigen durable : duurzaam during : gedurende during : onder during : staande during : terwijl during : tijdens during : voor during the day : overdag during the night : 's nachts during the night : bij nacht dusk : halfdonker dusk : schemer dusk : schemerdonker dusk : schemering dust : afstoffen dust : stof dust : stof afnemen dust : stoffen dust rag : afdroogdoek dust rag : droogdoek dust rag : stofdoek dust-sheet : hoes dustbin : vuilnisbak duststorm : stofstorm dusty : stoffig dutch : nederlands dutch cap : pessarium dutchman : nederlander dutchwoman : nederlandse duty : plicht duty : verplichting duty-free : belastingvrij duty-free : onbelastbaar duvet : dekbed dwarf : dwerg dwarf : dwergachtig dwarf : mannetje dwarf : minuscuul dwarf planet : dwergplaneet dwell : gevestigd zijn dwell : huizen dwell : resideren dwell : rondhangen dwell : verblijven dwell : wonen dwell on : stilstaan bij dwell on : uitweiden dwelling : kwartier dwelling : logies dwelling : onderkomen dwelling : woning dwelling : woonst dwelling-place : domicilie dwelling-place : woonplaats dwelling-place-residence : woonplaats dye : kleur dye : tinctuur dye : tint dye : verf dye : verven dye : verven (haar/kleding) dyke : pot dynamic : dynamiek dynamic : dynamisch dynamic : dynamische dynamic : veranderlijk dynamic : veranderlijke dynamic memory : dynamisch geheugen dynamics : dynamica dynamite : dynamiet dysfunctional : dysfunctioneel dysfunctional : dysfunctionele dyslexia : dyslexie dyspepsia : dyspepsie dyspepsia : indigestie dyspepsia : slechte spijsvertering dyspnea : ademnood dyspnea : kortademigheid dyspnoea : ademnood dyspnoea : kortademigheid dysprosium : dysprosium décor : decor décor : decoratie décor : onderscheiding décor : ridderorde décor : versiering détante : ontspanning e-commerce : handel via internet e.g. : bijv. e.g. : bv. e.g. : bvb. each : bij each : elk each : ieder each : telkens each : à each other : elkaar each other : elkander each other : mekaar each time : telkens eager : begerig eager : belust eager : gretig eager : happig eager : verlekkerd eagerness : begeerte eagerness : begerigheid eagerness : graagte eagle : adelaar eagle : arend eagle owl : oehoe eaglet : adelaarsjong eaglet : arendsjong ear : aar ear : kolf ear : oor ear : ploegen ear lobe : oorlel ear shell : haliotis ear-drop : hanger ear-drop : oorbel ear-drop : oorhanger eardrum : trommelvlies earl : graaf earlobe : oorlel early : pril early : tijdig early : vroeg early : vroegtijdig early bird : vroege vogel early grave : dood bij de jeugd early grave : dood op een jonge leeftijd early in the morning : 's morgens vroeg early in the morning : in de vroegte earmark : bestemmen earmark : uittrekken earn : behalen earn : verdienen earn : winnen earn a living : de kost verdienen earn back : herwinnen earn back : inhalen earnest : bona fide earnest : ernstig earnest : serieus earnest : stemmig earnings : verdiensten earphone : hoorn earphone : telefoonhoorn earring : hanger earring : oorbel earring : oorhanger earring : oorring earth : aanaarden earth : aardbodem earth : aarde earth : aarden earth : aardrijk earth : begraven earth : bodem earth : grond earth : land earth : met de aarde verbinden earth connection : aarding earth connection : aardleiding earth satellite : aardsatelliet earth satellite : kunstmaan earth up : aanaarden earth wire : aarding earth wire : aardleiding earth's axis : aardas earth's crust : aardkorst earthen : aarden earthen : aards earthen : klei- earthen : van klei earthenware : aardewerk earthenware : faience earthenware : plateel earthing : aarding earthing : aardleiding earthling : aardbewoner earthly : aarden earthly : aards earthquake : aardbeving earthquake : aardschok earthquake shock : aardschok earthworm : aardworm earthworm : pier earthworm : regenworm earthworm : worm earwax : cerumen earwax : oorsmeer earwig : oorworm easel : bank easel : bok easel : ezel easel : rek easel : schraag easel : stander easel : stellage easel : werkbank easily : allicht easily : gemakkelijk easily : met gemak east : naar het oosten east : oostblok east : oostelijk east : oosten east : oosters east : oostwaarts east : oriënt east flanders : oost-vlaanderen east of : beoosten east of : ten oosten van easter : pasen easter egg : paasei easter sunday : paaszondag eastern : oostelijk eastern : oosters eastward : naar het oosten eastward : oostwaarts eastward of : beoosten eastward of : ten oosten van eastwards : naar het oosten eastwards : oostwaarts easy : gemakkelijk easy : licht easy : makkelijk easy : vlot eat : beffen eat : eten eat cunt : beffen eat up : opeten eat up : verorberen eater : eter eavesdrop : afluisteren eavesdrop : luistervink spelen eavesdropper : luistervink ebb : eb ebb : eb- ebb : ebbe ebb : ebben ebb : terugvloeien ebb : wegebben ebony : ebben ebony : ebbenhout ecclesiastic : geestelijk ecclesiastic : kerkelijk echo : echo echo : echoën echo : galm echo : galmen echo : nabauwen echo : nagalm echo : naklank echo : naklinken echo : resonantie echo : resoneren echo : weergalm echo : weergalmen echo : weerklank echo : weerklinken eclectic : eclecticus eclectic : eclectisch eclectic : eclectische eclipse : verduistering eco- : eco- ecology : ecologie economic : economisch economical : economisch economical : spaarzaam economical : zuinig economics : economie economise : bezuinigen economist : econoom economy : besparing economy : bezuiniging economy : economie economy : spaarzaamheid economy : uitsparing economy : uitwinning economy : volkshuishoudkunde economy : zuinigheid ecosystem : ecosysteem ecstasy : extase ecstasy : geestvervoering ecstasy : vervoering ecstasy : zielsvervoering ecstatic : extatisch ecstatic : zwijmeldronken eczema : eczeem edelweiss : edelweiss edge : band edge : boord edge : kant edge : rand edge : zoom edging : band edging : boord edging : kant edging : rand edging : zoom edible : eetbaar edify : stichten edit : aanpassing edit : bewerken edit : bewerking edit : opmaken edit : opstellen edit : redigeren edit : stellen edit : stileren edit : wijzigen edit : wijziging edition : druk edition : editie edition : uitgaaf edition : uitgave editor : editor editor : redacteur editorial office : redactie educate : dresseren educate : grootbrengen educate : kweken educate : opleiden educate : opvoeden educated : geleerd educated : knap educated : ontwikkeld education : onderrichting education : onderwijs education : opleiding education : opleiding/onderwijs education : opvoeding education : vorming eel : aal eel : paling eel-fishing : palingvangst eel-like : aalachtig eel-pie : aalpastei eel-pot : aalfuik eel-pot : palingfuik eel-shaped : aalvormig eel-trap : aalfuik eel-trap : palingfuik eelmonger : palingventer eelpot : aalkorf eelskin : aalsvel eelspear : aalgeer eelspear : aalschaar eelspear : aalspeer eelspear : aalvork eelworm : azijnaaltje eerie : eng eerie : griezelig eerie : ijzingwekkend effect : bevinding effect : effect effect : indruk effect : resultaat effect : uitslag effect : uitwerking effect : werking effective : afdoend effective : doeltreffend effective : effectief effective : werkdadig effective : werkzaam effectual : afdoend effectual : doeltreffend effectual : effectief effectual : werkdadig effectual : werkzaam effervescent : bruisend effervescent : bruisende effervescent : mousserend effervescent : schuimachtig effervescent : schuimend effervescent : schuimig efficacious : afdoend efficacious : doeltreffend efficacious : effectief efficacious : werkdadig efficacious : werkzaam efficacy : doeltreffendheid efficiency : efficiëntie efficient : efficiënt effigy : beeldenaar effluent : afvalwater effort : inspanning effort : moeite effort : poging efforts : bemoeienis efforts : geploeter efforts : gesjouw efforts : streven egg : eendenei egg : ei egg : kippenei egg : slangenei egg nog : advocaat egg yolk : eidooier egg yolk : eigeel eggfruit : aubergine eggnog : advokaat eggplant : aubergine eggshell : eierschaal egocentrism : egocentrisme egret : reiger egyptian pyramid : egyptische piramiden egyptology : egyptologie eider : eidereend eigenvalue : eigenwaarde eigenvector : eigenvector eight : acht eight hundred : achthonderd eighteen : achttien eighteenth : achttiende eightfold : achtvoudig eighth : achtste eighth part : achtste eightieth : tachtigst eightieth : tachtigste eighty : tachtig eighty-eight : achtentachtig eighty-first : eenentachtigst eighty-first : eenentachtigste eighty-nine : negenentachtig eighty-one : eenentachtig eighty-seven : zevenentachtig eighty-six : zesentachtig eighty-two : tweeëntachtig einsteinium : einsteinium either ... or : of ... of eland : elandantilope elas : ze elas : zij elastic : elastisch elastic : rekbaar elastic : soepel elastic : veerkrachtig elasticity : elasticiteit elative case : elatief elbow : elleboog elbow-room : armslag elbow-room : bewegingsvrijheid elbow-room : carte blanche elder : ouder elder : vlier elder : vlierstruik elder brother : oudere broer elder brother : oudere zus elder brother : oudere zuster elder sibling : oudere broer elder sibling : oudere zus elder sibling : oudere zuster elder sister : oudere broer elder sister : oudere zus elder sister : oudere zuster elderly : bedaagd elderly : bejaard elderly : hoogbejaard elect : kiezen elect : uitkiezen elect : uitlezen elect : uitpikken elect : uitzoeken elect : verkiezen elected : gekozen elected : select elected : uitgelezen elected : uitgezocht elected : uitverkoren election : keur election : keus election : keuze election : optie election : verkiezing electorate : electoraat electorate : kiesgerechtigden electric : elektrisch electric fan : ventilator electric fan : wan electric plug : plug electric plug : prop electric plug : stekker electric plug : stop electric plug : stopmiddel electric plug : tap electric socket : mof electric socket : stopcontact electric torch : zaklantaarn electricity : elektriciteit electromagnet : elektromagneet electromagnetism : elektromagnetisme electron : electron electron : elektron electronic : elektronisch electronics : elektronica elegance : elegantie elegant : bevallig elegant : elegant elegant : elegante elegant : net elegant : piekfijn elegant : zwierig elegy : elegie elegy : klaaglied elegy : klaagzang elegy : treurdicht element : basis element : beginsel element : bestanddeel element : component element : deel element : deeltje element : element element : fractie element : fundament element : gegeven element : grondslag element : ingrediënt element : item element : jaartelling element : partikel element : punt elemental : elementair elementary : elementair elementary education : basisonderwijs elements : ABC elements : basisbeginselen elements : eerste beginselen elephant : olifant elephant : olifants- elephant's : olifants- elephant- : olifants- elephantine : olifants- elevator : lift eleven : elf eleven hundred : duizend honderd eleven hundred : elf honderd eleventh : elfde elf : elf elf : luchtgeest elide : afkappen elide : elideren eliminate : afvoeren eliminate : elimineren eliminate : uitschakelen eliminate : verwijderen eliminate : wegwerken elision : afkapping elite : elitair elite : elitaire elite : elite elite : top- elk : eland elk : europese eland elk : wapiti ellipse : ellips elm : iep elm : olm eloquence : welbespraaktheid eloquence : welsprekendheid eloquent : welsprekend else : ander else : anders else : in het andere geval else : langer else : meer else : zoniet elsewhere : elders elsewhere : ergens anders elsewhere : naar elders elver : aal emaciate : uitmergelen emaciate : vermageren embalm : balsemen embalm : met balsem bestrijken embank : bedijken embankment : dijk embankment : waterkering embark : aan boord gaan embark : scheep gaan embarrass : in verlegenheid brengen embarrass : ongelegen komen embarrass : ontrieven embarrassing : pijnlijk embarrassment : benardheid embarrassment : hinder embarrassment : knelpunt embarrassment : penarie embarrassment : verlegenheid embassy : ambassade embassy : gezantschap embedded : ingebed embellish : flatteren embellish : opwerken embellish : verfraaien embellish : vermooien ember : sintel emblem : embleem emblem : kleur emblem : zinnebeeld embodiment : belichaming embody : belichamen embrace : omarmen embrace : omhelzen embrace : omklemmen embrace : omknellen embrace : omspannen embrace : omvademen embrace : omvatten embroider : borduren embryo : embryo emerald : smaragd emerald : smaragdgroen emerald : smaragdgroene emerge : blijken emerge : bovenkomen emerge : opdagen emerge : opdraven emerge : opduiken emerge : te voorschijn komen emerge : uitkomen emerge : verschijnen emergency : crisis emergency : noodgeval emergency exit : nooduitgang emigrate : emigreren emigrate : uittrekken emigrate : uitwijken emissary : afgezant emissary : bode emissary : gezant emit : uitstralen emmet : mier emotion : aandoening emotion : bewogenheid emotion : emotie emotion : gewaarwording emotion : roersel empathy : empathie empathy : inlevingsvermogen emperor : keizer emphasis : klem emphasis : klemtoon emphasis : nadruk emphasise : benadrukken emphasize : benadrukken emphasize : met nadruk zeggen emphasize : nadruk leggen op emphasize : onderstrepen emphatic : dringend emphatic : nadrukkelijk emphatically : nadrukkelijk empire : (keizer)rijk empire : imperium empire : keizerrijk empire : rijk employ : aannemen employ : aanwenden employ : aanwerven employ : benutten employ : gebruiken employ : huren employ : in dienst hebben employ : in dienst nemen employ : tewerkstellen employee : bediende employee : employé employee : personeelslid employee : werknemer employer : werkgever employment : aanwending employment : toepassing employment : werk employment : werkgelegenheid employment agency : uitzendbureau employment exchange : arbeidsbeurs employment exchange : arbeidsbureau empress : keizerin emptiness : leegheid emptiness : leegte empty : hol empty : ledig empty : ledigen empty : leeg empty : leegmaken empty : legen empty : lens empty : lenzen empty : lichten empty : loos empty : ruimen empty : uithalen empty set : lege verzameling emu : emoe enable : in staat stellen enamel : brandverf enamel : email enamel : emailleren enamel : glazuur enamel : tandglazuur encephalopathy : encefalopathie enchanter : duivelskunstenaar enchanter : tovenaar enchanting : betoverend enchantment : toverij encipher : versleutelen enclose : bijsluiten enclose : insluiten enclose : omsluiten enclosure : kraal enclosure : omheind terrein encode : codificeren encompass : bevatten encompass : omvatten encore : bis encore : nog eens encounter : aantreffen encounter : ontmoeten encounter : ontmoeting encounter : tegemoet treden encounter : tegenkomen encounter : treffen encourage : aanmoedigen encourage : aansporen encourage : aanvuren encourage : aanwakkeren encourage : animeren encourage : bemoedigen encourage : opkikkeren encourage : opmonteren encourage : opwekken encourage : stijven encourage : verlevendigen encourage : zwepen encouragement : aanmoediging encouragement : bemoediging encouragement : stijving encroachment : aantasting encroachment : afslijting encroachment : inbreuk encroachment : overschrijding encrypt : coderen encrypt : encrypteren encrypt : vercijferen encrypt : versleutelen encyclopaedia : encyclopedie encyclopedia : encyclopedie end : afloop end : aflopen end : afmaken end : afsluiten end : besluit end : besluiten end : beëindigen end : eind end : einde end : eindigen end : ophouden end : slot end : uiteinde end : uiterste deel end : uitgaan end : uitlopen end : uitmaken end : uitraken end : verlopen end : voleindigen end : voleinding end up : aanbelanden end up : aankomen end up : aanlanden end up : aflopen end up : arriveren end up : eindigen end up : ophouden end up : terechtkomen end up : uitgaan end up : uitlopen end up : uitraken end up : verlopen end-of-the-line : eindstation endanger : in gevaar brengen endanger : in gevaar stellen endangered : bedreigd endangered species : bedreigde diersoort endeavour : moeite doen endeavour : pogen endeavour : streven endeavour : trachten endeavour : zich beijveren endeavour : zich inspannen endeavour : zoeken endemic : endemisch ending : afloop ending : aflopend ending : besluit ending : beëindiging ending : eind ending : einde ending : eindigend ending : slot ending : uiteinde ending : uitgang ending : voleinding endive : andijvie endless : eindeloos endlessly : tot in het oneindige endorse : aanbevelen endorse : bevestigen endorse : endosseren endorse : gireren endorse : wenden endorsee : geëndosseerde endorsement : endossement endorsement : giro endorser : endossant endorser : overdrager endosymbiotic theory : endosymbiontenhypothese endow : begiftigen endow : meegeven endowed with : bedeeld met endurable : draaglijk endurance : uithoudingsvermogen endure : aanhouden endure : aanzien endure : beklijven endure : doorstaan endure : dragen endure : dulden endure : duren endure : harden endure : lijden endure : naar buiten brengen endure : ondergaan endure : standhouden endure : toelaten endure : tolereren endure : uithouden endure : uitstaan endure : velen endure : verdragen endure : voortduren enemy : belager enemy : vijand energetic : energiek energetic : ferm energetic : flink energetic : krachtig energetic : voortvarend energy : arbeidsvermogen energy : energie energy : fut energy : spirit energy : veerkracht energy : wilskracht enforce : uitvoeren engage : in dienst nemen engage in a controversy : polemiseren engaged : bezet engaged : bezig engaged : geëngageerd engaged : in gesprek engaged : verloofd engagement : engagement engagement : verloving engender : aanporren engender : voortbrengen engine : aandrijving engine : locomotief engine : machine engine : motor engine driver : machinist engine trouble : motorpanne engine trouble : motorpech engine trouble : motorstoring engineer : ingenieur engineer : machinist engineer : probleemoplosser england : engeland english : engels englishman : engelsman englishwoman : engelse engrave : graveren engrave : griffen engraving : graveerwerk engraving : gravure engraving : prent engulf : binnenkrijgen engulf : innemen engulf : inslikken enhance : vermeerderen enhanced remake : verbeterde herwerking enigma : puzzel enigma : raadsel enigmatic character : raadselachtigheid enjoy : blij zijn enjoy : genieten enjoy : genieten van enjoy : zich verblijden enjoy : zich verheugen enjoy : zich verheugen in enjoy : zich verlustigen in enjoy oneself : genieten enjoy oneself : zich amuseren enjoy oneself : zich vermaken enjoy oneself : zich vermeien enjoyable : aangenaam enjoyable : behaaglijk enjoyable : genoeglijk enjoyable : heerlijk enjoyable : plezierig enlarge : uitbouwen enlarge : uitbreiden enlarge : vergroten enlargement : uitbouwing enlargement : vergroting enlighten : illumineren enlighten : verlichten enlightenment : verlichting enlist : dienst nemen enlist : in dienst gaan enmity : animositeit enmity : vijandigheid enmity : vijandschap ennumeration : opsomming enormous : enorm enormous : geweldig enormous : gigantisch enormously : bijzonder enormously : danig enormously : duchtig enormously : enorm enormously : geducht enormously : schromelijk enormously : uiterst enough : basta enough : genoeg enough : genoeg! enough : nogal enough : tamelijk enough : voldoende enough : vrij enourmous : enorm enquire : informeren enquiry : verzoek om informatie ensign : vaandel ensign : vaandrig ensure : ervoor zorgen entail : met zich meebrengen entangle : betrekken entangle : verstrikken entangle : verwarren entangle : verwikkelen entangled hair : verward haar enter : bijboeken enter : binnengaan enter : binnenkomen enter : binnenlopen enter : boeken enter : indoen enter : ingaan enter : inkomen enter : inschrijven enter : insteken enter : registreren enter : steken enterprise : bedrijf enterprise : onderneming enterprising : ondernemend entertain : afleiden entertain : gastvrijheid verlenen aan entertain : onthalen entertain : recipiëren entertain : trakteren entertain : vergasten entertain : vermaken entertain : verstrooien entertain : vrijhouden entertaining : aardig entertaining : amusant entertaining : leuk entertaining : vermakelijk entertainment : aardigheid entertainment : amusement entertainment : amusement (fun) entertainment : pretje entertainment : vermaak entertainment : vermakelijkheid enthusiasm : enthousiasme enthusiasm : geestdrift enthusiasm : uitbundigheid enthusiastic : enthousiast enthusiastic : geestdriftig enthusiastic : uitbundig entice : bekoren entice : in verzoeking brengen entice : verleiden entice : verlokken entice : verzoeken entice : weglokken enticing : aanlokkelijk enticing : lekker entire : compleet entire : gans entire : geheel entire : gehele entire : heel entire : vol entire : volkomen entire : volslagen entirely : compleet entirely : finaal entirely : geheel entirely : heel entirely : helemaal entirely : totaal entirely : totaliter entirely : volkomen entirely : volledig entirety : geheel entomb : begraven entomb : ter aarde bestellen entrance : entree entrance : ingang entrance : toegang entreaty : bede entreaty : smeekbede entrepreneur : ondernemer entrust : belasten met entrust : opdracht geven entrust : opdragen entrust : toevertrouwen entrust : vertrouwen entrust : vertrouwen hebben in entry : aanmelding entry : artikel entry : deelnemer entry : element entry : entree entry : ingang entry : inschrijving entry : invoer entry : notitie entry : post entry : toegang entry : trefwoord entrée : hors d'oeuvre entrée : voorgerecht enuresis : bedplassen enuresis : bedwateren envelop : hullen envelop : inwikkelen envelop : omhullen envelop : omvatten envelop : toestoppen envelop : woelen envelope : briefomslag envelope : couvert envelope : envelop envelope : enveloppe envelope : omslag envious (of) : jaloers (op) envious : afgunstig envious : ijverzuchtig envious : jaloers envious : wangunstig environment : medium environment : milieu environment : omgeving environment : omstreken environment : omtrek environmental : milieu environmental : milieu- environmentalist : milieubeschermer environs : omgeving environs : omstreken environs : omtrek envisage : beschouwen envoy : afgezant envoy : bode envoy : gezant envy : afgunst envy : afgunstig zijn envy : benijden envy : ijverzucht envy : jaloers zijn op envy : jaloezie envy : misgunnen envy : nijd envy : wangunst epaulet : epaulet epaulet : schouderbedekking epee : degen epic : episch epic poem : epos epic poem : heldendicht epidemic : epidemie epidemic : epidemisch epilepsy : epilepsie epilepsy : toevallen epilepsy : vallende ziekte epilogue : epiloog epilogue : nawoord epiphyte : epifyt episcopal : bisschoppelijk episcopal : doorluchtig episode : aflevering episode : episode epistle : brief epistle : epistel epistle : zendbrief epitaph : grafschrift epoch : tijdperk epoch : tijdsgewricht eponym : eponiem epsilon : epsilon equal : eender equal : egaal equal : evenaren equal : gelijk equal : gelijk zijn aan equal : gelijke equal : gelijkmatig equal : identiek equal : identieke equal sign : is-gelijkteken equality : gelijkheid equality : pariteit equally : even equally : eveneens equally : evenzeer equally : gelijk equally : gelijkelijk equally : idem equally : insgelijks equally : van hetzelfde equation : vergelijking equator : equator equator : evenaar equator : evennachtslijn equestrian : paarde- equestrian : paarden- equilibrium : balans equilibrium : evenwicht equilibrium : evenwichtstoestand equinox : dag- en nachtevening equinox : dag-en-nachtevening equinox : equinox equinox : nachtevening equip : toerusten equip : uitrusten equip : uitvoeren equipment : accommodatie equipment : apparatuur equipment : hardware equipment : inrichting equipment : toerusting equipment : uitrusting equipment : uitrustingsstuk equivalent : equivalent equivalent : gelijkwaardig era : era era : jaartelling era : periode era : tijdperk era : tijdrekening era : tijdsgewricht eradicate : ontwortelen erase : gommen erase : met gom bestrijken erase : wissen eraser : gom eraser : gummi erbium : erbium erect : baseren erect : funderen erect : grondvesten erect : inrichten erect : oprichten erect : stichten erect : vestigen erecting : montage erecting : zetting erection : erectie ergative case : ergatief eric : erik eric : rik ermine : hermelijn erotic : erotisch erotic : zwoel err : dwalen err : een fout maken err : ernaast zitten err : zich vergissen errand : bericht errand : boodschap errand : commissie errand : opdracht errand-boy : loopjongen errant : dolend erroneous : fout erroneous : foutief erroneous : onjuist erroneous : verkeerd error : abuis error : dwaling error : een fout maken error : een vergissing maken error : fout error : vergissing error : zich vergissen erupt : uitbarsten eryngo : kruisdistel erysipelas : belroos erysipelas : wondroos escalate : escaleren escalator : roltrap escape : ontgaan escape : ontkomen escape : ontsnappen escape : ontsnapping eschatology : eschatologie escort : accompagnement escort : begeleiden escort : begeleiding escort : escort escort : escorteren escort : geleide escort : gewapend begeleiden escort : vrijgeleide escudo : escudo esoteric : esoterisch especially : in het bijzonder especially : inzonderheid especially : vooral especially : voornamelijk espionage : spionage essay : dissertatie essay : essay essay : opstel essay : poging essay : proefschrift essay : stelling essay : thesis essay/composition : opstel essence : essence essence : essentie essence : kern essence : wezen essence : wezenheid essential : essentieel essential : intrinsiek essential : onontbeerlijk essential : vitaal essential : wezenlijk essential oil : essentiële olie establish : baseren establish : bevinden establish : constateren establish : funderen establish : grondvesten establish : inrichten establish : oprichten establish : stichten establish : vaststellen establish : vestigen establishment : etablissement establishment : instelling establishment : vestiging estate : bezitting estate : boerderij estate : erfenis estate : goed estate : landgoed estate : nalatenschap estate agent : makelaar estate-agent : makelaar esteem : aanzien esteem : achten esteem : achting esteem : achting hebben voor esteem : achting toedragen esteem : beschouwen esteem : gezochtheid esteem : hoogachten esteem : nagaan esteem : overwegen esteem : prijzen esteem : rekening houden met esteem : tel esteem : waarderen estimate : begroten estimate : begroting estimate : schatten estimate : schatting estimate : taxeren estimate : waarderen estimates : begroting estrange : vervreemden estuary : zeearm estudar : instuderen estudar : studeren et cetera : enz. et cetera : enzovoort et cetera : enzovoorts et cetera : et cetera eta : èta etc. : enz. etc. : etc. etcetera : enzovoort etcetera : etcetera etching : ets eternal : eeuwig eternity : eeuwigheid eternity : onvergankelijkheid ether : ether ethic : ethiek ethic : zedenkunde ethic : zedenleer ethical : ethisch ethical : zedenkundig ethics : ethiek ethics : zedenkunde ethics : zedenleer ethnic : allochtoon ethnic group : geslacht ethnic group : stam ethnic group : volksstam ethnic immigrant : allochtoon ethnic minority : etnische minderheid ethos : sfeer ethos : stemming etiquette : etiket etiquette : etiquette etiquette : label etymological : etymologisch etymology : etymologie eu : europese unie eucalyptus : eucalyptus eukaryote : eukaryoten eunuch : eunuch euphemism : eufemisme euphonious : schoonklinkend euphonious : welluidend euphonious : zoetvloeiend euphonium : euphonium euro : euro europe : europa european : europeaan european : europees european central bank : europese centrale bank european union : europese unie europium : europium eustachian tube : buis van eustachius evacuate : evacueren evacuate : ontruimen evacuation : evacuatie evade : mijden evade : ontwijken evade : uit de weg gaan evade : vermijden evaluate : evalueren evangelic : evangelisch evangelize : evangeliseren evangelize : uitdragen van de blijde boodschap evaporate : doen verdampen evaporate : indampen evaporate : uitdampen evaporate : verdampen evaporate : vervliegen evaporate : vervluchtigen eve : vooravond even : avondstond even : een paar vormend even : eender even : eens even : effen even : effenen even : egaal even : egaliseren even : even even : evenen even : gelijk even : gelijke even : gelijkmaken even : gelijkmatig even : gelijkmatige even : geregeld even : kiet even : paar even : platmaken even : quitte even : regelmatig even : slechten even : steevast even : vlak even : vlakke even : vlakken even : zelfs even if : al even if : ook al even if : zelfs als evening : avond evening : avondje evening classes : avondschool evening dress : avondkleding evening dress : rok evening frock : avondjapon evening gown : avondjapon evening meal : avondeten evening meal : avondmaal evening paper : avondblad evening paper : avondkrant evening twilight : avondschemering evening twilight : vallen van de nacht evening-primrose : teunisbloem evening-school : avondschool event : belangrijke gebeurtenis event : evenement event : gebeurde event : gebeuren event : gebeurtenis event : gelegenheid event : geval event : incident event : nummer event : voorgevallene event : voorval eventual : eventueel eventual : gebeurlijk eventual : uiteindelijk eventuality : eventualiteit eventually : not> eventueel eventually : ten slotte eventually : uiteindelijk ever : altijd ever : eenmaal ever : eens ever : immer ever : ooit ever : steeds ever : wel eens ever since : sedert ever since : sinds ever since : vanaf everlasting : altijddurend everlasting : eeuwig everlasting : eindeloos everlasting : oneindig everlasting : voortdurend every : elk every : ieder every kind of : allerhande every kind of : allerlei every kind of : van elke soort every man for himself : ieder voor zich every one : alleman every one : een ieder every one : iedereen every other day : om de andere dag every other day : om de dag every time : telkens everybody : alleman everybody : allen everybody : een ieder everybody : iedereen everyday : alledaags everyday : grof everyday : ordinair everyday : plat everyday : vulgair everyone's : aller everyone's : ieders everything : allemaal everything : alles everywhere : allerwegen everywhere : alom everywhere : overal everywhere : overal waar everywhere : wijd en zijd evidence : bewijs evident : apert evident : duidelijk evident : evident evident : kennelijk evident : klaarblijkelijk evident : uitgesproken evil : boze evil : kwaad evil : kwade evil : slechte evoke : naar buiten roepen evoke : ten gevolge hebben evoke : uitlokken evolution : evolutie evolution : ontwikkeling evolution : wordingsproces evolve : evolueren evolve : zich ontwikkelen ewe : ooi ex- : ex- ex- : gewezen ex- : oud- ex- : voormalig ex- : vroeger exact : accuraat exact : exact exact : goed exact : juist exact : nauwkeurig exact : opvorderen exact : recht exact : rekwireren exact : vorderen exaction : afpersing exaction : knevelarij exactitude : accuratesse exactitude : nauwgezetheid exactitude : nauwkeurigheid exactitude : precisie exactitude : stiptheid exactitude : zorgvuldigheid exactly : OK exactly : accuraat exactly : exact exactly : juist exactly : nauwgezet exactly : net exactly : okay exactly : okee exactly : oké exactly : pal exactly : precies exactly : scherp exactly : vlak exactness : nauwkeurigheid exactness : precisie exactness : stiptheid exactness : zorgvuldigheid exaggerate : chargeren exaggerate : overdrijven examination : aanschouwing examination : beschouwing examination : examen examination : keuring examination : nauwkeurig onderzoek examination : onderzoek examine : examineren examine : exploreren examine : nagaan examine : nakijken examine : nauwkeurig onderzoeken examine : onderzoeken examine : uitvissen examine : uitzoeken examine : vorsen example : toonbeeld example : voorbeeld exasperate : tot het uiterste drijven excavate : delven excavate : opduikelen excavate : opgraven excavate : rooien excavate : uitgraven excavate : winnen excavation : opgraving exceed : overschrijden exceed : overtreffen exceed : te boven gaan exceed : uitblinken exceed : uitmunten exceed : voorbijstreven exceedingly : bijzonder exceedingly : buitengewoon excellency : eerwaarde excellency : hoogheid excellency : majesteit excellent : excellent excellent : uitmuntend excellent : uitstekend excellent : voortreffelijk except : behalve except : bij uitzondering except : buiten except : ongerekend except : op ... na except : uitgezonderd except : uitzonderen except for : behalve except for : behoudens except for : buiten except for : ongerekend exception : uitzondering exceptional : uitzonderlijk excess : buitensporigheid excess : exces excess : overdaad excess : uitspatting excess : uitwas excess baggage : extra bagage excess baggage : overgewicht excessive : buitensporig excessive : excessief excessive : extreem excessive : verregaand excessively : buitensporig excessively : excessief exchange : centrale exchange : inwisseling exchange : omruiling exchange : ruil exchange : ruilen exchange : uitwisselen exchange : uitwisseling exchange : verruiling exchange : wisselen exchange : wisselen (geld) exchange rate : beursnotering exchange rate : koers exchange rate : notering exchange rate : prijsnotering exchange rate : wisselkoers excise : accijns excise : verbruiksbelasting excise-duty : accijns excise-duty : verbruiksbelasting excitation : opwinding excite : aanstoken excite : aanwakkeren excite : irriteren excite : op stang jagen excite : ophitsen excite : opwinden excite : prikkelen excite : sarren excite : verhitten excite : werken op excite pity : vermurwen excited : opgewonden excitement : agitatie excitement : beroering excitement : gejaagdheid excitement : gisting excitement : onrust excitement : opgewondenheid excitement : opwinding exciting : opwindend exclaim : uitroepen exclain : uitroepen exclamation mark : uitroepteken exclude : buitensluiten exclude : uitsluiten exclude : uitzonderen exclusive : exclusief exclusive : uitsluitend exclusive right : exclusief recht exclusively : alleen exclusively : enkel exclusively : exclusief exclusively : maar exclusively : pas exclusively : slechts exclusively : uitsluitend excommunication : anathema excommunication : ban excommunication : banvloek excommunication : excommunicatie excrement : drek excrement : drol excrement : keutel excrement : ontlasting excrement : schijt excrement : stront excrement : uitwerpselen excrement : vijg excrete : afscheiden excursion : excursie excursion : tocht excursion : toer excursion : trip excursion : uitstapje excuse : excuseren excuse : excuus excuse : goedpraten excuse : vergeven excuse : verontschuldigen excuse : verontschuldiging excuse : verschonen excuse me : excuseer excuse me : excuseert u mij excuse me : het spijt me excuse me : pardon excuse me : sorry excuse me : wablief excuse oneself : zich excuseren execute : executeren execute : ter dood brengen execute : terechtstellen execute : uitvoeren execution : executie execution : terechtstelling execution : uitvoering executioner : beul executive : leidinggevende executive : manager exempt : ontslaan exempt : vrijgestelde exempt : vrijstellen exemption : vrijstelling exercise : drillen exercise : lichaamsbeweging exercise : oefenen exercise : oefening exercise-book : aflevering exercise-book : katern exercise-book : schrift exert : beoefenen exert : betrachten exert : in de praktijk brengen exert : uitoefenen exertion : krachtsinspanning exhale : ademen exhale : getuigen van exhale : uitademen exhale : uitwasemen exhaust : uitlaat exhaust : uitlaatpijp exhausted : afgemat exhausted : bekaf exhausted : doodmoe exhausted : op exhausted : uitgeput exhausted : uitverkocht exhaustive : grondig exhaustive : uitputtend exhibit : belichten exhibit : bewijsstuk exhibit : exposeren exhibit : expositie exhibit : tentoongesteld voorwerp exhibit : tentoonstellen exhibit : tentoonstelling exhibit : tentoonstellingsstuk exhibit : tonen exhibit : uitstallen exhibit : vertonen exhibit : vertoning exhibition : expositie exhibition : tentoonstelling exhibitioner : beursstudent exhibitionism : exhibitionisme exhortation : aanmaning exhortation : aansporing exhortation : vermaan exhortation : vermaning exhortation : waarschuwing exile : balling exile : ballingschap exile : banneling exile : uitbannen exile : verbannen exile : verbanning exist : bestaan exist : bestaan (ww) existence : aanzijn existence : bestaan existence : bestaan (znw) existence : voorkomen existence : zijn existent : bestaand existent : bestaande existential : existentiële exit : afrit exit : uitgaan exit : uitgang exit : uitkomen exit : uitlopen exit : uitstappen exit : uitstijgen exit : uittreden exit : uitweg exodus : exodus exodus : uittocht exoteric : exoterisch exotic : exotisch exotic : exotische exotic : uitheems expand : factoriseren expand : ontbinden in factoren expand : openzetten expand : toenemen expand : uitbreiden expand : uitzetten expand : zich uitbreiden expansion : expansie expansion : uitbreiding expansion : uitzetting expat : expat expatriate : expat expect : afhalen expect : te wachten staan expect : verbeiden expect : verwachten expect : wachten expectation : afwachting expectation : verwachting expedite : afdoen expedite : afhandelen expedite : afwikkelen expedition : expeditie expel : uitdrijven expel : verdrijven expel : verjagen expel : wegdrijven expel : wegjagen expel : wegsturen expense : kosten expense : onkosten expenses : besteding expenses : uitgaaf expenses : uitgaven expenses : vertering expensive : duur expensive : kostbaar expensive : prijzig experience : beleven experience : belevenis experience : doorleven experience : doormaken experience : ervaren experience : ervaring experience : lotgeval experience : meemaken experience : ondergaan experience : ondervinding experience : wedervaren experience : wederwaardigheid experienced : bedreven experienced : deskundig experienced : ervaren experienced : geoefend experienced : zaakkundig experiment : experiment experiment : experimenteren experiment : proef experiment : proefneming experimental : empirisch experimental : experimenteel experimentally : experimenteel expert : bedreven expert : deskundig expert : deskundige expert : ervaren expert : expert expert : geoefend expert : kenner expert : specialist expert : vakman expert : zaakkundig expert : zaakkundige expertness : bedrevenheid expertness : handigheid expertness : slag expertness : vaardigheid expertness : vlugheid expire : aflopen expire : doodgaan expire : eindigen expire : ophouden expire : overlijden expire : sterven expire : uitgaan expire : uitlopen expire : uitraken expire : verlopen expire : verscheiden expire : versmachten explain : beduiden explain : duidelijk maken explain : te verstaan geven explain : toelichten explain : uiteenzetten explain : uitleggen explain : verhelderen explain : verklaren explain : voorhouden explanation : explicatie explanation : rekenschap explanation : toelichting explanation : uitduiding explanation : uiteenzetting explanation : uitleg explanation : verklaring explode : exploderen explode : losbarsten explode : ontploffen explode : springen explode : uitbarsten exploit : exploiteren exploit : uitbuiten exploit : uitmelken exploitation : exploitatie exploitation : expoloitatie exploitation : uitbuiting exploration : onderzoek exploration : speurtocht exploration : speurwerk explore : exploreren explore : nagaan explore : onderzoeken explore : uitvissen explore : uitzoeken explore : verkennen explore : vorsen explorer : verkenner explosion : explosie explosion : ontploffing explosion : uitbarsting explosive device : exponential growth : exponentiële groei export : exporteren export : uitvoeren expose (to) : blootstellen (aan) expose : blootstellen expose : zichtbaar maken exposition : expositie exposition : tentoonstelling exposure : blootstelling exposure meter : belichtingsmeter exposure meter : lichtmeter exposure time : belichtingstijd exposé : exposé express : betuigen express : exprestrein express : ontlokken express : opperen express : slaken express : sneltrein express : speciale koerier express : uitbrengen express : uitdrijven express : uitdrukken express : uiten express : uithalen express : uitspreken express : verwoorden express condolences : condoleren express oneself : zich uitdrukken expression : air expression : betuiging expression : bewoording expression : gelaatsuitdrukking expression : gezegde expression : gezicht expression : spreekwijze expression : uitdrukking expression : uiterlijk expression : uiting expression : uitzicht expression : wijze van spreken expression : zegswijze expressway : autoweg expressway : expressweg expressway : snelweg expulsion : uitwijzing expurgate : kuisen extend : bestek extend : grootte extend : omvang extend : ophouden extend : prolongeren extend : rekken extend : strekken extend : uitbreiden extend : uitgebreidheid extend : uitsteken extend : uitstrekken extend : verlengen extension : achtervoegsel extension : suffix extension : uitbreiding extensive : breedvoerig extensive : groot extensive : omvangrijk extensive : royaal extensive : ruim extensive : uitgebreid extensive : uitgestrekt extensive : veelomvattend extensive : wijd extent : omvang exterior : aanblik exterior : aanschijn exterior : buitenkant exterior : uiterlijk exterior : uitwendige exterminate : uitroeien exterminate : verdelgen extermination : uitroeiing external : buiten- external : extern external : uiterlijk external : uitwendig extinct : uitgestorven extinction : uisterving extinction : uitsterving extinguish : blussen extinguish : doven extinguish : uitblussen extinguish : uitdoen extinguish : uitdoven extinguish : uitmaken extort : afdwingen extort : afpersen extort : knevelen extortion : afpersing extortion : knevelarij extortioner : afzetter extra : extra extra : figurant extract : afleiden extract : aftreksel extract : uittreksel extract : zetsel extract : zetten extradite : uitleveren extradition : uitlevering extraordinarily : bijzonder extraordinarily : buitengewoon extraordinary : bijzonder extraordinary : buitengewoon extrapolation : extrapolatie extraterrestrial : buitenaards extraterrestrial : buitenaardse extravagance : buitensporigheid extravagant : buitenissig extravagant : buitensporig extravagant : extravagant extreme : afgelegen extreme : bovenmatig extreme : drastisch extreme : drastische extreme : ergst extreme : extreem extreme : extreme extreme : intens extreme : intense extreme : overmatig extreme : overmatige extreme : uiterst extreme : uiterste extreme : ultiem extreme : ultieme extreme : ultra extremely : allemachtig extremely : bijzonder extremely : danig extremely : duchtig extremely : extreem extremely : geducht extremely : in hoge mate extremely : schromelijk extremely : uitermate extremely : uiterst extremes : extremen extremes : uitersten extremity : extremiteit extremity : uiterste exult : jubelen exultation : gejubel eye : bekijken eye : kijker eye : onderzoeken eye : oog eye for an eye : oog om oog eye for an eye : tand om tand eye socket : oogkas eyeball : oogappel eyebrow : wenkbrauw eyebrow : wenkbrauw or eyebrow pencil : oogpotlood eyelash : wimper eyelid : ooglid fable : fabel fabric : stof fabric : structuur fabric : weefsel fabricate : aanmaken fabricate : fabriceren fabricate : maken fabricate : vervaardigen face : aangezicht face : bakkes face : de confrontatie aangaan met face : gelaat face : gelaatsuitdrukking face : gezicht face : het hoofd bieden face : mee afrekenen face : naar ... staan face : onder ogen zien face : tegemoet gaan face : toet face : zich richten face : zich richten naar face : zijde face to face : oog in oog face-ache : aangezichtspijn facile : gemakkelijk facile : licht facile : makkelijk facile : vlot facilitate : opluchten facilitate : vergemakkelijken facilitate : verlichten facility : aanleg facility : faciliteit facility : gemak facility : inrichting facility : voorziening facility : voorzienining fact : feit faction : partij faction : stem factorial : faculteit factory : fabriek factory : metaalfabriek factual : feitelijk factual : werkelijk faculty : faculteit fade : bleek worden fade : kwijnen fade : tanen fade : verbleken fade : verdorren fade : verflensen fade : verleppen fade : verschieten fade : vervagen fade : verwelken faeces : faeces faeces : uitwerpselen fag out : afbeulen fag out : afjakkeren fag out : afmatten faggot : brandstapel faggot : flikker faggot : mutsaard faggot : mutserd fail : afsterven fail : falen fail : floppen fail : in het water vallen fail : laten fail : misgaan fail : mislukken fail : nalaten fail : niet doen fail : onvoldoende fail : schipbreuk leiden fail : sjezen fail : stralen fail : stranden fail : uitsterven fail : wegsterven fail : zakken fail : zakken voor fail mark : onvoldoende fail to appear : achterwege blijven fail/fail mark : onvoldoende failure : afgang failure : bankroet failure : debâcle failure : echec failure : failliet failure : faillissement failure : faling failure : fiasco failure : flop failure : krach failure : mislukkeling failure : mislukking failure : sof failure : storing faint : bewusteloos raken faint : bezwijmen faint : bezwijming faint : flauwte faint : flauwvallen faint : in zwijm vallen faint : licht faint : onmacht faint : zwak faint : zwijm faint : zwijmen faint/to pass out : flauwvallen fair : aardig fair : bazaar fair : billijk fair : bleek fair : blond fair : fair fair : jaarbeurs fair : kermis fair : markt fair : marktplaats fair : marktplein fair : niet onbeduidend fair : rechtvaardig fair : sportief fairly : aardig fairly : nogal fairly : tamelijk fairy : fee fairy : feeën- fairy : feeëriek fairy : geest fairy floss : suikerspin fairy tale : sprookje fait accompli : voldongen feit faith : fiducie faith : geloof faith : vertrouwen faithful : getrouw faithful : loyaal faithful : trouw faithful : trouwhartig fake : namaak fake : namaak/vals fake : namaken fake : vals fake : vervalsen fake : vervalsing faked : nagemaakt falcon : valk fall : afnemen fall : afvallen fall : afvallig worden fall : neervallen fall : ondergang fall : slinken fall : storten fall : tanen fall : uitvallen fall : val fall : vallen fall : verflauwen fall : verminderen fall : verschieten fall : worden fall away : afvallen fall away : vermageren fall backwards : achterovervallen fall ill : ziek worden fall in : aantreden fall in : in de rij gaan staan fall in : in de rij komen fall in love : verliefd worden fall in love with : verliefd raken op fall in love with : verliefd worden op fall into abeyance : in onbruik raken fall into line : aantreden fall into line : in de rij gaan staan fall into line : in de rij komen fall off : achteruitgaan fall off : afvallen fall off : afvallig worden fall off : uitvallen fall off : verslechteren fall short of : niet voldoen aan fall short of : tekortschieten in fallacious : bedrieglijk fallacious : misleidend fallow deer : damhert false : bedrieglijk false : dubbelhartig false : fout false : loos false : onecht false : onjuist false : onwaar false : vals false : vervalst false acacia : robinia false acacia : valse acacia false step : misstap falsify : vervalsen fame : befaamdheid fame : beroemdheid fame : faam fame : gerucht fame : glorie fame : lof fame : mare fame : reputatie fame : roem fame : roep fame : vermaardheid familiar : bekend familiar : bekend/vertrouwd familiar : bekende familiar : vertrouwd familiar : vertrouwde familiarity : bekendheid family : familie family : gezin family : huis family : huisgezin family tree : genealogie family tree : geslachtkunde family tree : stamboom famine : geeuwhonger famine : hongersnood famished : uitgehongerd famous : alom bekend famous : befaamd famous : beroemd famous : gerenommeerd famous : gevierd famous : glorierijk famous : glorieus famous : roemrijk famous : roemruchtig famous : roemvol famous : vermaard famous : welbekend famous : wijdvermaard fan : aanblazen fan : aanvuren fan : aanwakkeren fan : aanzetten fan : bewonderaar fan : bewonderaarster fan : fan fan : frisse lucht toewaaien fan : liefhebber fan : ventilator fan : verlevendigen fan : waaien fan : waaier fan : wannen fan translation : niet-commerciële vertaling fanatical : dweepziek fanatical : dwepend fanatical : fanatiek fancier : amateur fancier : dilettant fancier : knutseaar fancier : liefhebber fancy : bedenken fancy : dromen fancy : in de waan verkeren fancy : mijmeren fancy : wanen fancy : zich verbeelden fancy : zich voorstellen fancy fair : bazaar fancy fair : fancyfair fanfare : fanfare fanfare : fanfarekorps fantastic : fantasierijk fantastic : fantastisch fantastic : grillig fantasy : fantasie fantasy : verbeeldingskracht faqir : fakir far : achteraf far : afgelegen far : ver far : veraf far : verafgelegen far : ververwijderd far : verwijderd far away : achteraf far away : afgelegen far away : ver far-fetched : vergezocht farad : farad fare : gesteld zijn fare : het maken fare : tarief (van vervoer) fare : vervoerprijs farewell : adieu farewell : afscheid farewell : vaarwel farm : bezitting farm : boerderij farm : goed farm : in pacht hebben farm : landgoed farm : pacht farm : pachten farm out : verpachten farm- : agrarisch farmer : agrariër farmer : boer farmer : boerin farmer : landbouwer farmer : landman farmer : meier farmer : pachter farmer : veehouder farmers' union : boerenbond farming : agricultuur farming : akkerbouw farming : landbouw farmland : bouwland fart : een wind laten fart : scheet fart : scheet laten fart : veest fart : wind farther : verder farther : verderop fascinate : betoveren fascinate : boeien fascinate : fascineren fascinated : geboeid fascinated : gefascineerd fascinating : betoverend fascinating : boeiend fascinating : fascinerend fascism : fascisme fashion : mode fashion : modus fashion : wijs fashionable : in de mode fashionable : in de mode/modieus fashionable : in zwang fashionable : mode- fashionable : modieus fast : gauw fast : gevestigd fast : gezwind fast : haastig fast : hard fast : hecht fast : in allerijl fast : kwiek fast : rap fast : schielijk fast : snel fast : spoedig fast : stevig fast : vast fast : vasten fast : vlug fast food : flitskost fast food : gemakvoedsel fast food : haastkost fast food : snelle hap fast food : snelvoedsel fast train : sneltrein fasten : aanbinden fasten : aandraaien fasten : afgrendelen fasten : bepalen fasten : bevestigen fasten : fixeren fasten : grendelen fasten : meren fasten : onderbinden fasten : tuigeren fasten : vastbinden fasten : vastleggen fasten : vastmaken fasten : vaststellen fasten : vastzetten fasten : verstevigen fat : buikig fat : corpulent fat : dik fat : dikbuikig fat : dikke fat : gezet fat : gezette fat : lijvig fat : vet fat : vetlaag fat : vetmesten fat : vette fat : vettig fat : zwaarlijvig fatal : fataal fatal : fatale fate : (nood)lot fate : bestemming fate : fortuin fate : levenslot fate : lot fate : lotsbestemming fate : noodlot fate : vertrouwen fate : voorland fateful : fataal fateful : funest fateful : noodlottig father : eerwaarde father : mijnheer pastoor father : vader father : vadertje father-in-law : schoonvader fatherland : vaderland fatherless : vaderloos fathom : vadem fatigue : afbeulen fatigue : afjakkeren fatigue : afmatten fatigue : vermoeidheid fatty : dik fatty : stijve fatty : vet fatty : vettig fatwa : fatwa faucet : kraan faucet : tap faucet : tapkraan fault : schuld faux amis : faux amis faux amis : valse vrienden favor : begunstigen favor : begunstiging favor : bevoordelen favor : gedienstigheid favor : genadigheid favor : gunst favor : voorstaan favor : voortrekken favor : welwillendheid favorite : uitverkoren favour : begunstigen favour : begunstiging favour : bevoordelen favour : gedienstigheid favour : genadigheid favour : gunst favour : voorstaan favour : voortrekken favour : welwillendheid favourable : goedgezind favourable : gunstig favourable : toegenegen favourable : welgezind favourite : favoriet favourite : lieveling favourite : uitverkoren fawn : hertekalf fawn : hertenjong fawn : kalf fawn : kwispelen fawn : reekalf fawn : reetje fax : fax fax : faxen façade : façade façade : gevel façade : pui façade : voorgevel façade : voorpui fear : angst fear : bang zijn fear : bang zijn voor fear : beduchtheid fear : beklemming fear : benauwdheid fear : duchten fear : grote angst fear : schromen fear : terugschrikken voor fear : vrees fear : vrezen fear : zielsangst fearful : angstig fearful : kopschuw fearful : vervaard fearless : boud fearless : dapper fearless : ferm fearless : onvervaard fearless : stout fearless : stoutmoedig fearless : vermetel feast : banketteren feast : feestmaal feast : festijn feast : gelag feast : smulpartij feat : prestatie feat : verwezenlijking feather : pen feather : pluim feather : veder feather : veer feature : eigenschap feature : gelaatstrek feature : karaktertrek feature : kenmerk feature : trek features : gelaatstrekken february : februari feceate : zuiver fed : gevoed fed : voedde fed : voedden fed) : voeren federal : federaal federation : bond federation : federatie fee : honorarium fee : prijs feed (fed : voeren feed : aanvoer feed : festijn feed : invoeren feed : laten grazen feed : spijzigen feed : te eten geven feed : voeden feed : voeder feed : voederen feed : voer feed : voeren feed : weiden feed : zich voeden met feeding-bottle : zuigfles feel ... : ... aanvoelen feel : aanvoelen feel : aftasten feel : betasten feel : bevoelen feel : gevoel feel : gevoelen feel : gewaarworden feel : tasten feel : voelen feel : zich voelen feel : zin feel dizzy : duizelig zijn feel fine : het goed maken feel fine : zich goed voelen feel sorry for : berouw hebben van feeler : spriet feeler : voeler feeling : emotie feeling : gevoel feeling : gevoelens feeling : gevoelig feeling : voorgevoel feeling : zin feign : doen alsof feign : fingeren feign : simuleren feign : veinzen feign : voorgeven feign : voorwenden feldspar : veldspaat feline : felien feline : katachtig feline : katachtige fell : viel fell : vielen fellate : pijpen felloe : velg fellow : aaneen fellow : aaneen- fellow : co- fellow : kerel fellow : knul fellow : man fellow : manspersoon fellow : mede- fellow : persoon fellow : samen fellow : samen- fellow : snuiter fellow : sujet fellow : vent fellow-creature : medemens fellow-creature : naaste fellow-thinker : geestverwant fellow-thinker : medestander fellow/bloke/guy/chap : kerel/vent felly : velg felspar : veldspaat felt : gevoeld felt : vilt felt : voelde felt : voelden femal labourer : arbeidster femal worker : arbeidster female : moer female : vrouw female : vrouwelijk female : vrouwtje female : wijfje female admirer : bewonderaarster female admirer : vereerster female adorer : aanbidster female adorer : vereerster female adventurer : avonturierster female aid : helpster female ambassador : ambassadrice female angel : engel female angel : vrouwelijke engel female cat : poes female cook : keukenmeid female cook : kokkin female hairdresser : kapster female journalist : dagbladschrijfster female journalist : journaliste female laborer : arbeidster female martyr : martelares female mulatto : mulattin female panther : wijfjespanter female pigeon : duifje female relative : familielid female relative : verwant female relative : vrouwelijk familielid female relative : vrouwelijke verwant female singer : zangeres female slave : slavin female stenotypist : stenotypiste female stranger : vreemdelinge female student : studente female tailor : kleermaakster female teacher : lerares female teacher : onderwijzeres female teacher : schooljuffrouw female thief : dievegge female worshipper : aanbidster female worshipper : vereerster feminine : vrouwelijk feminism : feminism femur : dijbeen fence : afsluiting fence : barrière fence : heining fence : hek fence : heler fence : paalwerk fence : palissade fence : schermen fence : schutting fence : staketsel fence : versperring fence in : afrasteren fence off : afrasteren fence off : afsluiten fence off : omheinen fence off : omsluiten fencing : schermen fender : haardscherm fender : vuurscherm fennec : fennek fennel : venkel fermata : fermate ferment : fermenteren ferment : gist ferment : gisten ferment : stoken ferment : werken fermium : fermium fern : varen ferocious : wild ferocious : woest ferret : fret ferry : bak ferry : overzetboot ferry : pont ferry : pontveer ferry : schouw ferry : veer ferry : veerboot ferry : veerpont fertile : vruchtbaar fertiliser : kunstmest fertiliser : mest fertility : vruchtbaarheid fertilization : bemesting fertilize : bemesten fertilize : gieren fertilize : mesten fertilizer : kunstmest fertilizer : mest fervor : ambitie fervor : ijver fervor : vuur fervour : ambitie fervour : ijver fervour : vuur festival : feest festival : festival festival : festiviteit festival : fuif festival : partij festive : feestelijk festive : feestelijke fetch : aanbrengen fetch : aandragen fetch : bezorgen fetch : brengen fetch : gaan halen fetch : halen fetter : boei fetter : boeien fetter : keten fetter : ketenen fetter : kluister fetus : foetus feud : rijm feudal : feodaal fever : koorts fever : verhoging feverish : koortsachtig feverish : koortsig few : weinig fewer : min fewer : minder fewest : minst fiancé : bruidegom fiancé : galant fiancé : verloofde fiancée : bruid fiancée : meisje fiancée : verloofde fiasco : debâcle fiasco : echec fiasco : fiasco fiasco : flop fiasco : mislukking fiasco : sof fiber : vezel fibre : vezel fiction : fictie fiction : romans fiction : verbeelding fiction : verdichtsel fiction : verzinsel fiction writer : romanschrijver fictional : denkbeeldig fictional : fictief fictional : fictieve fictional : verdicht fictional : verzonnen fictitious : denkbeeldig fictitious : fictief fictitious : verdicht fictitious : verzonnen fief : leen fief : leengoed field : akker field : gebied field : land field : lichaam field : speelveld field : terrein field : veld field : wei field hospital : ambulance field hospital : veldhospitaal fierce : fel fierce : hevig fierce : woest fifteen : vijftien fifteenth : vijftiende fifth : vijfde fifty : vijftig fifty-eight : achtenvijftig fifty-five : vijfenvijftig fifty-four : vierenvijftig fifty-nine : negenenvijftig fifty-one : eenenvijftig fifty-seven : zevenenvijftig fifty-six : zesenvijftig fifty-three : drieënvijftig fifty-two : tweeënvijftig fig : vijg fig : vijgenboom fig leaf : vijgenblad fig-tree : vijg fig-tree : vijgeboom fight : bekampen fight : bestrijden fight : bevechten fight : boel fight : gevecht fight : het opnemen tegen fight : ijveren voor fight : kampen fight : knokken fight : opkomen voor fight : strijd fight : strijd voeren fight : strijden fight : uitvechten fight : vechten fight : vechten met fight : vechten tegen fight : vechtlust fight against : bestrijden fight against : het opnemen tegen fighting cock : kemphaan figurative : figuurlijk figurative : oneigenlijk figure : afbeelding figure : beeld figure : berekenen figure : calculeren figure : cijfer figure : cijferen figure : figuur figure : menen figure : nummer figure : personage and figure : rekenen figure : tellen figure : uitrekenen figure : vorm figure : zich voorstellen figure of speech : manier van spreken figure of speech : sijlfiguur figure of speech : spreekwijze figure of speech : spreekwoord figure of speech : wijze van spreken figure skating : kunstrijden figure skating : kunstschaatsen file : aktentas file : archiveren file : bestand file : beurt file : boekentas file : dossier file : file file : gelid file : kaartsysteem file : opslaan file : reeks file : rij file : theca file : toerbeurt file : verzameling file : vijl file : vijlen file away : opbergen file extension : bestandsextensie files : archief filing card : fiche filing card : kaart filing card : kaartje fill : beslaan fill : dempen fill : in beslag nemen fill : invullen fill : spekken fill : stoppen fill : volmaken fill : volschenken fill : vullen fill in : dempen fill in : invullen fill in : spekken fill in : stoppen fill in : volmaken fill in : volschenken fill in : vullen fill out : dikkerworden fill out : invullen fill up : dempen fill up : invullen fill up : spekken fill up : stoppen fill up : volmaken fill up : volschenken fill up : vullen fillet : band fillet : haarband filling station : benzinepomp filling station : benzinestation filling station : pomp filling station : pompstation filling station : tankstation filly : merrieveulen film : film film : fotorolletje film : rolprent film strip : film film strip : filmpje filter : filter filter : filteren filter : filtreren filter : zijgen filthy : morsig filthy : onrein filthy : smerig filthy : vies filthy : vuil fin : staartvin fin : vin fin : zwemvlies final : finaal final : finale final : uiteindelijk finalize : fatsoeneren finalize : in het net schrijven finally : eindelijk finally : per saldo finally : ten slotte finally : uiteindelijk finance : bekostigen finance : financieren finance : financiën finance : geldmiddelen financial : betalend financial : betalende financial : financieel financial : financiële financial : geldelijk financial year : boekjaar finch : vink find : aantreffen find : achten find : bemerken find : bevinden find : gewaar worden find : merken find : ontdekken find : treffen find : van mening zijn dat find : vernemen find : vinden find : vondst find : waarnemen find guilty : schuldig bevinden find oneself : verkeren find oneself : voorkomen find oneself : zich bevinden find oneself : zich ophouden find out : horen find out : informatie inwinnen find out : informeren find out : inlichtingen vragen find out : vernemen fine : beboeten fine : bekeuren fine : boete fine : delicaat fine : excellent fine : fijn fine : fraai fine : geldboete fine : gevoelig fine : iel fine : kies fine : kieskeurig fine : knap fine : kostelijk fine : mooi fine : net fine : prachtig fine : schoon fine : tactvol fine : teder fine : teer fine : tiptop fine : tof fine : uitmuntend fine : uitstekend fine : voortreffelijk fine : wonderwel finger : aanwijzen finger : peuteren finger : pulken finger : vinger finger : vingeren fingernail : nagel fingernail : vingernagel fingerprint : vingerafdruk finish : aantikken finish : afmaken finish : afsluiten finish : afwerken finish : appreteren finish : bereiden finish : besluiten finish : beëindigen finish : eindigen finish : eindstreep finish : finish finish : gedaan zijn finish : geheel maken finish : klaarkomen met finish : klaarmaken finish : klaarspelen finish : klaren finish : meet finish : ophouden finish : opmaken finish : stijven finish : toebereiden finish : uitmaken finish : uitwerken finish : verzetten finish : volbrengen finish : voleindigen finish : voltooien finish line : eindmeet finish off : afwerken finish off : beëindigen finish off : klaarkomen met finish off : volbrengen finish one's studies : afstuderen finished : af finished : afgelopen finished : afgewerkt finished : beëindigd finished : gereed finished : klaar finishing off : afwerking finite : eindig finnish : afdoen finnish : afhandelen finnish : afwikkelen fir : spar fir : zilverspar fire : aanvuren fire : aanwakkeren fire : aanzetten fire : afdanken fire : afgaan fire : afmonsteren fire : afschieten fire : afvuren fire : bakken fire : brand fire : fornuis fire : losbranden fire : ontladen fire : ontslaan fire : ontzetten fire : paffen fire : royeren fire : schieten fire : stoof fire : verlevendigen fire : vuren fire : vuur fire : vuurzee fire alarm : brandalarm fire at : beschieten fire at : schieten op fire engine : brandweerauto fire engine : brandweerwagen fire off : afschieten fire off : afvuren fire off : losbranden fire off : ontladen fire on the hearth : haardvuur fire upon : beschieten fire upon : schieten op fire-alarm : brandmelder fire-damp : mijngas firearm : vuurwapen firebox : broeinest firebox : haard firebrand : aanstoker firebrand : ophitser firebrand : opstoker firecall : brandmelder firefighter : brandweerman firefly : vuurvliegje fireman : brandweerman fireplace : haardstede fireplace : open haard fireplace : schoorsteen fireplace : schouw fireplace : stookplaats firewoman : brandweervrouw firewoman : vrouwelijke brandbestrijder firewood : brandhout firework : vuurwerk fireworks : vuurwerk firing : beschieting firing : geschiet firing : schietpartij firing : vuren firing-cap : capsule firing-cap : doosvrucht firing-cap : kapseltje firing-cap : zaadhuisje firm : beslist firm : categorisch firm : degelijk firm : deugdelijk firm : ferm firm : firma firm : flink firm : fors firm : gedegen firm : gevestigd firm : handelsfirma firm : handelshuis firm : hecht firm : pertinent firm : potig firm : robuust firm : solide firm : sterk firm : stevig firm : stoer firm : struis firm : vast firm : vastberaden firm in one's principles : beginselvast firm in one's principles : principieel firmly : pal firmly : stevig firmly : vast firmness : beslistheid first : allereerst first : eerst first : eerste first : ten eerste first : vooreerst first aid : EHBO first aid : eerste hulp first floor : begane grond first instalment : aanbetaling first name : voornaam first night : première first of all : allereerst first of all : eerst first of all : ten eerste first of all : vooreerst first person : eerste persoon first run : première first-aid station : EHBO-post first-aider : EHBO-er firstly : allereerst firstly : eerst firstly : ten eerste firstly : vooreerst firth : zeearm fiscal : fiscaal fiscal system : belastingstelsel fiscal year : belastingjaar fiscal year : fiscaal jaar fish : hengelen fish : snoeken fish : vis fish : vissen fish with a fish-trap : vissen met een fuik fish with a line : hengelen fish with a line : vissen fish with a net : vissen met een net fishbait : aas fisher : vismarter fisher : visser fisher : vissersboot fisherman : visser fisherman : visverkoper fishing : hengelsport fishing : sportvisserij fishing : stek fishing : vissen fishing : visserij fishing rod : hengel fission : atoomsplitsing fist : knuist fist : vuist fit : aanbrengen fit : aanmaning fit : aanpassen fit : aanval fit : adapteren fit : afstemmen fit : beroerte fit : bewerken fit : deugen fit : fit fit : geschikt fit : geschikt zijn fit : in overeenstemming brengen fit : in overeenstemming zijn fit : monteren fit : passen fit : rijmen fit : vlaag fit in : in overeenstemming zijn fit in : passen fit out : afzetten fit out : beslaan fit out : garneren fit out : stofferen fit out : uitmonsteren fit together : bijeenpassen fit together : congruent zijn fit together : elkaar dekken fit together : harmoniëren fit together : in elkaar passen fit together : ineenpassen fit together : samenklinken fitful : grillig fitful : nukkig fitful : onberekenbaar fitful : vlinderachtig fitful : wispelturig fitness : geschiktheid fitter : bankwerker fitter : fitter fitter : monteur fitting : adequaat fitting : behoorlijk fitting : betamelijk fitting : bijpassend fitting : fatsoenlijk fitting : keurig fitting : overeenstemmend fitting : passend fitting : voegzaam fitting : welvoeglijk fitting room : paskamer fitting up : montage fitting up : zetting five : vijf five hundred : vijfhonderd five past : vijf over één five thousand : vijfduizend five to : vijf voor twee fix : aanbrengen fix : aanpassen fix : adapteren fix : afstemmen fix : bepalen fix : bevestigen fix : bewerken fix : determineren fix : fixeren fix : herstellen fix : maken fix : monteren fix : nauwkeurig bepalen fix : repareren fix : tuigeren fix : vastmaken fix : vaststellen fix : vastzetten fix : verhelpen fix : verstellen fix : verstevigen fix up : aanrichten fix up : arrangeren fix up : ordenen fix up : regelen fix up : terechtbrengen fixed : onbeweeglijk fixed : star fixed : vast fixed with nails : nagelvast fixed with nails : spijkervast fixing : bepaling fixing : vaststelling fjord : fjord flag : , booleaanse flag : aanhouden flag : aanzetten flag : banier flag : betegelen flag : dundoek flag : flag flag : gele flag : markeren flag : melden flag : plaveien flag : signaleren flag : standaard flag : vaan flag : vaandel flag : veldteken flag : vendel flag : verzwakken flag : vlag flag : wenken flag : wimpel flag : zetten flake off : afbladderen flake off : afschilferen flame : laaien flame : opwinding flame : vlam flame : vlammen flame : vuur flamenco : flamenco flamingo : flamingo flammable : brandbaar flammable : licht ontvlambaar flammable : ontvlambaar flan : vla flan : vlaai flan : vlade flanders : vlaanderen flannel : flanel flannel : flanellen flapper : bakvis flare : flakkeren flare : flikkeren flare : schitteren flare : vonken schieten flare : wapperen flare up : flakkeren flare up : flikkeren flare up : schitteren flare up : vonken schieten flare up : wapperen flash : flikkeren flash : flits flash : flitsen flash : gloren flash mob : flashmob flash on : aanflitsen flash on : aanfloepen flash on : aangaan flash on : ontbranden flashlight : zaklamp flask : veldfles flat : appartement flat : bemol flat : coulisse flat : effen flat : flat flat : gelijk flat : lek flat : lekke flat : lekke band flat : mol flat : molteken flat : plat flat : platte flat : platte band flat : slap flat : vlak flat tyre : lekke band flat-iron : bout flat-iron : strijkbout flat-iron : strijkijzer flatfish : platvis flatter : vleien flatterer : mooiprater flattery : gevlei flattery : vleierij flavor : kruiden flavor : op smaak brengen flavour : aroma flavour : geur flavour : kruiden flavour : op smaak brengen flavour : smaak flaw : barst flawless : vlekkeloos flax : vlas flaxen : vlaskleurig flay : afstropen flay : vellen flea : vlo fleck : bespikkelen fleck : besprenkeln fleck : spikkel flee : de vlucht nemen flee : ontgaan flee : ontkomen flee : ontsnappen flee : vleden flee : vluchten flee : wegvluchten flee back : terugvluchten fleece : afzetten fleece : snijden fleet : vloot flemish : vlaams flemish brabant : vlaams-brabant flesh : mensenkleur flesh : vel flesh : vervetten flesh : vlees flesh : vruchtvlees flex : buigbaarheid flex : buigen flex : flexibiliteit flex : plooibaarheid flex : plooien flex : samentrekken flexible : buigbaar flexible : buigzaam flexible : flexibel flexible : lenig flexible : smijdig flexible : soepel flicker : flakkeren flicker : flikkeren flier : strooibiljet flight : vliegen flight : vliegtocht flight : vlucht flight engineer : boordwerktuigkundige flight mechanic : boordwerktuigkundige flightless : niet-vliegend flighty : luchthartig flighty : luchtig fling : slingeren fling : smijten fling : swingen fling : zwaaien fling off : afgooien fling off : afwerpen fling off : uitgooien flint : keisteen flint : kiezel flint : kiezelsteen flint : vuursteen flippant : oneerbiedig flippant : spottend flirt : aan de scharrel zijn flirt : fladderen flirt : flirten flirt : koketteren flirt : scharrelen flirt : wapperen flit : aan de scharrel zijn flit : fladderen flit : flirten flit : scharrelen flit : wapperen float : dobberen float : drijven float : meedrijven float : te water laten float : vloeien float : vlot float : vlotten float : vlottende kommagetal float : voorstellen float : zwemmen float : zweven flock : kudde flock : roedel flock of goats : kudde geiten flog : afranselen flog : met een stok slaan flood : bedelven flood : inundatie flood : inunderen flood : onder water zetten flood : overstelpen flood : overstromen flood : overstroming flood : toeloop flood : toevloed flood : verpletteren flood : vloed flood : vloed- flood : watersnood flood : watervloed flood : zondvloed floor : etage floor : verdieping floor : vloer floor exercise : grondoefening flop : afgang flop : mislopen flop : plof flop : verkeerd gaan floppy : slap florist : bloemist flounder : bot flounder : spartelen flounder : worstelen flounder : zich aftobben flour : bakmeel flour : bloem flour : meel flourish : bloeien flourish : fanfare flourish : fanfarekorps flourish : floreren flourish : gezwaai flourish : opbloeien flourish : ornament flourish : versiering flourish : wuiven flourish : zwaai flourish : zwaaien flow : loop flow : lopen flow : stromen flow : stroming flow : stroom flow : vlieten flow : vloeien flow down : afvloeien flow down : weglopen flow down : wegvloeien flow off : afvloeien flow off : weglopen flow off : wegvloeien flow towards : toelopen flow towards : toestromen flow towards : toevloeien flower : bloeien flower : bloem flower : openbloeien flowerpot : bloempot flu : griep flu : influenza flu/influenza : griep fluctuation : schommeling fluent : stromend fluent : vloeiend fluff : dons fluff : nesthaar fluff : waas flugelhorn : bugel fluid : dun fluid : incasseerbaar fluid : incasseerbare fluid : vloeibaar fluid : vloeibare fluid : vloeiend fluid : vloeiende fluid : vloeistof flung : gesmeten flung : smeet flung : smeten fluorescent lamp : TL-buis fluorine : fluor flute : fluit flutter : aan de scharrel zijn flutter : agitatie flutter : beroering flutter : fladderen flutter : flirten flutter : gisting flutter : onrust flutter : scharrelen flutter : trilling flutter : vibratie flutter : wapperen flux : flux flux : vloeimiddel flux : voortdurende wijziging fly : aanvliegen fly : balans fly : besturen fly : gulp fly : onrust fly : vlieg fly : vliegen fly away : uitvliegen fly away : vertrekken fly away : vervliegen fly away : wegvliegen flying saucer : vliegende schotel foal : veulen foam : bruisen foam : schuim foam : schuimen foam : tintelen focal length : brandpuntsafstand focus : brandpunt focus : concentreren focus : focus focus : haard focus : middelpunt focus : richten fodder : kanonnenvoer fodder : veevoeder fodder : veevoer foe : tegenstander foe : vijand foetus : foetus fog : damp fog : floers fog : mist fog : nevel foie gras : eendenlever foie gras : foie gras foie gras : ganzenlever foil : aluminiumfolie foil : floret foil : folie foist : opdringen foist : opzadelen met fold : omvouwen fold : plooi fold : plooien fold : schaapskooi fold : schapestal fold : vouw fold : vouwen folder : aflevering folder : katern folder : map folder : ordner folder : schrift foliage : bladertooi foliage : gebladerte foliage : loof folk : volk folk dance : volksdans folk song : volkslied folk song : volksliedje folklore : folklore folklore : volkskunde follow : bewandelen follow : bijhouden follow : handelen volgens follow : later komen follow : nagaan follow : nakomen follow : opvolgen follow : volgen follow : voortvloeien follow up with one's eyes : nakijken follow up with one's eyes : naogen follow-up : nabehandeling followers : aanhang followers : achterban followers : gevolg following : aanhang following : aanstaand following : gevolg following : leden following : volgend fondle : aaien font : doopvont font : lettertype food : eten food : etenswaar food : gerecht food : kost food : spijs food : voeder food : voeding food : voedingsmiddel food : voedsel food : voer food poisoning : voedselvergiftiging fool : bedonderen fool : bedotten fool : beduvelen fool : beetnemen fool : belazeren fool : de dwaas fool : domkop fool : domoor fool : dwaas fool : malloot fool : om de tuin leiden fool : schaapskop fool : stomkop fool : stommeling fool : sufferd fool : verneuken fool : zot foolish : bot foolish : dol foolish : dom foolish : dwaas foolish : onbenullig foolish : onverstandig foolish : schaapachtig foolish : stom foolish : zot foolish : zwakhoofdig foosball : tafelvoetbal foot : betalen foot : poot foot : pootje foot : stampen foot : voet foot : voldoen foot-and-mouth disease : mond-en-klauwzeer footage : filmfragment football : Amerikaans voetbal football : rugby football : voetbal football : voetballen footbridge : voetgangersbrug footpath : voetpad footwarmer : stoof footwear : schoeisel fop : dandy fop : fat fop : kwast fop : modepop fop : saletjonker for ... together : aan één stuk door for ... together : aaneen for ... together : achtereen for ... together : in één ruk for ... together : ononderbroken for ... together : onophoudelijk for : aangezien for : daar for : door for : gedurende for : in ruil voor for : naar for : om for : om te for : omdat for : onder for : op for : op grond van for : per for : staande for : tegen for : ten einde te for : terwijl for : tijdens for : uit for : vanwege for : vermits for : voor for : want for : wegens for : wijl for a long time : allang for a long time : gedurende lange tijd for a long time : lang for a long time : langdurig for a long time : sinds lang for a long time : vanouds for a long time : voor lange tijd for ever : eeuwig for ever : voor eeuwig for every reason : om alle redenen for every reason : overal om for example : bij voorbeeld for example : bijvoorbeeld for instance : bij voorbeeld for instance : bijvoorbeeld for no reason : nergens om for no reason : om geen enkele reden for no reason : zomaar for no reason : zonder reden for nothing : gratis for nothing : om niet for nothing : pro Deo for obvious reasons : begrijpelijkerwijs for rent : te huur for sake of : door for sake of : in ruil voor for sake of : op for sake of : op grond van for sake of : uit for sake of : vanwege for sake of : voor for sake of : wegens for sale : gangbaar for sale : te koop for sale : veil for sale : verhandelbaar for sale : verkoopbaar for sale : vervreemdbaar for some reason : om de een of andere reden for the first time : voor de eerste keer for the first time : voor de eerste maal for the greater part : goeddeels for the greater part : grotendeels for the most part : goeddeels for the most part : grotendeels for the most part : meestal for the reason that : aangezien for the reason that : daar for the reason that : doordat for the reason that : omdat for the reason that : vermits for the rest : overigens for the rest : trouwens for the rest : verder for the rest : voor de rest for the sake of : vanwege for the time being : vooralsnog for the time being : vooreerst for the time being : voorlopig for the time being : voorshands forage : foerageren forbid : verbieden forbidden : verboden forbidden fruit : verboden vrucht forbidding : afschrikwekkend force : afdwingen force : doordrukken force : dwingen force : dwingen tot force : forceren force : geweld aandoen force : kracht force : macht force : noodzaken force : opdringen force : overweldigen force : sterkte force : truc force : verkrachten force : verplichten force : zich opdringen ford : doorwaden fore : voorbeschikking fore : voorgrond fore- : achterklein- fore- : oer- fore- : voor- forearm : onderarm foreboding : voorgevoel forecast : beduiden forecast : profeteren forecast : prognose forecast : verwachting forecast : voorspellen forecast : voorspelling forecast : voorzeggen forecast : waarzeggen forecastle : voorkasteel forefather : stamvader forefather : voorvader forefather : voorzaat forefinger : wijsvinger forego : laten voorbijgaan forego : passen foreground : voorgrond forehead : voorhoofd foreign : allochtoon foreign : buitenlands foreign : onwennig foreign : uitheems foreign : vreemd foreign country : buitenland foreign currency : buitenlands geld foreign debt : buitenlandse schuld foreign lady : buitenlandse foreign lady : vreemdelinge foreign office : ministerie van buitenlandse zaken foreign secretary : minister van buitenlandse zaken foreign woman : buitenlandse foreign woman : vreemdelinge foreigner : buitenlander foreigner : buitenlandse foreigner : onbekende foreigner : vreemde foreigner : vreemdeling foreigner : vreemdelinge foreleg : voorpoot foresee : bedacht zijn op foresee : verwachten foresee : vooruitzien foresee : voorzien foreseeable : afzienbaar forest : bos forest : woud forest path : bospaadje forest path : bospad foretell : beduiden foretell : profeteren foretell : voorspellen foretell : voorzeggen foretell : waarzeggen forever : eeuwig forever : voor altijd forever : voor eeuwig foreward : naar voren foreward : voorover foreward : voort foreward : vooruit foreward : voorwaarts foreword : voorbericht foreword : voorrede foreword : voorwoord forge : namaken forge : smeden forge : vervalsen forged : nagemaakt forgery : vervalsing forget : afleren forget : vergeten forget : verleren forget-me-not : vergeet-me-niet forget-me-not : vergeet-mij-niet forget-me-not : vergeet-mij-nietje forgetful : vergeetachtig forgetful : vergeetachtige forgive : begenadigen forgive : vergeven forgo : laten voorbijgaan forgo : passen fork : afsplitsen fork : afsplitsing fork : fork fork : forken fork : kruis fork : splitsing fork : vork forks, knives and spoons : bestek, couvert, eetgerei, tafelgerei form : aangaan form : formeren form : formulier form : gedaante form : vorm form : vormen form a group : samenkomen form a group : samenrotten form a group : samenscholen form a group : zich groeperen form an embankment : afdammen form of application : aanvraagformulier form up : aantreden form up : in de rij gaan staan form up : in de rij komen formal : afgemeten formal : ceremonieel formal : formeel formal : plechtig formal : plechtstatig formation : formatie formation : rotsformatie former : ex- former : gewezen former : oud- former : verleden former : voorafgaand former : voorgaand former : voormalig former : vorig former : vroeger formerly : daarvoor formerly : eerder formerly : indertijd formerly : vooraan formerly : voorheen formerly : vroeger formerly : weleer formidable : bijzonder formidable : buitengewoon formula : formule formulate : formuleren formulate : inkleden formulate : vervatten forsake : in de steek laten forsake : laten varen forsake : opgeven forsake : verlaten forsake : verzaken forsook : verzaakte forsook : verzaakten forswear : afzweren forsythia : Chinees klokje forsythia : forsythia fortification : fort fortification : sterkte fortification : verschansing fortification : versterking fortify : kracht bijzetten fortify : sterken fortify : versterken fortnight : twee weken fortnight : veertien dagen fortnightly : tweewekelijks fortress : vesting fortunate : gelukkig fortunate : zegenrijk fortunately : gelukkig fortune : fortuin fortune : fortuinlijkheid fortune : levenslot fortune : lot fortune teller : voorspeller fortune teller : waarzegger fortune teller : waarzegster fortune teller : wichelaar forty : veertig forty-eight : achtenveertig forty-five : vijfenveertig forty-four : vierenveertig forty-nine : negenenveertig forty-one : eenenveertig forty-seven : zevenenveertig forty-six : zesenveertig forty-three : drieënveertig forty-two : tweeënveertig forum : forum forward : aanvaller forward : voorspeler fossil : fossiel fossil : verstening fossil fuel : fossiele brandstof foster parents : pleegouders foster-brother : pleegbroer foster-child : pleegkind foster-daughter : pleegdochter foster-father : pleegvader foster-mother : pleegmoeder foster-parents : pleegouders foster-sister : pleegzus foster-sister : pleegzuster foster-son : pleegzoon foul : smerig foul : vuil foul language : scheldwoorden foul weather : hondeweer found : baseren found : funderen found : grondvesten found : oprichten found : stichten found : vestigen foundation : achtergrond foundation : basis foundation : bodem foundation : fundament foundation : fundering foundation : grond foundation : grondslag foundation : ondergrond foundation : stichting fountain : bron fountain : fontein fountain : kwel fountain : wel fountain : welput fountain pen : vulpen fountain-pen : vulpen four : vier fourteen : veertien fourteenth : veertiende fourth : kwart fourth : vierde fourth : vierendeel fowl : gevogelte fowl : hen fowl : hoen fowl : kip fox : vos foxglove : gewoon vingerhoedskruid foxglove : vingerhoedskruid fraction : breuk fraction : fractie fracture : breuk fracture : gotisch lettertype fracture of the leg : beenbreuk fragile : breekbaar fragile : broos fragile : fragiel fragment : brok fragment : deel fragment : deeltje fragment : fragment fragment : item fragment : jaartelling fragment : partikel fragment : punt fragment : stuk fragmentary : fragmentarisch fragrance : geur fragrant : aromatisch fragrant : geurig fragrant : welriekend frame : in een lijst zetten frame : inlijsten frame : kader frame : kozijn frame : lijst frame : omlijsting frame : raam frame : raamkozijn frame : schilderijlijst frame : spant frame : vatten frame : vensterkozijn frame : vensterraam framework : kader framework : lijst framework : omlijsting framework : raam france : frankrijk francium : francium frank : eerlijk frank : openhartig frankly : open en bloot frankly : ronduit frankly : rondweg frankly : vrijuit frankness : openheid fraud : bedrieger fraud : bedriegerij fraud : fraude fraud : oplichter fraud : oplichting freaky : bizar freckle : sproet freckle : zomersproet free : bevrijden free : gratis free : kosteloos free : kosteloze free : laten gaan free : leeg free : los free : loslaten free : loslopend free : loslopende free : losse free : om niet free : onbezet free : ongedwongen free : open free : pro Deo free : verniet free : vrij free : vrije free and easy : frank free and easy : ongedwongen free and easy : ongegeneerd free and easy : vrij free and easy : vrijmoedig free and easy : vrijpostig free kick : vrije schop free kick : vrije trap free kick : vrijschop free of charge : gratis free time : vrije tijd free-standing : vrijstaand freebooter : vrijbuiter freedom : vlotheid freedom : vrijdom freedom : vrijheid freedom of speech : vrijheid van meningsuiting freemason : vrijmetselaar freestone : arduin freestone : hardsteen freeway : autoweg freeze (froze : vriezen freeze : bevriezen freeze : diepvriezen freeze : invriezen freeze : verstijven freeze : vriezen freezer : vriesvak freezer : vriezer freezing cold : vorst freezing point : vriespunt freight : cargo freight : vracht french : frans french fries : frieten french kiss : tongkus french kiss : tongzoen frenchman : fransman frequency : frequentie frequency modulation : frequentie modulatie frequent : bezoeken frequent : frequent frequent : frequente frequent : geregeld bezoeken frequent : veelvuldig frequently : dikwijls frequently : gedurig frequently : menigmaal frequently : vaak frequently : veel frequently : veelal frequently : veeltijds fresco : fresco fresh : fris fresh : luchtig fresh : nieuw fresh : onbedorven fresh : onbeschoft fresh : vers fresh : zoet fresh water : zoet water freshen : aanwakkeren freshen : sterker worden freshen : toenemen freshwater : vers water freshwater : zoet water fretful : aalwaardig fretful : aalwarig fretful : gemelijk fretful : verdrietig friction : conflict friction : frictie friction : geschil friction : onenigheid friction : wrijving friction : wrijvingsweerstand friday : vrijdag friend : bevriend zijn met friend : maatje friend : vriend friend : vriendin friend : vriendinnetje friend : vriendje friendless : zonder vrienden friendly : aardig friendly : amicaal friendly : bevriend friendly : lief friendly : voorkomend friendly : vriendelijk friendly : vriendschappelijk friendly : zoet friends : vrienden friendship : vriendschap friesland : friesland frieze : fries fright : angst frighten : bang maken frighten : beangstigen frighten : doen schrikken frighten : schrik aanjagen frighten : verschrikken frighten : vrees aanjagen frigid : koud frindge : franje fringe : band fringe : boord fringe : kant fringe : rand fringe : zoom frisian : fries frisk : fouilleren frisk : levendig frisk : levendige fritillary : kievietsbloem fritillary : kievitsbloem friulian : frioelisch frivolity : frivoliteit frivolity : ijdelheid frivolous : frivool frivolous : ijdel frivolous : lichtzinnig frivolous : nietig frivolous : onbelangrijk frivolous : wuft frock coat : geklede jas frog : kikker frog : kikvors frog's legs : kikkerbilletjes frogbit : kikkerbeet frolic : dartel frolic : dartelen frolic : olijk frolic : ondeugend frolic : robbedoezen frolic : schalks frolic : schelms frolic : stoeien frolic about : bokkesprongen maken frolicsome : dartel frolicsome : olijk frolicsome : ondeugend frolicsome : schalks frolicsome : schelms from : met ingang van from : op de from : sedert from : uit from : van from : vanaf from here : hiervandaan from here : van hier from scratch : helemaal opnieuw from scratch : vanaf het begin from scratch : vanaf nul from there : daar ... vandaan from there : daarvan from there : vandaar from time to time : van tijd tot tijd from where : van waar from where : waar ... vandaan from where : waarvandaan front : front front : gevel front : voor- front : voorkant front : voorzijde front door : voordeur front paw : voorpoot frontage : front frontage : gevel frontage : voorkant frontage : voorzijde frontier : grens frontier : perk frost : vorst frostbite : door bevriezing veroorzaakte wond frosted : berijpt frosted : mat frosted : mat- frosted : met rijp bedekt froth : bruisen froth : doorroeren froth : omroeren froth : roeren froth : schuim froth : schuimen froth : tintelen frowsy : bedompt frozen : bevroren frozen) : vriezen frugivore : fructivoor fruit : fruit fruit : spruit fruit : vrucht fruit tree : fruitboom fruit-tree : ooftboom fruit-tree : vruchtboom fruitful : vruchtbaar fruitful : vruchtdragend frumenty : frumenty : eieren en suiker> frumenty : rozijnen frustrate : frustreren fry : bakken fry : fruiten frying pan : koekepan frying pan : pan frying pan : pat frying-pan : bakpan frying-pan : koekepan frying-pan : pan frying-pan : pat fuck : kanker! fuck : kut! fuck : naaibeer fuck : naaien fuck : neuken fuck : neukmaatje fuck : penetreren fuck : potje neuken fuck : verneuken fuck around : aankloten fuckhead : fuckhoofd fuel : brandstof fuel : stookmateriaal fuel tank : benzinetank fuel tank : busje fuel tank : hostiekistje fuel tank : trommeltje fugitive : vluchteling fugitive : vluchtelinge fugitive : voortvluchtig fugitive : voortvluchtige full : compleet full : ruim full : totaal full : verzadigd full : vol full : volkomen full : volledig full : wijd full : zat full moon : volle maan full of holes : vol met gaten full of images : beeldrijk full of life : levenskrachtig full of life : vitaal full of zeal : ambitieus full of zeal : ijverig full of zeal : noest full of zeal : volijverig full of zeal : vurig full payment : afbetaling full stop : punt full-grown : groot full-grown : meerderjarig full-grown : mondig full-grown : volgroeid full-grown : volwassen full-time : voltijds fully : geheel fully : heel fully : ten volle fully : volkomen fully : volledig fully : voluit fumble : friemelen fumble : morrelen fumble : scharrelen fume : damp fume : uitwasemen fume : uitwaseming fumy : stinkend fun : amusement fun : genoegen fun : leuk fun : leuke fun : lol fun : lollig fun : lollige fun : plezier fun : plezierig fun : plezierige fun : pret fun : schik fun : vermaak fun fair : kermis function : ambt function : baan function : betrekking function : dienen function : functie function : functioneren function : fungeren function : het doen function : in zijn werk gaan function : plaats function : werken function : werkkring functionality : functionaliteit functionary : functionaris functionary : official fund : fonds fund : geldkist fund : kapitaal fund : kas fundamental : fundamenteel fundamentalism : fundamentalisme funeral : begrafenis funeral : graflegging funeral : teraardebestelling funeral procession : begrafenisstoet funeral procession : rouwstoet funeral service : rouwdienst fungus : paddestoel fungus : zwam funk : bangerd funk : lafaard funnel : trechter funny : aardig funny : amusant funny : grappig funny : koddig funny : komisch funny : leuk funny : moppig funny : vermakelijk fur : aanbakken fur : aanslag fur : aanzetten fur : bont fur : dierevel fur : huid fur : pels fur : vacht fur : vel fur coat : bont fur coat : pels fur piece : bont fur piece : pels furious : dol furious : doldriftig furious : spinnijdig furious : verbolgen furious : verwoed furious : woedend furious : woest furlough : verlof furlough : vrijaf furnace : kachel furnace : oven furnish : aankleden furnish : afleveren furnish : bestellen furnish : leveren furnish : meubileren furnish : toevoeren furnished : gemeubileerd furniture : ameublement furniture : huisraad furniture : inboedel furniture : meubelen furniture : meubels furniture : meubilair furniture van : verhuisauto furniture van : verhuiswagen furrow : frons furrow : fronsen furrow : geul furrow : groef furrow : rimpel furrow : rimpelen furrow : voor furrow : vore furrow : zog further : langer further : meer further : nader further : verder further : verderop furthermore : bovendien furthermore : daarenboven furthermore : verder furthermore : voorts fuse : kousje fuse : lampepit fuse : lont fuse : pit fuss : bedoening fuss : drukte fuss : rompslomp futile : ijdel futile : nutteloos futile : vergeefs futile : vruchteloos future : aankomend future : beginnend future : in spe future : onvoltooid toekomende tijd future : toekomend future : toekomende tijd future : toekomst future : toekomstig future : verschiet future tense : toekomende tijd fuzzy : dampig fuzzy : heiig fuzzy : mistig fuzzy : nevelig gaberdine : gabardine gadfly : brems gadfly : daas gadfly : horzel or gadfly : paardehorzel gadfly : paardenvlieg gadget : apparaatje gadolinium : gadolinium gadwall : krakeend gag : aardigheidje gag : bak gag : grap gag : grol gag : jok gag : kwinkslag gag : mop gag : moppen tappen gag : pots gag : scherts gag : ui gaggle : troep gain : aankomen gain : aanwinst gain : acquest gain : baat gain : behalen gain : bekomen gain : belang gain : buit gain : gewin gain : profijt gain : prooi gain : verdienen gain : verdienste gain : verkrijgen gain : voordeel gain : winnen gain : winst gain : zwaarder worden gaiter : beenkap gaiter : slobkous galactic : galactisch galactic : melkweg- gale : storm gall : gal gall : galnoot gall : plantengal gallant : braaf gallant : dapper gallant : eerlijk gallant : ferm gallant : flink gallant : kranig gallant : manhaftig gallant : vriendelijk gallery : gaanderij gallery : galerie gallery : galerij gallery : gang gallery : trans gallery of a mine : mijngang galley : kombuis galley : scheepskeuken gallium : gallium galloon : gallon gallop : galop gallop : galopperen gallows : galg gallows humor : galgenhumor galosh : overschoen galvanization : galvanisering gamble : dobbelen gamble : gok gamble : gokken game : match game : spel game : wild gamecock : kemphaan gamecock : vechthaan gamma : gamma gammer : besje gammer : oude vrouw gammer : oudje gamut : scala gamut : toonladder gamut : toonschaal gander : blik gander : gander gander : ganzerik gander : kijkje gander : mannetjesgans gang : bende gang : compagnie gang : ploeg gang : rot gang : schare gang : troep gang : vendel gangster : gangster gangway : doorgang gangway : loopplank gangway : overgang gangway : passage gaol : gevangenis gaol : kerker gaol : nor gap : bres gap : gaping gap : hiaat gap : opening gape : aangapen gape : dom kijken gape : gapen gape : wijd openstaan gape at : aangapen garage : garage garage : stalling garage : zijspoor garbage : afval garbage : huisvuil garbage : rommel garbage : uitschot garbage can : vuilcontainer garbage can : vuilnisbak garbage can : vuilnisemmer garbage can : vuilnisvat garbage dump : puinhoop garbage dump : vuilnisbelt garden : hof garden : park garden : tuin garden : tuin- garden : tuinieren garden cress : bitterkers garden cress : sterrenkers garden cress : tuinkers gardener : hovenier gardener : tuinier gardener : tuinman gardenia : gardenia gardening : tuinieren garganey : zomertaling gargle : afspoelen gargle : gorgelen gargle : spoelen garland : bloemenkrans garland : guirlande garland : krans garland : slinger garland : slingerkrans garlic : knoflook garlic bulb : knoflookteentje garment : gewaad garment : kleding garment : kledingstuk garment : kleed garnish : afzetten garnish : beslaan garnish : garneren garnish : stofferen garnish : uitmonsteren garret : dakkamertje garret : zolderkamer garret : zolderkamertje garrison : bezetting garrison : garnizoen gas : gas gas cannister : gasfles gas cylinder : gasfles gas station : benzinepomp gas station : benzinestation gas station : pomp gas station : pompstation gas station : tankstation gas tank : benzinetank gasolene : benzine gasoline : benzine gasp : naar adem snakken gastric juice : maagsap gastric juice : maagzuur gastroenterology : gastro-enterologie gate : doorgang gate : draaihek gate : overgang gate : passage gate : poort gateway : poort gather : abstraheren gather : afleiden gather : besluiten gather : bijeenkomen gather : collecteren gather : concluderen gather : deduceren gather : een gevolgtrekking maken gather : innen gather : inzamelen gather : oogsten gather : plukken gather : rapen gather : samenkomen gather : vergaderen gather : verzamelen gathering : bijeenkomst gathering : meeting gathering : samenkomst gathering : vergadering gaunt : bedroefd gaunt : doods gaunt : droef gaunt : droefgeestig gaunt : droevig gaunt : dun gaunt : eenzaam gaunt : hoekig gaunt : hoekvormig gaunt : huiveringwekkend gaunt : leeg gaunt : luchtig gaunt : luguber gaunt : mager gaunt : melancholiek gaunt : mistroostig gaunt : naargeestig gaunt : onbemand gaunt : onbevolkt gaunt : onbewoond gaunt : schraal gaunt : schriel gaunt : somber gaunt : spichtig gaunt : sprietig gaunt : treurig gaunt : triestig gaunt : troosteloos gaunt : uitgestorven gaunt : verdrietig gaunt : verlaten gaunt : weemoedig gaunt : woest gaunt : zwaarmoedig gauze : gaas gawk : aangapen gawk : dom kijken gawk : gapen gay : flikker gay : goedgehumeurd gay : goedgeluimd gay : homo gay : homofiel gay : homoseksueel gay : homosexueel gay : jolig gay : luimig gay : lustig gay : monter gay : opgewekt gay : vrolijk gay : welgemutst gaze : aanstaren gaze : staren gaze : turen gazelle : gazel gazette : blad gazette : krant gear : kamrad gear : kamwiel gear : tandrad gear : tandwiel gear : uitrusting gear : versnelling gear-box : versnellingsbak gear-case : versnellingsbak gecko : gekko gecko : toke gecko : tokeh gecko : tokkeh gee-up : hop geisha : geisha gelding : ruin gem : edelgesteente gem : edelsteen gem : juweel gem : steen gem/precious stone : edelsteen gemstone : edelsteen gendarme : gendarme gendarme : rijksveldwachter gendarme : veldwachter gender : genus gender : geslacht gender : sekse gene : gen genealogical : genealogisch genealogist : genealoog genealogy : genealogie genealogy : geslachtkunde genealogy : stamboom general : algemeen general : algemene general : generaal general : in het groot general : schetsmatig general : universeel general election : algemene verkiezingen general practitioner : huisarts general practitioner/gp : huisarts generality : algemeenheid generality : universaliteit generally : doorgaans generally : in het algemeen generally : over het algemeen generally : überhaupt generalship : beleid generalship : omzichtigheid generalship : voorzichtigheid generate : opwekken generate : verwekken generation : generatie generation : geslacht generation gap : generatiekloof generative : generatief generative : geslachtelijk generative : sexueel generous : genereus generous : grootmoedig generous : gul generous : kwistig generous : rijkelijk generous : royaal generous : scheutig generous : vrijgevig genesis : genese genital : geslachts- genital : seksueel genitalia : genitaliën genitalia : voortplantingsorganen genitive : genitief genitive : tweede naamval genitive case : genitief genitive case : tweede naamval genius : beschermgeest genius : genialiteit genius : genie genius : genius genocide : genocide genocide : volkerenmoord genome : genoom genotype : genotype genre : genre genre : genrestuk gentian : gentiaan gentle : liefelijk gentle : mild gentle : zacht gentle : zachtaardig gentle : zachtmoedig gentle : zachtzinnig gentle : zoel gentle : zoet gentleman : gentleman gentleman : heer gentleman : heerschap gentleman : heren gentleman : meneer gentleman farmer : hereboer gentlemanlike : beschaafd gentlemanlike : keurig gentleness : mildheid gentleness : zachtaardigheid gentleness : zachtheid gentleness : zachtmoedigheid gentleness : zoelheid gently : voorzichtig gently : zachtjes genuine : authentiek genuine : echt genuine : onvervalst genuine : waar genuine/real : echt genuinely : echt genuinely : werkelijk genuinely : wezenlijk genuinly : echt genuinly : inderdaad genuinly : naar waarheid genuinly : waarachtig genuinly : waarlijk genuinly : werkelijk genus : geslacht genus : soort geographer : aardrijkskundige geographer : geograaf geographic : aardrijkskundig geographic : geografisch geographical : aardrijkskundig geographical : geografisch geography : aardrijkskunde geography : geografie geological : geologisch geologist : geologe geologist : geoloog geology : aardkunde geology : geologie geometry : geometrie geometry : meetkunde geranium : geranium geranium : pelargonium germ : bacterie germ : kiem germ : microbe germ : oog germ : zaad germ : zaadkiem german : duits german : duitse german : duitser germanium : germanium germany : duitsland germinate : kiemen germinate : ontkiemen gerund : gerundium gesture : gebaar gesture : gebaren gesture : geste gesture : gesticuleren get : aankomen get : aanschaffen get : aanvatten get : arriveren get : begrijpen get : behalen get : bereiken get : betrekken get : buit maken get : deelachtig worden get : doen get : gaan halen get : genieten get : halen get : inhalen get : krijgen get : laten get : laten doen get : laten komen get : maken get : nemen get : ontbieden get : ontvangen get : oprapen get : pakken get : raken get : reiken tot get : toucheren get : treffen get : uitreiken get : vatten get : verkrijgen get : verschaffen get : verstaan get : verstrekken get : verwerven get : worden get : zich voorzien van get a divorce : scheiden get acquainted with : bekend raken met get angry : boos worden get angry : in toorn ontsteken get angry : zich kwaad maken get blurred : aanslaan get blurred : beslaan get bored : zich vervelen get caught on : blijven haken get caught on : zich vastgrijpen get caught on : zich vastklampen get cold : afkoelen get covered with : beslaan get dim : beslaan get divorced : scheiden get dressed : zich aankleden get drunk : dronken worden get finished : afkrijgen get hungry : honger krijgen get in : doordringen get in : in een auto stappen get in : instappen get in a quarrel : ruzie krijgen get into a car : in een auto stappen get into a car : instappen get lost : teloorgaan get lost : verdwalen get lost : verloren gaan get lost : wegraken get lost : zoek raken get married : in het huwelijk treden get married : trouwen get mouldy : beschimmelen get mouldy : schimmelen get mouldy : verschimmelen get off : afdalen get off : naar beneden gaan get off : zinken get off the subject : afdwalen get off the subject : opzijgaan get out : uitstappen get out of a car : uitstappen get out of a habit : afleren get out of a habit : afwennen get out of a habit : met een gewoonte breken get over : troost vinden in get ready : gereedkomen get ready : klaarkomen get rid of : afschaffen get rid of : afwerpen get rid of : elimineren get rid of : kwijtraken/afkomen van get rid of : opdoeken get rid of : uitmaken get rid of : verwijderen get rid of : wegdoen get rid of : zich bevrijden van get something over with : ergens komaf mee maken get stronger : aansterken get stronger : op verhaal komen get tired : vermoeid raken get up : gaan staan get up : opgaan get up : opkomen get up : opstaan get up : rijzen get up : stijgen get up : uit bed komen get up : verrijzen get up : wassen get up : zich voordoen get used : aarden get used : gewend raken get used : wennen get well : beterschap get wet : een nat pak krijgen get wet : nat worden get wet : zweten get-at-able : aanspreekbaar ghastly : afgrijselijk ghastly : afschuwelijk ghastly : akelig ghastly : doodsbleek ghastly : huiveringwekkend ghastly : luguber ghastly : naar ghastly : onaangenaam ghastly : verdrietelijk ghastly : vervelend gherkin : augurk ghetto : ghetto ghost : blinde ghost : blinde bij kaarspel ghost : geest ghost : schim ghost : spook ghost : spookbeeld giant : kerel giant : reus giant : reusachtig giant : reuzen- gibberish : Bargoens gibberish : wartaal gibbon : gibbon giddy : duizelig gift : aanleg gift : cadeau gift : donatie gift : gave gift : geschenk gift : gift gift : presentje gift : schenken gift : schenking gift : talent gift/talent/aptitude (for) : aanleg/talent gifted : begaafd gifted : geboren gifted : talentvol gigantic : gigantisch gigantic : reusachtig giggle : gegiechel giggle : giechelen gild : vergulden gilder : gulden gill : kieuw gin : jenever gin : klare ginger : gember ginger : ros ginger : rosse ginger beer : gemberbier gipsy : zigeuner giraffe : giraf giraffe : giraffe gird : aangespen gird : aangorden gird : gorden gird : omgorden girder : balk girder : onderlegger girder : ribbe girdle : ceintuur girdle : gordel girdle : riem girl : griet girl : grietje girl : meid girl : meidje girl : meisje girlfriend : vriendin giro payment slip : acceptgirokaart gist : essence gist : essentie gist : kern gist : wezen gist : wezenheid give : aanbieden give : aangeven give : cadeau geven give : geven give : indienen give : opbrengen give : overhandigen give : presenteren give : schenken give : spelen give : toebrengen give : toekennen give : verlenen give : vertonen give : voorstellen give a repeat order for : nabestellen give a ring : aanbellen give a ticket : bekeuren give a ticket : notuleren give a ticket : verbaliseren give an account : aanbrengen give an account : melden give an account : overbrengen give an account : verslaan give an account : verslag uitbrengen give an airing : luchten give an airing : spuien give an airing : uitluchten give an airing : ventileren give as an excuse : doen alsof give as an excuse : voorgeven give as an excuse : voorwenden give back : hergeven give back : reproduceren give back : teruggeven give back : vergelden give back : weergeven give birth : baren give birth : bevallen give birth : ter wereld brengen give birth to : baren give birth to : bevallen give birth to : het leven schenken give birth to : teweegbrengen give birth to : voortbrengen give in : afstaan give in : het veld ruimen give in : toegeven give in : wijken give in : zwichten give notice : aandienen give notice : aankondigen give notice : adverteren give notice : melden give notice : verkondigen give off an odour : geuren give off an odour : rieken give off an odour : ruiken give offence : aanstoot geven give pain to : bedroeven give pain to : grieven give pain to : smarten give rise to : aandoen give rise to : aanrichten give rise to : stichten give rise to : teweegbrengen give rise to : veroorzaken give tongue : aanslaan give tongue : beginnen te blaffen give up : afstaan give up : afstand doen van give up : het veld ruimen give up : opgeven give up : toegeven give up : uitvallen give up : wijken give up : zwichten give utterance to : ontlokken give utterance to : slaken give utterance to : uitbrengen give utterance to : uitdrijven give utterance to : uiten give utterance to : uithalen give way : afstaan give way : het veld ruimen give way : toegeven give way : wijken give way : zwichten give-away shop : weggeefwinkel given : gegeven given name : roepnaam given name : voornaam glacier : gletscher glacier : gletsjer glad : blij glad : verblijd glad : verheugd gladiator : gladiator gladiolus : gladiool gladiolus : zwaardlelie gladness : blijdschap gladness : blijheid gladness : verheugenis gladness : verheuging gladness : vreugde glamor : autoriteit glamor : gezag glamor : prestige glamour : autoriteit glamour : gezag glamour : prestige glamourous : prestigieus glance : een blik werpen glance : een blik werpen op gland : klier glandular : ingeboren glans : pessarium glans penis : eikel glasnost : glasnost glass : drinkglas glass : glas glass : glazen glasses : bril glassy : glasachtig glassy : glazig glaucoma : glaucoom glaze : glanzen glaze : glazuren glaze : glazuur glaze : verglazen glazier : glazenmaker glean : oppikken glide : een glijvlucht maken glide : glibberen glide : glijden glide : glippen glide : schuiven glide : uitglijden glide : zweefvliegen glider : zeilvliegtuig glider : zweeftoestel glider : zweefvliegtuig glimpse : glimps global : globaal global : wereldwijd global warming : opwarming van de aarde globe : aardbol globe : bal globe : bol globe : globe globe : kloot globe : kogel globe : wereld globe : wereld(bol) globe : wereldbol globe-flower : kogelbloem globe-trotter : wereldreiziger glockenspiel : beiaard glockenspiel : klokkenspel gloomy : naargeestig gloomy : somber gloomy : troosteloos glorify : loven glorify : prijzen glorify : roemen glorify : verheerlijken glorious : beroemd glorious : glorierijk glorious : glorieus glorious : roemrijk glorious : roemruchtig glorious : roemvol glory : beroemdheid glory : dankzegging glory : eer or glory : glorie glory : lof glory : luister glory : pracht or glory : roem gloss : glans gloss : glosse gloss : kanttekening gloss : pracht gloss : schijn gloss : schittering glossary : glossarium glossary : terminologie glossary : vakwoordenboek glossary : vakwoordenlijst glossy : glanzend glossy antshrike : rouw-mierklauwier glottal stop : glottisslag glove : handschoen glow : blaken glow : gloed glow : gloeien glow : in gloed staan glow : vuur glow in the dark : fosforesceren glow with heat : blaken glow with heat : gloeien glow with heat : in gloed staan glue : hechten glue : kit glue : kleefmiddel glue : kleefstof glue : lijm glue : lijmen glue : plakken gluten : gluten gnash : knarsen gnash : piepen gnat : mug gnat : steekmug gnat-bite : muggebeet gnaw : knagen gnaw off : afkluiven gnaw off : knabbelen gnawer : knaagdier gnome : aardmannetje gnome : gnoom gnu : gnoe gnu : wildebeest go : gaan go : go go : karren go : lopen go : rijden go : van stapel lopen go : varen go : verdwijnen go : verlopen go : zich begeven go : zullen go around : omgaan go around : rondgaan go astray : afdwalen go astray : dwalen go astray : opzijgaan go astray : van de weg afwijken go astray : verdwalen go away : afgaan go away : vertrekken go away : weggaan go away : zich verwijderen go back : achteruitgaan go back : terugdeinzen go back : teruggaan go back : terugkeren go back : teruglopen go back : terugtrekken go back : verslechteren go back : weer gaan go backwards : achteruitgaan go backwards : terugdeinzen go backwards : teruggaan go bad : bederven go bankrupt : failliet gaan go beyond : overgaan go beyond : overlopen go beyond : oversteken go beyond : te boven gaan go broke : bankroet gaan go broke : failleren go broke : failliet gaan go broke : mislukken go bust : failliet gaan go by : afgaan op go crazy : dol worden go crazy : gek worden go down : afdalen go down : afslaan go down : afvaren go down : dalen go down : naar beneden gaan go down : teruglopen go down : verzakken go down : wegzakken go down : zakken go down : zinken go downhill : aftakelen go downhill : gebrekkig worden go downhill : in verval raken go downhill : vervallen go fast : haast maken go fast : spoed maken go fast : voortmaken go fast : zich haasten go fast : zich spoeden go for a walk : aan de wandel zijn go for a walk : lopen go for a walk : tippelen go for a walk : wandelen go forward : voorwaarts gaan go in : binnengaan go in : binnenlopen go in : ingaan go in for : doen aan go off : afgaan go off : aftakelen go off : gebrekkig worden go off : in verval raken go off : vervallen go on : doorgaan go on : verder gaan met go on : vervolgen go on : voortgaan go on : voortzetten go on foot : gaan go on foot : lopen go on foot : te voet gaan go on pension : met pensioen gaan go on pilgrimage : een pelgrimstocht maken go on the blink : haperen go on the blink : stuk gaan go on the blink : uitvallen go out : uitgaan go out : uitkomen go out : uitlopen go out : uitstappen go out : uitstijgen go out : uittreden go steady : verkering hebben go straight to : afgaan op go through : afleggen go through : aflopen go through : beleven go through : doorgaan go through : doormaken go through : ervaren go through : gaan door go through : ondervinden go through customs : door de douane gaan go to bed : gaan slapen go to bed : naar bed gaan go to bed : zich ter ruste begeven go to court : procederen go to sleep : gaan slapen go to the cinema : naar de film gaan go to the movies : naar de film gaan go to the polls : gaan stemmen go under : onder ... doorgaan go up : bestijgen go up : klimmen go up : naar boven gaan go up : opgaan go up : opkomen go up : oplopen go up : opstaan go up : rijzen go up : stijgen go up : verrijzen go up : wassen go with : meegaan goal : doel goal : doelstelling goal : doelwit goal : goal goal : honk goal : wit goalkeeper : doelman goalkeeper : doelwachter goalkeeper : doelwachtster goalkeeper : keeper goat : bok goat : geit goat : sik goblet : beker goblet : bloemkelk goblet : bokaal goblet : cup goblet : drinkbeker goblet : kelk goblet : miskelk goblin : aardmannetje goblin : gnoom goblin : kabouter goblin : kobold god : god god : godheid god-fearing : godvrezend goddess : godin godfather : naamgever godfather : peet godfather : peetoom godfather : peetvader godfather : peter godlike : goddelijk going down : achteruitgang going down : teruggang going down : verloop going down : vermindering gold : goud gold : gouden gold : gouden medaille gold : goudkleurig gold : goudstuk gold : gulden gold braid : gallon gold-coloured : goudkleurig gold-mine : goudmijn golden : goudblond golden : gouden golden : goudkleurig golden : gulden golden eagle : steenarend golden hamster : goudhamster golden yellow : goudgeel goldeneye : brilduiker goldenrod : guldenroede goldfinch : distelvink goldfinch : putter goldfish : goudvis goldsmith : goudsmid golf : golf golf : golfspel gonorrhea : gonorroe good : goed good : goede good : okee good : welzijn good afternoon : goede namiddag good afternoon : goedemiddag good afternoon : goeiemiddag good breeding : beschaafdheid good breeding : welgemanierdheid good cause : goede zaak good day : dag good day : goedendag good day : goeiendag good evening : goedenavond good evening : goeienavond good friday : goede vrijdag good health : op uw gezondheid good health : proost good health : prosit good health : santé good luck : veel geluk good luck : veel geluk! good morning : goedemorgen good morning : goeiemorgen good news : goed nieuws good night : goedenacht good night : goeienacht good night : terusten-familiar good night : welterusten good samaritan : barmhartige samaritaan good taste : goede smaak good taste : smaak good-bye : afscheid good-bye : vaarwel good-for-nothing : deugniet good-for-nothing : nietsnut good-for-nothing : nutteloos good-for-nothing : onbruikbaar good-for-nothing : rabauw good-for-nothing : rekel good-hearted : coulant good-hearted : goedaardig good-hearted : goedhartig good-hearted : goedig good-hearted : handelbaar good-hearted : toegevend good-looking : goeduitziend good-natured : aardig good-natured : lief good-natured : voorkomend good-natured : vriendelijk good-natured : zoet good-smelling : geurig good-smelling : welriekend goodbye : adieu goodbye : afscheid goodbye : dag goodbye : doei goodbye : tot weerziens goodbye : tot ziens goodbye : vaarwel goodbye- : afscheids- goodness : goedheid goods : colli goods : colli's goods : goederen goods : waar goods : waren google : googelen google : googlen or googelen goose : gans goose bumps : kippenvel goose is cooked : de rapen zijn gaar gooseberry : klapbes gooseberry : kruisbes gooseneck barnacle : eendenmossel gorge : bergkloof gorge : kloof gorgeous : schitterend gorilla : gorilla goshawk : havik gosling : ganzenjong gospel : evangelie gossamer : herfstdraden gossip : babbelen gossip : klets gossip : kletsen gossip : kletspraat gossip : kletspraatje gossip : kwaadspreken gossip : prietpraat gossip : roddel gossip : roddelaar gossip : roddelaarster gossip : roddelen gossip : zeveren goulash : goulash gourd : kalebas gourd : pompoen gout : jicht gout : podagra govern : aanvoeren govern : besturen govern : de scepter zwaaien govern : heersen govern : regeren governess : gouvernante governess : huisonderwijzeres government : gouvernement government : overheid government : regering government inspector : inspecteur government inspector : revisor governor : bestuurder governor : goeverneur governor : gouverneur gown : japon gown : jurk gown : toga gp : huisarts grab : aangrijpen grab : bemachtigen grab : grijpen grab : vastgrijpen grace : bevalligheid grace : genade grace : gratie grace : sierlijkheid grace note : gunst nota graceful : bevallig graceful : gracieus graceful : gracieus/sierlijk graceful : sierlijk gracefulness : bevalligheid gracefulness : gratie gracefulness : sierlijkheid grade : cijfer grade : graad grade : mate grade : rang grade : stand grade : status grade : trap gradual : geleidelijk gradual(ly) : geleidelijk gradually : geleidelijk gradually : langzamerhand gradually : zoetjes aan graduate : afgestudeerd graduate : afgestudeerde graduate : afstuderen graduate : een diploma behalen graduate : een diploma halen graduate : gediplomeerd graft : ent graft : enten grafter : enter grain : aderen grain : graan grain : koren grain : korrel grain : marmeren grain : pit grain : zaadkorrel grain of salt : korreltje zout grain of salt : zoutkorrel grain of sand : zandkorrel gram : gram grammar : grammatica grammar : spraakkunst grammar : spraakleer grammar school : basisschool grammar school : gymnasium grammar school : lagere school gramme : gram grammophone disc : grammofoonplaat grammophone disc : plaat grand : grandioos grand : groots grand : overweldigend grand : verheven grand-nephew : achterneef grand-niece : achternicht grandchild : kleinkind granddad : opa granddaughter : kleindochter grandfather : grootvader grandfather : opa grandiose : grandioos grandiose : groots grandiose : overweldigend grandiose : verheven grandmother : grootmoeder grandmother : oma grandparent : grootouder grandparents : grootouders grandson : kleinzoon granite : graniet granite : granieten granivore : granivoor granivore : zaadeter granny : besje granny : bomma granny : grootje granny : oma granny : opoe grant : studietoelage grant : toegeven grant : verlenen granule : korrel granule : pit granule : zaadkorrel grape : druif grape : druivelaar grape : druiven- grape : druivenkleurig grapefruit : grapefruit grapefruit : pompelmoes grapes : druiven grapevine : wijnstok grapevine : wingerd graph : graaf graph : grafiek graph theory : grafentheorie grapheme : grafeem graphic : aanschouwelijk graphic arts : grafiek graphic arts : grafische kunst graphical user interface : grafische gebruikersinterface graphics : grafiek graphics : grafische kunst grapple : beetkrijgen grapple : beetnemen grapple : beetpakken grapple : pakken grapple : vangen grapple : vastpakken grapple : vatten grasp : aangrijpen grasp : beetpakken grasp : begrijpen grasp : begrip grasp : bemachtigen grasp : greep grasp : grijpen grasp : grip grasp : inname grasp : slag grasp : vastgrijpen grasp : vastpakken grasp : vat grass : gras grass : wiet grass green : grasgroen grasshopper : sprinkhaan grate : afrastering grate : hek grate : knarsen grate : knersen grate : kraken grate : krassen grate : piepen grate : raspen grate : rooster grate : traliehek grateful : dankbaar grateful for : dankbaar voor grating : geknars grating : gekras gratis : gratis gratis : kostenloos gratis : om niet gratis : pro Deo gratis : ten geschenke gratitude : dank gratitude : dankbaarheid gratitude : dankzegging gratitude : erkentelijkheid grave : angstig grave : bang grave : bedenkelijk grave : graf grave : groeve grave : zorgbarend grave : zorgwekkend grave-mound : grafheuvel gravel : gravel gravel : grind gravel : gruis gravel : keisteen gravel : kiezel gravel : kiezelsteen gravel : steengruis gravel : vuursteen graveyard : begraafplaats graveyard : kerkhof gravitation : zwaartekracht gravity : zwaartekracht gravy : jus gravy : saus gravy : sop graze : afgrazen graze : grazen graze : weiden grease : invetten grease : smeren grease : vet grease pit : smeerkuil grease pit : smeerput greasy : dik greasy : vet greasy : vettig great : de grote great : excellent great : fantastisch great : fijn great : groot great : kostelijk great : tiptop great : tof great : uitmuntend great : voortreffelijk great antshrike : grote mierklauwier great northern diver : ijsduiker great spotted woodpecker : grote bonte specht great tit : koolmees great white shark : grote witte haai great-aunt : oudtante great-grandfather : overgrootvader great-grandmother : overgrootmoeder great-grandparent : overgrootouder great-uncle : oudoom greater celandine : schelkruid greater celandine : stinkende gouwe greater-than sign : groter-danteken greatgrand- : achterklein- greatgrand- : oer- greatgrandchild : achterachterkleinkind greatgrandchild : achterkleinkind greatgranddaughter : achterkleindochter greatgrandson : achterkleinzoon grebe : aalduiker grebe : fuut greediness : begeerte greediness : begerigheid greediness : graagte greedy : begerig greedy : belust greedy : gretig greedy : happig greedy : hebzuchtig greedy : verlekkerd green : groen green : groene green : groene jongen green : groenten green : groentje green : onervaren green thumb : iemand met groene vingers green woodpecker : groene specht green-backed firecrown : kolibrie greens : bladgroente greenweed : brem greet : begroeten greet : groeten greeting : begroeting greeting : groet greeting : saluut greeting : verwelkoming greeting : welkomstgroet grenade : granaat grep : greppen grep : zoeken grey : grauw grey : grauwe grey : grijs grey : grijze grey wolf : wolf greyhound : hazewind greyhound : hazewindhond greyhound : windhond greylag goose : grauwe gans grid : afrastering grid : coördinatienet grid : coördinatiestelsel grid : elektriciteitsnet grid : hek grid : hekje grid : kruis grid : net grid : netwerk grid : raster grid : rooster grid : traliehek grief : bedroefdheid grief : leed grief : mistroostigheid grief : smart grief : somberheid grief : verdriet grief : zorg grieve : bedroeven grieve : beproeven grieve : betreuren grieve : droevig stemmen grieve : ergeren grieve : grieven grieve : treuren grieve : verdriet doen grieve : verdrieten griffon vulture : vale gier grill : afrastering grill : hek grill : rooster grill : traliehek grim : grimmig grimace : gezichten trekken grimace : grijns grimace : grijnzen grimace : grimas grind : knarsen grind : kwellen grind : malen grind : piepen grind : vermalen grind out : grind out : afdraaien grind out : opdreunen grip : aangrijpen grip : bemachtigen grip : griep grip : grijpen grip : influenza grip : vastgrijpen gripped : belangstellend gripped : geboeid gripped : gefascineerd gripped : geïnteresseerd grisly : akelig grisly : eng grisly : griezelig grisly : ijzingwekkend grisly : naar grisly : onaangenaam grisly : verdrietelijk grisly : vervelend grit : gravel grit : grind grit : gruis grit : steengruis grizzly bear : grizzlybeer groan : kermen groan : kreunen groan : stenen groan : steunen groan : zuchten grocer : kruidenier groceries : boodschappen grocery : kruidenier groin : lies groom : groom groom : paardeknecht groom : piccolo groom : rijknecht groom : stalknecht grope : aftasten grope : betasten grope : bevoelen grope : tasten grope : voelen groschen : groschen gross domestic product : bruto nationaal product gross national product : bruto nationaal product grotesque : grillig grotesque : grotesk grotesque : potsierlijk grotto : grot ground : aarde ground : aarden ground : aarding ground : achtergrond ground : baseren ground : bodem ground : fond ground : gemalen ground : grond ground : huisarrest geven ground : maalde ground : maalden ground : met de aarde verbinden ground : neuter ground : ondergrond ground : terrein ground : vliegverbod opleggen ground : voedingsbodem ground floor : begane grond ground floor : bel-etage ground floor : eerste etage ground floor : eerste verdieping ground frost : nachtvorst ground ivy : hondsdraf ground level : begane grond ground wire : aarding ground wire : aardleiding ground zero : maalde nul ground-floor : benedenverdieping ground-floor : parterre ground-nut : aardnoot ground-nut : apenoot ground-nut : pinda grounding : aarding grounding : aardleiding groundless : ongegrond grounds : terrein group : drift group : groep group : groepering group : hoop group : kudde group : schare group : school group : set group : stel group : troep group : zwerm group member : groepslid grouser : brombeer grouser : kniesoor grouser : mopperaar grouser : mopperpot grow : aangroeien grow : aankweken grow : aanwassen grow : bebouwen grow : beschaven grow : gebeuren grow : gedijen grow : groeien grow : kweken grow : raken grow : stijgen grow : telen grow : toegaan grow : toenemen grow : verbouwen grow : voortgang hebben grow : wassen grow : worden grow more beautiful : mooier worden grow more beautiful : opknappen grow sour : verzuren grow sour : zuur worden grow stronger : aansterken grow stronger : op verhaal komen growing : groeiend growl : kankeren growl : mopperen growl : morren growl : sputteren grown over : begroeid grown-up : meerderjarig grown-up : mondig grown-up : volwassen grown-up : volwassene growth : aangroei growth : aanwas growth : gestalte growth : groei growth : ontwikkeling growth : plantengroei growth : toename growth : was growth : wasdom grub : delven grub : graven grub : larve grub : opduikelen grub : opgraven grub : rooien grub : spitten grub : uitgraven grub : winnen grub : woelen grudge : haatdragendheid grudge : rancune grudge : wraakgierigheid grudge : wraakzucht grudge : wrok gruel : brij gruel : moes gruel : pap gruesome : afgrijselijk gruesome : afschuwelijk gruesome : eng gruesome : griezelig gruesome : huiveringwekkend gruesome : ijselijk gruesome : ijzingwekkend gruesome : luguber gruesome : schrikaanjagend gruesome : verfoeilijk gruesome : verschrikkelijk gruesome : vervaarlijk gruesome : vreselijk gruff : bars gruff : honds gruff : nors gruff : nurks gruff : onaardig gruff : onvriendelijk gruff : stuurs gruff : zuur grumble : kankeren grumble : mopperen grumble : morren grumble : sputteren grumbler : brombeer grumbler : kniesoor grumbler : mopperaar grumbler : mopperpot grumpy : korzelig grumpy : kribbig guanaco : guanaco guano : guano guarantee : [garanderen guarantee : aval guarantee : borg staan voor guarantee : garanderen guarantee : garantie guarantee : sponsoren guarantee : waarborg guarantee : waarborgen guarantee : waarborging guarantee : wisselborgtocht guarantee of a bill : aval guarantee of a bill : wisselborgtocht guard : behoeden guard : bewaarder guard : bewaken guard : bewaker guard : bewaking guard : bewaren guard : bewaren voor guard : cipier guard : conducteur guard : conductor guard : de wacht hebben guard : garde guard : hoede guard : hoeden guard : hoeder guard : lijfwacht guard : wacht guard : wachter guard : waken over guardian : voogd guardian angel : beschermengel guardian angel : genius guardian angel : schutsengel guava : guave guelder rose : sneeuwbal guenon : meerkat guess : aannemen guess : denk guess : doorzien guess : gissen guess : gissing guess : gok guess : menen guess : raden guess : stellen guess : vermoeden guess : veronderstellen guess : veronderstelling guesswork : gissing guest : gast guest : introducé guest : logé guest house : pension guide : besturen guide : brengen guide : de weg wijzen guide : dirigeren guide : geleiden guide : gids guide : gidsboek guide : leiden guide : leiding guide : mennen guide : reisgids guide : richten guide : rondleiden guide : vademecum guide : voeren guidebook : gids guidebook : gidsboek guidebook : leidraad guidebook : reisgids guidebook : richtsnoer guidebook : vademecum guideline : richtlijn guild : gilde guilder : gulden guile : arglist guile : boosaardigheid guileless : argeloos guilt : schuld guiltless : onbedorven guiltless : onnozel guiltless : onschuldig guiltless : schuldeloos guilty : schuldig guinea fowl : parelhoen guinea fowl : poelepetaat guinea pig : cavia guinea pig : guinees biggetje guinea pig : proefkonijn guinea-pig : Guinees biggetje guinea-pig : cavia guitar : gitaar gulden : gulden gules : rood gulf : afgrond gulf : bocht gulf : boezem gulf : golf gulf : inham gulf : zeeboezem gull : meeuw gullet : slokdarm gullible : lichtgelovig gullible : lichtgelovige gullible : naïef gullible : naïeve gully : bergkloof gulp down : opslokken gulp down : verzwelgen gum : gom gum : gummi gum : tandvlees gun : geweer gun : kanon gun : neerschieten gun : opdrijven gun : pistool gun : roer gun : schietwapen gun : vuurwapen gun-carriage : affuit gunner : artillerist gunpowder : buskruit gunpowder : kruit gunsight : richtmiddel gunsight : vizier gunsight : zoeker guqin : qin gurgle : gurgle : kabbelen gurgle : klateren gurgle : murmelen guru : goeroe gush : opspatten gush : stuiven gush : verspuiten gusto : animo gusto : bedrijvigheid gusto : drukte gusto : opgewektheid gusto : tierigheid gusto : vertier guts : ingewanden guts : lef gutter : goot guy : kerel guy : knul guy : persoon guy : snuiter guy : sujet guy : vent guy rope : tui gym : gymnastiekzaal gym : gymzaal gym : sportzaal gym : turnzaal gymnasium : gymzaal gymnasium : sportzaal gymnasium/gym : sportzaal/gymzaal gymnastics : gymnastiek gypsy : zigeuner gypsy : zigeunerin gyroscope : gyroscoop habit : aanwensel habit : gebruik habit : gewoonte habit : hebbelijkheid habit : usance habitat : biotoop habitat : leefgebied habitation : bewoning hack : hakken hack : houwen hack : kappen hack : knol hack : kraken hack : kuch hack : kuchen hacker : hacker hacker : hakker hackneyed : afgezaagd haddock : schelvis haemorhoids : aambeien haemorrhage : bloeding haemorrhoid : aambei haemorrhoids : aambeien hafnium : hafnium haggle : afdingen haggle : marchanderen haggle : pingelen hagiography : hagiografie hahnium : hahnium hail : hagel hail : hagelen hail from : afkomstig zijn van hail from : stammen uit hail from : stammen van hailstone : hagelkorrel hailstone : hagelsteen hair : haar hair : haren hair of the head : haar hair of the head : haardos hair of the head : hoofdhaar hair ribbon : haarband hair-do : knipbeurt hair-splitter : haarklover hair-splitter : muggezifter hair-splitter : pietlut hair-splitter : vitter hair-splitter : woordenzifter hair-splitting : gevit hair-splitting : haarkloverij hair-splitting : muggezifterij hair-splitting : vitterij haircut : kapsel hairdresser : kapper hairdresser : kapster hairnet : haarnetje hairpiece : pruik hairs : haar hairs : haren hairy : behaard hairy : harig hairy : ruig hairy : ruigharig hajj : hadj halal : halal halberd : hellebaard halcyon : ijsvogel half : half half : helft half brother : halfbroeder half brother : halfbroer half past : half twee half sister : halfzus half sister : halfzuster half- : half- half-brother : halfbroer half-brother : stiefbroer half-life : halfwaardetijd half-life : halveringstijd half-sister : halfzuster half-tone : cliché half-tone : negatief half-yearly : halfjaarlijks halibut : heilbot haliotis : haliotis hall : hal halo : halo : aureool halo : difussiehalo halo : heiligenkrans halo : kring halo : nimbus halo : stralenkrans halogen : halogeen halt : aanhouden halt : afslaan halt : blijven staan halt : halthouden halt : keren halt : stilhouden halt : stilleggen halt : stilstaan halt : stilzetten halt : stoppen halt : stuiten halva : halva halve : halveren halyard : hijskraan ham : ham ham : hesp hamburger : hamburger hamburger meat : gehakt hamlet : buurtschap hamlet : gehucht hamlet : vlek hammer : hamer hammer : hameren hammer : inhameren hammer-head shark : hamerhaai hammering : gehamer hammock : hangmat hamper : belemmeren hamper : bemoeilijken hamper : blokkeren hamper : mand hamper : obstructie voeren hamper : opstoppen hamper : struikelblok? hamper : verstoppen hamper : wasmand hamster : hamster hand : aangeven hand : aanreiken hand : afdragen hand : arbeider hand : begeleiden hand : geleiden hand : greep hand : hand hand : handgreep hand : handvol hand : helpen hand : kant hand : leiden hand : matroos hand : overbrengen hand : overgeven hand : overhandigen hand : ter hand stellen hand : toereiken hand : werker hand : werkkracht hand : werkman hand : werkmier hand : wijzer hand : zijde hand over : aangeven hand over : aanreiken hand over : afdragen hand over : overbrengen hand over : overgeven hand over : overhandigen hand over : ter hand stellen hand over : toereiken hand-bag : handtas hand-bag : handtasje hand-bag : reticule hand-bag : tas hand-bag : tasje hand-me-down : afdankertje handball : handbal handball : hands handball : handsbal handbook : gids handbook : gidsboek handbook : handboek handbook : reisgids handbook : vademecum handcuff : boeien handcuff : handboeien omdoen handcuff : in de boeien slaan handcuffs : handboeien hander : overhandiger handful : handjevol handful : handvol handful : kleine hoeveelheid handi-craftsman : ambachtsman handicap : belemmering handicap : hindernis handicap : hinderpaal handicraft : ambacht handicraft : beroep handicraft : handwerk handicraft : vak handiwork : handwerk handkerchief : zakdoek handle : aanpakken handle : aanraken handle : bedienen handle : behandelen handle : bevoelen handle : gevest handle : hals handle : handgreep handle : handvat handle : hanteren handle : heft handle : hengsel handle : klink handle : knop handle : kruk handle : manipuleren handle : omgaan handle : omgaan met handle : onder handen nemen handle : onderhandelen handle : oor handle : peuteren handle : pulken handle : steel handle : vingeren handle : zich bezighouden met handleable : handelbaar handlebars : roer handlebars : stuur handmade : handgemaakt handmade : met de hand gemaakt handmaid : dienstmaagd handpicked : handgekozen handsaw : handzaag handshake : hand handshake : handdruk handsome : fijn handsome : fraai handsome : knap handsome : mooi handsome : net handsome : schoon handy : binnen handbereik handy : doelmatig handy : gemakkelijk handy : gepast handy : geschikt handy : handig handy : passend handyman : manusje-van-alles hang : hangen hang : ophangen hang : opknopen hang down : afhangen hang onto : bijhouden hang onto : houden hang onto : vasthouden hang-glider : hang-glider hanging : behang hanging : hangend hanging : hangende hanging : verhangen hanging : verhanging hanging lamp : hanglamp hangman : beul hangover : kater happen : aan de hand zijn happen : gebeuren happen : geschieden happen : toegaan happen : voorkomen happen : voortgang hebben happen : voorvallen happen : worden happiness : geluk happy : bedreven happy : blij happy : gelukkig happy : handig happy : kundig happy : opgewekt happy : tevreden happy : verblijd happy : verheugd happy : zegenrijk happy easter : zalig pasen happy new year : gelukkig nieuwjaar harass : bestoken harass : lastigvallen harassment : intimidatie harbor : haven harbour : haven hard : hard hard : harde hard : inspannend hard : kalkrijk hard : kalkrijke hard : lastig hard : moeilijk hard : moeilijke hard : onweerlegbaar hard : onweerlegbare hard : onzacht hard : slim hard : straf hard : straffe hard : stug hard : zwaar hard : zware hard labour : dwangarbeid hard-boiled : hardgekookt hard-worked : afgezaagd harden : harden harden : stalen harden : temperen hardly : amper hardly : kwalijk hardly : lastig hardly : moeilijk hardly : nauwelijks hardly : ternauwernood hardly : zwaar hardness : hardheid hardness : stugheid hardship : ontbering hardworking : arbeidzaam hardworking : ijverig hardworking : naarstig hardworking : nijver hardworking : vlijtig hardworking : werkzaam hardy : aanbeeldbeitel hare : haas harelip : hazelip harem : harem harem : vrouwenverblijf haricot : boon haricot : prinsesseboon haricot : snijboon haricot : sperzieboon harm : afbreuk harm : benadelen harm : beschadigen harm : deren harm : duperen harm : kwaad harm : kwaad doen harm : kwetsen harm : kwetsuur harm : letsel harm : letsel toebrengen harm : nadeel harm : schade harm : schaden harmful : nadelig harmful : schadelijk harmless : onschadelijk harmonic : harmonisch harmonica : accordeon harmonica : harmonica harmonious : eendrachtig harmonious : harmonieus harmonious : harmonisch harmonize : bijeenpassen harmonize : harmoniëren harmonize : samenklinken harmony : eendracht harmony : harmonie harmony : samenklank harness : bespannen harness : gareel harness : inspannen harness : optuigen harness : span harness : spannen harness : tuig harness : tuigen harness : voorspannen harp : harp harpoon : harpoen harpoon : harpoeneren harpsichord : klavecimbel harpy : Zuidamerikaanse arend harpy : harpij harrier : kiekendief harrow : eg harrow : egge harrow : eggen harry : afstropen harry : uitschudden harsh : bars harsh : beestachtig harsh : bruut harsh : dierlijk harsh : doordringend harsh : grof harsh : hardhandig harsh : honds harsh : lomp harsh : nors harsh : nurks harsh : onaardig harsh : onkies harsh : onvriendelijk harsh : ruw harsh : schel harsh : scherp harsh : stuurs harsh : wrang harsh : zuur harshness : hardheid harshness : hardvochtigheid hart : hert hart : hertenbok harvest : oogst harvest : oogsten harvest : opbrengst hash : hekje hash : kruis hashish : hasj hashish : hasjiesj haste : haast haste : haastigheid haste : ijl hastily : gehaast hastily : haastig hastily : inderhaast hasty : haastig hat : hoed hatch : arceren hatch : schaduwen hatch out : uitbroeden hate : haat hate : haten hated : gehaat hatred : haat haul : trekken haunt : kwellen haunt : spoken haunt : vervolgen have : erop nahouden have : genieten have : hebben have : krijgen have : ontvangen have : toucheren have a bath : baden have a bath : een bad nemen have a fever : koorts hebben have a good time : zich amuseren have a good time : zich vermaken have a good time : zich vermeien have a nice day : een prettige dag verder have a tendency : neigen have an accident : een ongeluk krijgen have an erection : een erectie krijgen have an interest in : belang hebben bij have at one's disposal : beschikken over have at one's disposal : disponeren have bad luck : pech hebben have bad luck : wanboffen have compassion on : beklagen have compassion on : medelijden hebben have compassion on : medelijden hebben met have confidence in : toevertrouwen have confidence in : vertrouwen have confidence in : vertrouwen hebben in have diarrhoea : diarree hebben have effect : effect sorteren have effect : uitwerken have effect : uitwerking hebben have effect : werken have enough : genoeg hebben have enough : vol zitten have eyes bigger than one's belly : ogen groter dan je maag hebben have faith : fiducie hebben in have faith : vertrouwen have faith : vertrouwen stellen in have faith in : fiducie hebben in have faith in : vertrouwen have faith in : vertrouwen op have faith in : vertrouwen stellen in have good luck : boffen have good luck : geluk hebben have good luck : het treffen have good luck : zwijnen have got : erop nahouden have got : hebben have got hold of : beethebben have sex : copuleren have sex : naaien have sex : neuken have sex : vozen have sex : wippen have sexual intercourse : gemeenschap hebben have sexual intercourse : paren have the right to : het recht hebben have the right to : mogen have to : behoren have to : dienen have to : horen have to : moeten have to : zullen haven : haven haven : toevluchtsoord haven : vrijhaven hawk : havik hawk's-beard : streepzaad hawkweed : havikskruid hawthorn : meidoorn hawthorn : meidoren hay : hooi hay : hooien hay fever : hooikoorts haystack : hooiberg haystack : hooimijt haystack : opper hazard : gewaagdheid hazard : kans lopen hazard : op het spel zetten hazard : risico hazard : risico lopen hazard : riskeren hazard : toeval hazard : toevalligheid hazard : waag hazard : waagstuk hazard : wagen hazardous : bedenkelijk hazardous : gewaagd hazardous : riskant hazardous : waaghalzerig haze : bedillen haze : haarkloven haze : het lastig maken haze : muggeziften haze : vitten hazel : hazelaar hazel : hazelnoot hazel-tree : hazelaar hazelnut : hazelnoot he : 'ie he : 'm he : hem he : hij he-goat : bok he-goat : geitebok head : aanvoeren head : baas head : bazin head : beeldenaar head : chef head : cheffin head : de weg wijzen head : een richting op gaan head : ergens naar toe gaan head : geleiden head : hoofd head : kop head : krop head : leiden head : leider head : leidster head : rondleiden head for : aansturen op head of a department : afdelingschef head of a school : hoofd der school head of a school : hoofdonderwijzer head of a school : schoolhoofd head of cattle : beest head of cattle : bruut head of cattle : stuk vee head of department : afdelingschef head of state : staatshoofd head to toe : van top tot teen head up : aanvoeren head up : besturen head up : regeren headache : hoofdpijn headache : koppijn header : hoofd header : rubriek heading : graad heading : kop heading : onderschrift heading : titel headlamp : koplamp headlight : koplamp headlight : lichtbak headlight : reflector headline : (kranten)kop headmaster : hoofd der school headmaster : hoofdonderwijzer headmaster : schoolhoofd headquarters : hoofdkwartier headscarf : hoofddoek heal : beter maken heal : genezen heal : genezen (van wond) heal : helen health : gezondheid health : welzijn health resort : kuuroord healthy : fit healthy : gezond healthy : gezonde healthy : valide heap : accumuleren heap : boel heap : drift heap : drom heap : groep heap : hooiopper heap : hoop heap : kudde heap : massa heap : menigte heap : opeenhopen heap : opeenstapelen heap : ophopen heap : opper heap : opstapelen heap : schare heap : schelf heap : school heap : set heap : stapel heap : stapelen heap : stel heap : tas heap : tassen heap : troep heap : zwerm hear : horen hear : vernemen hear : verstaan hearing : gehoor hearing aid : gehoorapparaat hearsay : befaamdheid hearsay : faam hearsay : gerucht hearsay : mare hearsay : reputatie hearsay : roem hearsay : roep hearse : lijkwagen heart : hart heart : harten heart- : hart- heartburn : brandend maagzuur heartburn : maagbrand heartburn : maagzuur heartburn : zuur hearth : haard hearth : haardstede hearth : open haard hearth : schoorsteen hearth : schouw hearth : stookplaats hearth : vuurhaard hearts : harten hearty : hartelijk hearty : innig heat : bronst heat : drift heat : geslachtsdrift heat : gloed heat : heet worden heat : hitte heat : opwarmen heat : opwinden heat : smoorhitte heat : stoken heat : verhitten heat : verwarmen heat : vuur heat : warmte heat wave : hittegolf heater : kachel heater : verwarming heath : dophei heath : dopheide heath : heide heath : heideveld heathen : heiden heather : heide heather : struikheide heating : verwarmend heating : verwarming heaven : de hemel heaven : hemel heaven : lucht heaven : paradijs heavenly : hemel- heavenly : hemels heavenly body : hemellichaam heavenly body : ster heavy : drukkend heavy : zwaar heavy : zware heavy water : zwaar water hectare : hectare hectic : erg druk hectic : hectisch hectolitre : hectoliter hectolitre : mud hectometre : hectometer hectosecond : hectoseconde hedge : haag hedge : heg hedge : steg hedge clippers : heggeschaar hedge shears : heggeschaar hedge-sparrow : bastaardnachtegaal hedgehog : egel hedgehog : stekelvarken hedonism : epicurisme hedonism : genotzucht hedonism : hedonisme hedonist : epicurist hedonist : hedonist hedonist : levensgenieter heel : hak heel : hiel heel : op de hielen zitten hegemony : hegemonie heifer : vaars height : hoogte height : lengte height : stand height of the barometer : barometerstand heighten : aandikken heighten : verergeren heir : erfgenaam heir : legataris heiress : erfgename helicopter : helikopter helium : helium helix : propeller helix : schroef helix : schroefdraad helix : vliegtuigschroef hell : hel hellebore : nieskruid hellish : hels hello : ben je daar nog? hello : dag hello : gegroet hello : goedendag hello : hallo hello : hallo! hello : hoi hello : ja hello? : hallo? helm : roer helm : stuur helmet : helm help : assistentie help : assisteren help : baten help : bijstaan help : bijstand help : help! help : helpen help : heul help : hulp help : hulp! help : hulpbetoon help : ter zijde staan help : toedoen help : toeverlaat help down : afhelpen help off : afhelpen helper : assistent helper : famulus helper : helper helper : hulp helpful : behulpzaam helpful : hulpvaardig helpfulness : behulpzaamheid helpfulness : hulpvaardigheid helpless : hulpeloos helpless : waar niet aan te doen valt hemi- : half- hemisphere : halfrond hemisphere : hemisfeer hemlock : dolle kervel hemorrhage : bloeding hemorrhoid : aambei hemp : hennep hemp-nettle : hennepnetel hen : hen hen : kip hen : kippevlees hen : leghen hen : legkip hen : wijfje hen's egg : kippeëi hence : aldaar hence : bijgevolg hence : daarheen hence : dus hence : er vandoor hence : hiervandaan hence : van hier henceforth : voortaan henna : henna hepatica : leverbloempje hepatitis : hepatitis hepatitis a : hepatitis a her : 'r her : aan 'r her : aan d'r her : aan haar her : d'r her : haar her : hun her : naar d'r her : naar haar her : ze her : zij her : zijn herald : heraut herald : uitbazuinen herald : voorbode heraldry : heraldiek heraldry : wapenkunde herb : kruid herbivore : herbivoor herbivore : planteneter herd : drift herd : groep herd : hoop herd : kudde herd : roedel herd : schare herd : school herd : set herd : stel herd : troep herd : zwerm here : hier here : hierheen here and there : hier en daar here are : alsjeblieft here are : alstublieft here are : hier here are : hierzo here are : kijk here are : ziedaar here are : ziezo here is : alsjeblieft here is : alstublieft here is : hier here is : hierzo here is : kijk here is : ziedaar here is : ziezo hereafter : hiernamaals hereditary : erfelijk hereditary : overerfelijk heredity : erfelijkheid heredity : overerfelijkheid heresy : ketterij heretic : ketter heretic : ketters heretical : ketters herewith : hierbij heritage : erfenis heritage : erfgoed hermaphrodite : hermafrodiet hermaphrodite : hermafrodiete hermit : heremiet hermit : kluizenaar hermit crab : heremietkreeft hernia : hernia hero : held hero : heldin hero : heros hero : hoofdrolspeler heroic : heldhaftig heroic : heroïsch heroin : heroïne heroine : heldin heroism : heldenmoed heroism : heldhaftigheid heron : reiger herpes : herpes herring : haring herring : zeebanket hers : de hare hers : het hare herself : vanzelf herself : zelf herself : zelve hesitant : aarzelend hesitate : aarzelen hesitate : dubben hesitate : schoorvoeten hesitate : schromen hesitate : waggelen hesitate : wankelen hesitate : weifelen hesitate : wiebelen hesitate : zwichten hesitation : aarzeling hesitation : geweifel hesitation : hapering hesitation : schroom hesitation : weifeling heuristic : heuristiek heuristic : heuristisch heuristic : heuristische hexadecimal : heksadecimale talstelsel hexadecimal : hexadecimaal hexadecimal : hexadecimale hexadecimal : zestientallig hexagon : zeshoek hey : ey hey : hallo hey : hee hey : hee daar hey : hey hey : ho hey : hola hey : zeg hey there : hela hi : hallo hi : hoi hiatus : hiaat hibiscus : hibiscus hiccup : hik hiccup : hikken hiccup : snik hiccups : hik hidden : clandestien hidden : verborgen hidden : verdekt hidden : verkapt hidden : verscholen hidden : verstopt hidden agenda : geheime agenda hidden agenda : verborgen agenda hidden) : verbergen hide (hid : verbergen hide : dierevel hide : huid hide : leer hide : onderduiken hide : ontveinzen hide : pels hide : vacht hide : vel hide : verbergen hide : verhelen hide : verschuilen hide : verstoppen hide : wegstoppen hide : zich schuilhouden hide : zich verbergen hide : zich verstoppen hide : zich wegstoppen hide and seek : verstoppertje hide oneself : onderduiken hide oneself : zich schuilhouden hide oneself : zich verbergen hide-and-seek : verstoppertje hideous : afgrijselijk hideous : afschuwelijk hideous : ijselijk hideous : verfoeilijk high : high high : hoog high : verheven high priest : hogepriester high school : gymnasium high society : de hogere standen high tide : hoog water high tide : hoogtij high tide : vloed high-flown : buitenissig high-flown : buitensporig high-flown : extravagant high-handedness : aanmatiging high-handedness : onbescheidenheid highlight : hoogtepunt highway : autosnelweg highway : autostrade highway : eenbaansweg highway : grote weg highway : heerbaan highway : hoofdstraat highway : hoofdweg highway : rijweg highway : straatweg highway : verkeersweg hijack : hijacken hijack : kapen hill : aanaarden hill : heuvel hill up : aanaarden hillside : glooiing hillside : helling hillside : heuvelhelling hillside : schuinte him : 'ie him : 'm him : aan 'm him : aan hem him : hem him : hij him : naar 'm him : naar hem himself : vanzelf himself : zelf himself : zelve hind : achterste hind : hinde hind : later hind : volgend hind axle : achteras hind part : achtereind hind wheel : achterwiel hinder : belemmeren hinder : beletten hinder : bemoeilijken hinder : doorkruisen hinder : hinderen hinder : obstructie voeren hinder : opstoppen hinder : storen hinder : stremmen hinder : verhinderen hinder : verstoppen hinder : verstoren hindmost : achterste hindmost : later hindmost : volgend hindrance : belemmering hindrance : belet hindrance : beletsel hindrance : stoornis hindrance : storing hindrance : verhindering hinge : scharnier hinny : muilezel hint : tip hint : zinspelen hinterland : achterland hip : heup hip-hop : hip-hop hippo : nijlpaard hippopotamus : nijlpaard hire : aannemen hire : aanwerven hire : afhuren hire : charteren hire : huren hire : huur hire : in dienst nemen hire : tewerkstellen hired house : huurhuis hired out : verhuurd hirsute : behaard his : aan hem his : de zijne his : haar his : het zijne his : hun his : zijn hiss : fluiten hiss : sissen historian : chroniqueur historian : kroniekschrijver historic : historisch historical : geschiedkundig historical : historisch history : geschiedenis history : historie history : verhaal hit : bestseller hit : furore hit : halen hit : hit hit : houwen hit : inslaan hit : kaskraker hit : klappen hit : kloppen hit : opvallen hit : raken hit : slaan hit : slag hit : stoot hit : teisteren hit : treffen hit the nail on the head : de spijker op de kop slaan hitch on : aanhaken hitch on : enteren hitch on : haken hitch on : vasthaken hitchhike : autostop doen hitchhike : liften hitchhiker : lifter hitchhiker : liftster hither : alhier hither : hier hither : hierheen hitherto : tot hiertoe hitman : huurdoder hitman : huurmoordenaar hoar : berijpt hoar : met rijp bedekt hoarding : reclamebord hoarse : hees hoarse : rauw hoarse : schor hoax : bedotten hoax : beduvelen hoax : beetnemen hoax : om de tuin leiden hobbit : hobbit hobby : hobby hobby : liefhebberij hobby : vrijetijdsbesteding hock : Rijnwijn hockey : hockey hod : mortelbak hoe : schoffel hoe : schoffelen hog : varken hog : zwijn hogweed : bereklauw hoist : hijsen hoist : ophijsen hoist up : hijsen hoist up : ophijsen hold : aanhouden hold : bijhouden hold : houden hold : ruim hold : scheepsruim hold : vasthouden hold a post-mortem : nakaarten hold against : aanrekenen hold against : toedichten hold against : toerekenen hold against : toeschrijven hold against : wijten hold back : achterhouden hold back : detineren hold back : ophouden hold back : reserveren hold back : terughouden hold back : weerhouden hold responsible : aansprakelijk stellen hold responsible : verantwoordelijk stellen holder : foedraal holder : houder holder : schede hole : gat hole : gracht hole : greppel hole : groef hole : groeve hole : holte hole : kuil hole : oog hole : opening hole : put hole : sloot holiday : rustdag holiday : snipperdag holiday : vakantiedag holiday : vrije dag holiday home : vakantieappartement holiness : heiligheid holland : holland holland : nederland hollow : diepliggend hollow : hol hollow : ingevallen hollow-eyed : hologig holly : hulst holmium : holmium holocaust : totale vernietiging holy : geheiligd holy : gewijd holy : heilig holy : sacraal holy grail : heilige graal holy object : heilig object holy roman empire : heilige roomse rijk homage : eed van trouw homage : eerbetoon homage : hommage homage : hulde homage : huldebetoon homage : huldeblijk home : huiswaarts home : naar huis home : tehuis home : thuis home office : ministerie van binnenlandse zaken home secretary : minister van binnenlandse zaken homeless : dakloos homeopathy : homeopathie homesickness : heimwee homework : huiswerk homicide (ae) : moord homicide (ar) : moord homonym : homoniem homophone : homofoon homosexual : flikker homosexual : homo homosexual : homofiel homosexual : homoseksueel homosexual : homosexueel homy : gezellig homy : huiselijk honest : degelijk honest : eerlijk honest : eerzaam honest : fatsoenlijk honest : net honesty : eerlijkheid honey : honing honey : schat honey : schatje honey bee : honingbij honeybee : honingbij honeycomb : honingraat honeymoon : huwelijksweken honeymoon : wittebroodsweken honeysuckle : kamperfoelie honor : eer honor : eerbewijs honor : eren honor : hulde honor : huldigen honor : vereren honorary : eervol honorary : ere- honorary : honorair honorary : vererend honorary : weledel honorary : weledelgeboren honorary : weledelgeleerd honorary doctorate : eredocaat honorary doctorate : eredoctoraat honour : eer honour : eerbewijs honour : eren honour : hulde honour : huldigen honour : vereren honourable : eervol hoo-ha : drukte hoo-ha : herrie hoo-ha : ophef hood : afzuigkap hood : apache hood : bedekken hood : bedekking hood : beschermingskap hood : buurt- hood : capuchon hood : deksel hood : huik hood : kaft hood : kap hood : kapotjas hood : mantelkap hood : motorkap hood : omslag hood : schuifdak hood : straatschuimer hood : wagenkap hood : wijk- hoodlum : gangster hoof : hoef hook : aan de haak slaan hook : agrafe hook : angel hook : boog hook : haak hook : haakje hook : haakvormig hook : haken hook : in elkaar haken hook : krom hook : ontmoeten hook : slot hook : spang hook : treffen hook : verslaven hook : vishaak hook on : aanhaken hook on : enteren hook on : haken hook on : vasthaken hooker : hoer hooker : lichtekooi hooker : prostituée hooker : publieke vrouw hooker : snol hooker : termeier hooks and eyes : haaksluiting hooligan : hooligan hooligan : vandaal hooliganism : vandalisme hoop : hoepel hoopoo : hop hoot after : najouwen hooter : claxon hooter : hoorn hooter : kuif hooter : toeter hop : hop : hinkelen hop : hop hop : huppelen hope : hoop hope : hopen hope : uitzicht hope : verwachting hope for : ambiëren hope for : dingen naar hope for : najagen hope for : nastreven hope for : streven naar hopefully : hoopvol hopefully : hopelijk hops : hops : hop horde : bende horde : horde horizon : gezichtseinder horizon : horizon horizon : kim horizontal : horizontaal horizontal : horizontale horizontal : platliggend horizontal : waterpas hormone : hormoon horn : claxon horn : hoorn horn : horen horn : toeter hornbeam : haagbeuk horned viper : horenslang hornet : hoornaar hornet : horzel hornet : schapenhorzel horny : geil horny : hoornig horologist : horologe horologist : horoloog horology : horologie horoscope : horoscoop horrible : afgrijselijk horrible : afschuwelijk horrible : afzichtelijk horrible : akelig horrible : angstaanjagend horrible : angstwekkend horrible : beangstigend horrible : foeilelijk horrible : gruwelijk horrible : huiveringwekkend horrible : ijselijk horrible : luguber horrible : naar horrible : onaangenaam horrible : schrikaanjagend horrible : verdrietelijk horrible : verfoeilijk horrible : verschrikkelijk horrible : vervaarlijk horrible : vervelend horrible : vreselijk horror : afgrijzen horror : afschrik horror : afschuw horror : gruwel horror : gruweldaad horror : verschrikking horror : walging horror : weerzin horror : zielsangst horse : bok horse : paard horse : paarde- horse : paarden- horse : ros horse- : paarde- horse- : paarden- horse-chestnut : kastanje horse-chestnut : paardekastanje horse-fly : brems horse-fly : daas horse-fly : paardehorzel horse-radish : mierik horse-radish : mierikswortel horseman : ruiter horsepower : paardekracht horsepower : paardenkracht horseradish : boerenradijs horseradish : mierik horseradish : mierikswortel horseshoe : hoefijzer horsewoman : amazone hospitable : gastvrij hospitable : herbergzaam hospital : gasthuis hospital : hospitaal hospital : ziekenhuis hospitality : gastvrijheid host : gastheer host : herbergier host : logementhouder host : waard hostage : garant hostage : gijzelaar hostel : herberg hostel : logement hostel : pension hostess : gastvrouw hostess : waardin hostile : vijandelijk hostile : vijandig hostile : vijandige hostilities : vijandelijkheden hostility : vijandigheid hot : gloeiend hot : heet hot : smoorheet hot : snikheet hot chocolate : warme choco hot season : hete seizoen hot-headed : heethoofdig hotchpotch : allegaartje hotel : hotel hothead : driftkikker hothead : heethoofd hound : jachthond hour : stonde hour : uur hour's : -urig hourglass : zandloper houri : hoeri houri : houri hours' : -urig house : huis house : pand house arrest : huisarrest house charge : bedieningsgeld house mouse : huismuis house music : house house of commons : lagerhuis house of correction : bagno house of correction : tuchthuis house of ill fame : bordeel house of ill fame : hoerenkast house of ill fame : huis van plezier house of lords : hogerhuis house of worship : bedehuis house of worship : kerk house of worship : kerkgebouw house to let : huurhuis house- : huis- house-owner : huiseigenaar housed : behuisd housed : gehuisvest housed : wonend housed : woonachtig housefly : vlieg housekeeper : huishoudster housewife : huisvrouw housewife : vrouw des huizes housing estate : woonwijk hovel : kavalje hovel : kot hovel : krot hovel : rothuis hover : zweven how : hoe how : op welke manier how : op welke wijze how : wat how are you : hoe gaat het? how are you : hoe gaat hoe is het? how are you? : hoe gaat het? how are you? : hoe maakt u het? how do you do? : hoe gaat het? how do you do? : hoe maakt u het? how far : hoever how long : hoelang how long : voor hoelang how long? : hoelang? how many : hoeveel how many : hoeveelste how much : hoeveel how old are you? : hoe oud ben je? how old are you? : hoe oud bent u? however : daarentegen however : echter however : eender hoe however : maar however : niettemin however : toch howl : brullen howl : bulderen howl : daveren howl : huilen howl : kreet howl : loeien hub : bus hub : naaf hub-cap : naafdop hub-cap : wieldop huddle : hokken huddle : samenleven hue : nuance hue : nuancering hue : schakering hue : tint hug : knuffelen hug : omarmen hug : omhelzen hug : omklemmen hug : omknellen hug : omspannen hug : omvademen hug : omvatten huge : enorm huge : geweldig huge : gigantisch huge : kolossaal huge : ontzaglijk huge : reusachtig huge : reusachtige hula hoop : hoelahoep hula hoop : hoepel hull : bodem hull : casco hull : romp hull : scheepsromp hum : brommen hum : gonzen hum : razen hum : snorren hum : suizelen hum : suizen hum : tuiten hum : zoemen human : mens human : menselijk human being : mens human race : mensdom human race : mensheid human rights : rechten van de mens humane : humaan humane : menselijk humanism : humanisme humanist : humanist humanity : humaniteit humanity : mensdom humanity : menselijkheid humanity : mensengeslacht humanity : mensheid humanity : menslievendheid humanoid : humanoïde humble : deemoedig humble : nederig humble : onderdanig humble oneself : zich vernederen humid : vochtig humid : vochtige humidity : vochtigheid humiliate : vernederen humiliating : beschamend humiliating : vernederend humiliation : vernedering humility : deemoed humility : nederigheid humility : ootmoed hummingbird : kolibrie humongous : enorm humongous : gigantisch humor : humor humour : gemoedsgesteldheid humour : humeur humour : humor humourous : humoristisch hump : bochel hump : bult humus : humus humus : teelaarde hunch-backed : gebocheld hunchback : bultenaar hunchback : gebochelde hundred : honderd hundred thousand : honderdduizend hundreds and thousands : hagelslag hundreds and thousands : spikkels hunger : honger hunger : honger hebben hunger : hongeren hungry : hongerig hunk : bink hunt : bejagen hunt : jacht hunt : jacht maken op hunt : jagen hunt after : najagen hunt after : nastreven hunt for : najagen hunt for : nastreven hunter : jager hurdy-gurdy : draaiorgel hurdy-gurdy : pierement hurray : hoera hurricane : orkaan hurried : gehaast hurried : haastig hurriedly : gehaast hurriedly : haastig hurriedly : inderhaast hurry : dringen hurry : haast maken hurry : haasten hurry : jachten hurry : spoed maken hurry : tot haast aanzetten hurry : urgent zijn hurry : voortmaken hurry : zich haasten hurry : zich spoeden hurst : horst hurt : benadelen hurt : bezeren hurt : duperen hurt : kwetsen hurt : pijn doen hurt : pijn veroorzaken hurt : pijndoen hurt : verwonden hurt : wonden hurt : zeer doen husband : echtgenoot husband : gemaal husband : man husband : zuinig beheren hush up : in de doofpot stoppen husk : dop husk : schaal husk : schil husk : schors husked rice : gepelde rijst hussar : huzaar hustler : energiek iemand hustler : energiek persoon hut : hut hut : stulp hyaena : hyena hybrid : bastaard- hybrid : hybride hybrid : hybridisch hybrid : kruising hydrochloric acid : zoutzuur hydrodynamics : hydrodynamica hydrogen : waterstof hydrogen bomb : H-bom hydrogen bomb : waterstofbom hydrogen peroxide : waterstofperoxide hydrogen peroxide : zwaar water hyena : hyena hygiene : hygiëne hygienic : hygiënisch hygienic : sanitair hymen : maagdenvlies hymn : hymne hymn : kerkgezang hymn : lofzang hyperbola : hyperbool hyperbole : hyperbool hypertension : hypertensie hypertrophy : hypertrofie hyphen : koppelteken hyphen : verbindingsstreepje hyphenation : woordafbreking hyphenation : woordsplitsing hypnosis : hypnose hypnotic trance : hypnose hypnotist : hypnotiseur hypnotize : biologeren hypnotize : hypnotiseren hypocorism : hypokorisme hypocorism : koosnaam hypocorism : koosnaampje hypocrisy : huichelarij hypocrite : huichelaar hypocrite : hypocriet hypocrite : veinzer hypocritical : gehuicheld hypocritical : geveinsd hypocritical : huichelachtig hypocritical : hypocriet hypotension : hypotensie hypothesis : hypothese hypothesis : onderstelling hypothesis : veronderstelling hypothesize : veronderstellen hypothetical : hypothetisch hysterectomy : hysterectomie hysteria : hysterie hysterical : hysterisch i : ik i don't know : ik weet het niet i don't understand : ik begrijp het niet i hate you : ik haat je i hate you : ik haat u i love you : ik houd van je i'm fine : met mij gaat het goed i'm in love with you : ik ben verliefd op je ibex : ibex ibex : steenbok ibis : ibis ice : consumptie-ijs ice : glaceren ice : ijs ice : ijsco ice : ijsje ice : koudmaken ice cream : ijs ice cream : ijsje ice cream : roomijs ice dancing : ijsdansen ice skate : schaats iceberg : ijsberg icebreaker : ijsbreker icecream : consumptie-ijs icecream : ijs icecream : ijsco icecream : ijsje ichthyological : viskundig ichthyology : ichtyologie ichthyology : viskunde icicle : ijskegel icicle : ijspegel icicle : pegel icing : glacé icon : icoon icon : idool icon : pictogram iconoclasm : beeldenstorm iconoclast : beeldenstormer icy : ijs- icy : ijskoud icy : ijzig idea : begrip idea : benul idea : denkbeeld idea : gedachte idea : idee idea : ingeving idea : opvatting idea : voorstelling ideal : ideaal ideal : perfect ideal : perfectie ideal gas : ideaal gas idealist : idealist identical : identiek identical : identieke identify : determineren identify : identificeren identify : vereenzelvigen identify : zich identificeren met identity : identiteit identity matrix : eenheidsmatrix identity theft : identiteits diefstal ideology : ideologie idiocy : idiotie idiocy : idiotisme idiom : idioom idiom : idiotisme idiom : taaleigen idiosyncrasy : eigenaardigheid idiosyncrasy : idiosyncrasie idiosyncratic : eigenzinnig idiot : idioot idiot : zwakhoofd idiotic : idioot idol : afgod idol : afgodsbeeld idol : idool idol worship : afgodendienst idol worship : afgoderij idolator : afgodendienaar idolator : heiden idolator : paganist idolatry : afgodendienst idolatry : afgoderij idyll : idylle if : als if : indien if : ingeval if : wanneer if only : was het maar zo dat or use auxiliary with inversion and if the occasion arises : bij voorkomende gelegenheden if the occasion arises : eventueel if the occasion arises : mogelijkerwijs ignition : ontbranding ignition : ontsteking ignition : vonkontsteking ignore : negeren ignore : onder tafel schuiven ignore : passeren ignore : wegcijferen iguana : leguaan il- : im- il- : in- il- : on- ileum : ileum ileum : kronkeldarm ill : misselijk ill : naar ill : ziek ill fate : lot ill fate : noodlot ill humor : spleen ill humor : zwaarmoedigheid ill humour : spleen ill humour : zwaarmoedigheid ill-fated : fataal ill-fated : funest ill-fated : noodlottig ill-treat : mishandelen illative case : illatief illegal : illegaal illegal : onwettig illegible : onleesbaar illegitimate : onwettig illiteracy : analfabetisme illiterate : analfabeet illiterate : analfabetisch illiterate : ongeletterd illness : aandoening illness : ziekte illuminate : aansteken illuminate : belichten illuminate : illumineren illuminate : verlichten illuminate : voorlichten illusion : begoocheling illusion : drogbeeld illusion : illusie illusion : waan illusion : zinsbedrog illustrate : duidelijk maken illustrate : illustreren illustrate : veraanschouwelijken illustrate : verluchten illustration : illustratie illustration : verluchting im- : im- im- : in- im- : on- image : afbeelding image : beeld image : beeldkopie image : beeltenis image : figuur image : gelijkenis image : perceptie image : plaat image : plaatje image : prent image : voorstelling imaginary : denkbeeldig imaginary : verzonnen imaginary number : imaginair getal imagination : fantasie imagination : inbeelding imagination : verbeelding imagine : bedenken imagine : inbeelden imagine : zich verbeelden imagine : zich voorstellen imam : imam imbecile : imbeciel imcompatible : onverenigbaar imitate : imiteren imitate : nabootsen imitate : nadoen imitation : imitatie imitation : nabootsing imitation : namaak imitation : navolging immaterial : lauw immaterial : onverschillig immeasurable : onmeetbaar immediate : direct immediate : directe immediate : ogenblikkelijk immediate : onmiddellijk immediate : prompt immediately : aanstonds immediately : dadelijk immediately : direct immediately : meteen immediately : onmiddellijk immediately : op staande voet immediately : op stel en sprong immediately : schielijk immediately : subiet immediately : terstond immediately : zo immediately : zonder verwijl immense : enorm immense : geweldig immense : gigantisch immense : immens immense : onmetelijk immensely rich : schatrijk immerse : indompelen immerse : indopen immerse : onderdompelen immerse : soppen immigrant : immigrant immigrate : immigreren imminent : dreigend imminent : imminent immodest : onbescheiden immortal : onsterfelijk immortal : onsterfelijke immune : immuun immune : onvatbaar immune : resistent immunity : immuniteit imp : aardmannetje imp : kabouter imp : kobold impact : invloed impala : impala impale : spietsen impartial : afzijdig impartial : neutraal impartial : onpartijdig impartial : partijloos impartiality : onpartijdigheid impatience : ongeduld impatient : duldeloos impatient : ongeduldig impeach of : beschuldigen van impede : belemmeren impede : obstructie voeren impede : opstoppen impede : verstoppen impediment : belemmering impediment : hindernis impediment : hinderpaal impediment : obstakel impediment : obstructie impediment : verstopping impel : aandrijven impel : aansporen impel : aanvuren impel : aanwakkeren impel : drijven impel : opjagen impel : opwekken impel : stuwen impel : voortdrijven impel : zwepen impenetrable : ondoordringbaar imperative : gebiedende wijs imperative : must imperative : noodzakelijk imperfect : onvoltooid verleden tijd imperialism : imperialisme imperialist : imperialist impersonal subject : loos onderwerp impertinence : brutaliteit impertinence : hondsheid impertinence : vrijpostigheid impertinent : brutaal impertinent : onbeschaamd impertinent : vrijpostig impetus : aandrang impetus : aandrift impetus : aansporing impetus : drang impetus : heftigheid impetus : impuls impetus : onstuimigheid impetus : opwelling impetus : prikkel impetus : prikkeling impetus : stimulatie impetus : stuwing impetus : vuur implement : gereedschap implement : hulpmiddel implement : implementeren implement : toepassen implement : uitvoeren implement : uitwerken implement : werktuig implementation : implementatie implementation : uitvoering implicate : betrekken implicate : verstrikken implicate : verwarren implicate : verwikkelen implore : afsmeken imply : beduiden imply : betekenen imply : impliceren imply : inhouden imply : insluiten imply : laten doorschemeren imply : suggereren impolite : onbeleefd import : importeren import : invoeren important : belangrijk important : erg important : ernstig important : voornaam important : zwaar important : zwaarwichtig impose : forceren impose : opdringen impose upon : zich opdringen imposing : imponerend imposing : indrukwekkend impossible : onbestaanbaar impossible : onmogelijk impossible : uitgesloten impossibly : met geen mogelijkheid impossibly : onmogelijk imposter : bedrieger imposter : charlatan imposter : kwakzalver imposter : wonderdokter impostor : bedrieger impostor : oplichter impotent : impotent impoverish : verarmen impoverishment : verarming impracticable : onbegaanbaar impracticable : onberijdbaar impracticable : onuitvoerbaar impractical : onpraktisch impress : imponeren impress : indruk maken op impressible : gevoelig impressible : ontvankelijk impressible : receptief impressible : vatbaar impression : belichting impression : effect impression : impressie impression : indruk impressionism : impressionisme impressionist : impressionist impressive : imposant impressive : indrukwekkend impressive : onder de indruk imprint : afdruk imprint : spoor imprison : gevangen zetten imprison : opsluiten imprisonment : gevangenschap improper : onfatsoenlijk improper : onjuist improve : beter maken improve : beteren improve : verbeteren improve : veredelen improvement : verbetering impudence : brutaliteit impudent : brutaal impulse : aandrang impulse : aandrift impulse : drang impulse : impuls impulse : opwelling impulse : stuwing impulsive : impulsief impulsive : impulsieve impulsive : luchthartig impulsive : luchtig impure : onzuiver impurity : onzuiverheid imputation : aantijging in : aan in : binnen in : in in : per in : te in Arabic : in het Arabisch in Arabic : op zijn Arabisch in English : in het Engels in English : op zijn Engels in a hurry : gehaast in a hurry : haastig in a hurry : inderhaast in a nutshell : in een notendop in a way : als in a way : als het ware in a way : of alsof in abeyance : opgeschort in abeyance : uitgesteld in abeyance : verdaagd in accordance with : blijkens in accordance with : conform in accordance with : in overeenstemming met in accordance with : overeenkomstig in accordance with : volgens in action : actief in action : bedrijvend in action : bedrijvig in action : bedrijving in action : werkdadig in action : werkend in action : werkzaam in addition : bovendien in addition : buitendien in addition : daarbij in addition : daarenboven in addition : extra in addition : op de koop toe in addition : verder in addition : voorts in advance : vooraf in advance : vooruit in all : bij elkaar in all : in totaal in all : totaliter in all respects : alleszins in another way : anders in another way : op een andere manier in anticipation of : in afwachting van in any event : in elk geval in any event : in ieder geval in case : in het geval dat in cash : baar in cash : cash in cash : contant in charge : bevelvoerend in cold blood : in koelen bloede in command : bevelvoerend in common : gemeen(schappelijk) in consequence of : ingevolge in consequence of : ten gevolge van in custody : in hechtenis in detail : rijpelijk in distress : benard in distress : benepen in distress : in verlegenheid in easy circumstances : bemiddeld in easy circumstances : gegoed in easy circumstances : gezeten in easy circumstances : welgesteld in every respect : alleszins in every way : alleszins in every way : op alle manieren in every way : op alle wijzen in exchange for : jegens in exchange for : met in exchange for : tegen in exchange for : tegenaan in exchange for : tegenover in exchange for : versus in fact : feitelijk in fact : inderdaad in fact : metterdaad in fact : waarachtig in fact : waarlijk in fact : warempel in fact : werkelijk in fashion : in de mode in fashion/in vogue : in de mode in favor of : ten gunste van in favour of : ten gunste van in front of : voor in good condition : in goede staat verkerend in love : gek van in love : verliefd in love : verliefd op in my opinion : mijns inziens in my view : mijns inziens in no way : geenszins in no way : in geen geval in no way : op geen enkele wijze in one's absence : bij verstek in order to : om in order to : om te in order to : per in order to : tegen in order to : ten einde te in order to : voor in other words : met andere woorden in person : in het vlees in person : persoonlijk in principle : in beginsel in principle : in principe in question : betrokken in question : bewust in question : desbetreffend in question : in kwestie in rows : in de rij in rows : in een rij in rows : in rijen in short supply : karig in short supply : schaars in short supply : schraal in short supply : schriel in spite of : in weerwil van in spite of : niettegenstaande in spite of : ondanks in spite of : ten spijte van in spite of : trots in spite of/despite : ondanks in succession : achter elkaar in that way : aldus in that way : dus in that way : in dier voege in that way : op die wijze in that way : zo in that way : zodanig in that way : zodoende in the Cuban way : op zijn Cubaans in the absence of : bij gebrek aan in the absence of : in afwezigheid van in the abstract : in theorie in the abstract : theoretisch in the beginning : aanvankelijk in the beginning : in het begin in the circumstances : al naar het valt in the circumstances : naar de omstandigheden in the daytime : overdag in the evening : 's avonds in the final analysis : netjes in the flesh : in het vlees in the flesh : persoonlijk in the long run : op termijn in the long run : uiteindelijk in the meantime : daarentegen in the meantime : inmiddels in the meantime : intussen in the meantime : vast in the meantime : voorlopig in the meantime : zolang in the middle of : in het midden van in the middle of : medio in the middle of : midden in the middle of : middenin in the middle of : te midden van in the morning : 's morgens in the morning : 's ochtends in the nick of time : op het nippertje in the presence of : in aanwezigheid van in the rear : aan het einde in the rear : achteraan in this manner : aldus in this manner : op deze manier in this manner : op deze wijze in this manner : zo in this way : aldus in this way : op deze manier in this way : op deze wijze in this way : zo in time : bijtijds in time : op tijd in time : tijdig in turn : beurtelings in turn : bij toerbeurt in turn : om de beurt in turn : op de beurt in turn : op de rij af in vain : tevergeefs in vogue : in de mode in what way : hoe in what way : op welke manier in what way : op welke wijze in which : waarin in which : waarop in working order : bedrijfsklaar in- : im- in- : in- in- : on- in-law : aangetrouwd familielid in-law : schoonfamilie in-line skate : skeeler inaccessible : ongenaakbaar inaccessible : ontoegankelijk inaccuracy : onnauwkeurigheid inadequate : onvoldoende inaugural : inaugureel inaugurate : inaugureren inaugurate : inwijden inaugurate : onthullen inauguration : inauguratie inauguration : inwijding inborn : aangeboren inborn : ingeboren inbred : aangeboren inbred : ingeboren incandescent : witgloeiend incarnation : incarnatie incarnation : vleeswording incendiary : brandstichtend incendiary bomb : brandbom incense : vertoornen incense : wierook incensory : wierookvat inception : begin incest : bloedschande incest : incest inch : inch : duim inch : haarbreed incident : incident incident : voorval incidental : bij- incidental : minder belangrijk incidental : ver incidental : zij- incidental : zijdelings incinerate : verassen incinerate : verbranden incite : aanstoken incite : aanzetten incite : agiteren incite : de sporen geven incite : irriteren incite : op stang jagen incite : ophitsen incite : opruien incite : opstoken incite : opwinden incite : prikkelen incite : provoceren incite : sarren incite : schudden incite : tarten incite : tergen incite : uitdagen incite : uitlokken incite : uittarten incitement : aansporing incitement : prikkel incitement : prikkeling incitement : stimulatie inclination : aanvechting inclination : lust inclination : neiging inclination : zin incline : buigen incline : doen overhellen incline : geneigd zijn incline : geneigd zijn tot incline : neigen inclined : genegen inclined : geneigd inclined : gezind inclined plane : hellend vlak inclined to travel : reislustig include : behelzen include : betrekken include : bevatten include : bijvoegen include : inhouden include : insluiten include : invoegen included : inclusief including : inbegrepen including : incluis including : inclusief including : met inbegrip van including : tot en met inclusive : inclusief inclusively : inbegrepen inclusively : incluis inclusively : inclusief inclusively : met inbegrip van inclusively : tot en met incoherent : onsamenhangend income : inkomen income : inkomsten income : ontvangst income : opbrengst income : recette income : rente income : verdienste incompatible : onverenigbaar incompetence : incompetentie incompetence : onbekwaamheid incompetent : onbekwaam incomplete : incompleet incomplete : onvolledig incomprehensible : onbegrijpelijk inconceivable : onbegrijpelijk inconceivable : ondoorgrondelijk inconsistency : inconsequentheid inconsistent : inconsequent inconvenience : ongemak inconvenience : verstoring inconvenient : lastig inconvenient : moeilijk inconvenient : ongeschikt inconvenient : slim inconvenient : zwaar incorrect : fout incorrect : mis incorrect : onjuist incorrect : verkeerd incorrigible : onverbeterbaar incorrigible : onverbeterlijk increase : aangroei increase : aangroeien increase : aanwakkeren increase : groeien increase : opdrijven increase : ophogen increase : oplopen increase : rijzen increase : sterker worden increase : stijgen increase : toename increase : toenemen increase : uitbouwen increase : uitbouwing increase : uitbreiden increase : vergroten increase : vergroting increase : verheffen increase : verhogen increase : vermeerderen increase : vermeerdering increasingly : in toenemende mate increasingly : meer en meer increasingly : steeds ...er increasingly : steeds meer incredible : onaannemelijk incredible : ongelofelijk incredible : ongelooflijk incredibly insolent : hondsbrutaal incredibly insolent : onbeschoft incredulity : ongelovigheid incubate : broeden incubate : broeden op incubate : koesteren incubus : angstdroom incubus : incubus incubus : nachtduivel incubus : nachtmerrie incurable : ongeneeslijk incus : aanbeeldbeentje incus : aanbeeldsbeentje incus : gehoorbeentje indecision : besluiteloosheid indecision : wankelmoedigheid indecisive : besluiteloos indecisive : onzeker indecisive : wankel indecisive : wankelbaar indecisive : wankelmoedig indeed : echt indeed : feitelijk indeed : immers indeed : inderdaad indeed : metterdaad indeed : naar waarheid indeed : toch indeed : waarachtig indeed : waarlijk indeed : wel indeed : werkelijk indeed : wezenlijk indeed : zeker indefinite article : lidwoord van onbepaaldheid indefinite article : onbepaald lidwoord indefinite pronoun : onbepaald voornaamwoord indent : inspringen independant : onafhankelijk independant : zelfstandig independence : onafhankelijkheid independent : onafhankelijk indescribably : onbeschrijflijk index : aanduiding index : aanwijzing index : index index : indexeren index : inhoud index : inhoudsopgave index : lijst index : register index : tabel index : tafel indicate : aanduiden indicate : aangeven indicate : aanwijzen indicate : een teken geven indicate : kenmerken indicate : laten zien indicate : merken indicate : tekenen indicate : tentoonspreiden indicate : tonen indicate : uitduiden indicate : uitwijzen indicate : vertonen indicate : wijzen indication : aanduiding indication : aanwijzing indication : omen indication : teken indication : voorbode indication : voorteken indicative : aantonende wijs indicative : indicatief indicative mood : aantonende wijs indicative mood : indicatief indict for : beschuldigen van indictment : aanklacht indictment : beschuldiging indictment : telastlegging indictment : tenlastelegging indifference : flegma indifference : onverschilligheid indifferent : lauw indifferent : onverschillig indigence : behoeftigheid indigence : pauperisme indigenous : autochtoon indigenous : oorspronkelijk indigestion : dyspepsie indigestion : indigestie indigestion : slechte spijsvertering indignant : verontwaardigd indignation : verontwaardiging indigo : indigo indigo : indigoblauw indigo : indigoblauwe indirect free kick : onrechtstreekse vrije trap indirect object : meewerkend voorwerp indispensable : onmisbaar indispensable : onontbeerlijk indistinct : duister indistinct : onduidelijk indistinct : troebel indistinct : vaag indium : indium individual : enkeling individual : hoofdelijk individual : individu individual : individueel individual : individuele individual : sujet indivisible : ondeelbaar induce : afleiden induce : besluiten induce : concluderen induce : een gevolgtrekking maken induce : ertoe brengen inducement : aanleiding indulge : ontzien indulge : sparen indulge : toegeeflijk zijn voor indulge : zich laten vermurwen indulge in : zich overgeven aan indulgence : aflaat industrial : industrie- industrial : industrieel industrial branch : bedrijfstak industrial output : industriële produktie industrialist : industrieel industrious : ijverig industrious : naarstig industrious : nijver industrious : vlijtig industry : ijver industry : industrie industry : naarstigheid industry : nijverheid industry : sector industry : vlijt industry : werklust inebriety : beschonkenheid inebriety : dronkenschap inebriety : roes inebriety : zatheid inebriety : zwijmel inert : bewegingloos inert : energieloos inert : traag inertia : inertie inertia : traagheid inevitable : onvermijdelijk inexpensive : goedkoop inexpensive : goedkope inexperienced : groen inexperienced : onervaren inexplicable : onverklaarbaar inexpressibly : onuitsprekelijk infant : baby/peuter infant : kind infant : zuigeling infant in arms : bakerkind infantile : infantiel infantry : infanterie infantry : voetvolk infect : aansteken infect : besmetten infect : infecteren infect : verpesten infected : bederf veroorzakend infected : besmet infected : geïnfecteerd infected : septisch infection : besmetting infection : infectie infectious : aanstekelijk infectious : besmettelijk infectious : verpestend infer : afleiden infer : besluiten infer : concluderen infer : een gevolgtrekking maken inference : conclusie inference : gevolgtrekking inferior : inferieur inferior : minderwaardig inferior : ondeugdelijk infernal : duivels infernal : hels infernal : infernaal infertile : onvruchtbaar infertile : schraal infertile : steriel infertility : onvruchtbaarheid infest : onveilig maken infestation : plaag infidelity : ontrouw infinite : oneindig infinitive : infinitief infinitive : onbepaalde wijs infirm : gebrekkig infirm : verminkt infirmity of purpose : besluiteloosheid infirmity of purpose : wankelmoedigheid infix : infix infix : tussenvoegsel inflamed : ontstoken inflammable : ontvlambaar inflammation : ontsteking inflammatory : opruiend inflate : doen zwellen inflate : opblazen inflate : oppompen inflated : opgeschroefd inflation : inflatie inflection : bocht inflection : buigpunt inflection : verbuiging influence : beïnvloeden influence : invloed influence : invloed hebben op influence : inwerking influenza : griep influenza : influenza influx : toestroom inform : aankondigen inform : berichten inform : in kennis stellen inform : informeren inform : inlichten inform : mededelen inform : meedelen inform : verwittigen inform : voorlichten information : bericht information : informatie information : inlichting information : terechtwijzing information : verwittiging infuse : aftrekken infuse : laten trekken infuse : zetten infusion : aftreksel infusion : zetsel ingenious : geniaal ingot : baar ingot : staaf ingredient : bestanddeel ingredient : component ingredient : ingrediënt inhabit : bewonen inhabitant : bewoner inhabitant : ingezetene inhabitant : inwoner inhale : inademen inhale : ophalen inherit : beërven inherit : erven inheritance : boedel inheritance : erfdeel inheritance : erfenis inheritance : erfstuk inheritance : versterf inheritance : versterving inhibit : belemmeren inhibit : beletten inhibit : doorkruisen inhibit : storen inhibit : stremmen inhibit : verhinderen inhibit : verhoeden inhibited : geremd inhibition : remming initial : aanvangs- initial : aanvankelijk initial : begin- initial : beginletter initial : initiaal initial : voorletter initial cost : aanloopkosten initial costs : aanloopkosten initial deposit : aanbetaling initial stage : aanloopperiode initial velocity : aanvangssnelheid initial velocity : beginsnelheid initiate : de stoot geven tot initiate : het initiatief nemen tot inject : injecteren inject : inspuiten injection : injectie injection : inspuiting injection : spuitje injure : bederven injure : benadelen injure : beschadigen injure : duperen injure : havenen injure : schenden injure : stukmaken injure : toetakelen injured : gewond injury : blessure injury : kwetsuur injury : verwonding injury : wond injury time : blessuretijd injustice : onrechtvaardigheid ink : inkt ink : inkten ink-well : inktkoker ink-well : inktpot inkpot : inktkoker inkpot : inktpot inkwell : inktpot inlet : fjord inmate : gedetineerde inmate : gevangene inn : herberg inn : logement inn : uitspanning innate : aangeboren innate : ingeboren inner : binnenlands inner : binnenste inner : intern inner : inwendig inner tube : binnenband innkeeper : herbergier innkeeper : logementhouder innkeeper : waard innocence : onbedorvenheid innocence : onschuld innocence : schuldeloosheid innocent : onbedorven innocent : onnozel innocent : onschuldig innocent : schuldeloos innovate : vernieuwen innovation : innovatie innovation : vernieuwing innovative : vernieuwend inoculate : enten inoculate : inenten inoculate : oculeren inoffensive : argeloos inordinate : buitensporig inordinate : excessief inordinate : extreem inordinate : verregaand inorganic : anorganisch input : ingeven input : invoer inquest : lijkschouwing inquire : informeren inquiry (into) : onderzoek (naar) inquiry : enquête inquiry : verzoek om informatie inquiry-office : informatiebureau inquisitive : benieuwd inquisitive : nieuwsgierig inquisitive : weetgierig inquisitively : met nieuwsgierigheid inquisitively : nieuwsgierig insane : dol insane : dolzinnig insane : gek insane : krankzinnig insane : stapel insane : uitzinnig insane : waanzinnig insane asylum : gekkenhuis insanity : gekheid insanity : gekte insanity : krankzinnigheid insanity : uitzinnigheid insanity : waanzin insanity : zinneloosheid insanity : zinsverbijstering insatiable : onlesbaar inscription : inscriptie insect : insect insect : insekt insect : nietsnut insect repellent : afweermiddel tegen insekten insecticide : insecticide insectivore : insecteneter insectivore : insectivoor insemination : inseminatie inseparable : onafscheidelijk insert : indoen insert : inleggen insert : inschuiven insert : insteken insert : instoppen insert : invoegen insert : inzetten insert : steken insert : tussenvoegen inside : aan inside : binnen inside : binnenin inside : binnenlands inside : binnenste inside : binnenwaarts inside : binnenwerk inside : daarbinnen inside : in inside : ingewand inside : intern inside : inwendig inside : inwendige inside : naar binnen inside : per inside : te inside out : binnenstebuiten insidious : arglistig insignia : blazoen insignia : insigne insignia : wapen insignificant : beuzelachtig insignificant : insignificant insignificant : luizig insignificant : onbeduidend insignificant : onbelangrijk insignificant : onbelangrijke insignificant : onbetekenend insignificant : onnozel insignificant : zinledig insignificant : zinloos insincere : onoprecht insinuate : insinueren insist : aandringen insist on : aandringen op insist on : erop staan insistence : aandrang insolence : brutaliteit insolent : brutaal insolvable : onoplosbaar insomnia : slapeloosheid inspect : inspecteren inspect : inspectie houden inspect : schouwen inspect : visiteren inspection : inspectie inspection : keuring inspection : onderzoek inspection : schouw inspection : schouwing inspection : visitatie inspector : inspecteur inspector : opzichter inspiration : bezieling inspiration : ingeving inspiration : inspiratie inspire : aanvuren inspire : aanwakkeren inspire : aanzetten inspire : bezielen inspire : inboezemen inspire : inspireren inspire : verlevendigen inspiring : bezielend instability : instabiliteit install : aanleggen install : aansluiten install : fitten install : installeren install : opzetten install : zich installeren installment payment : afbetaling instalment : aanbetaling instalment : afbetalingstermijn instalment : aflevering instalment : annuïteit instalment : termijn instance : voorbeeld instant : dreigend instant : dringend instant : kant-en-klaar instant : kortstondig instant : moment instant : ogenblik instant : ogenblikkelijk instant : onmiddelijk instant : onmiddellijk instant : oogwenk instant : op handen zijnd instant : poosje instant : tel instant : tijdstip instant : wijl instant : wip instantly : dadelijk instantly : onmiddellijk instantly : op stel en sprong instantly : terstond instantly : zonder verwijl instead : in plaats daarvan instead : in plaats van instead of : in plaats van instead of : in stede van instigate : aansporen instigate : aanvuren instigate : aanwakkeren instigate : opwekken instigate : zwepen instigator : aanstichter instigator : aanstoker instigator : initiatiefnemer instigator : ophitser instigator : opstoker instinct : aandrift instinct : instinct institute : gesticht institute : inrichting institute : instituut institute : kostschool institution : instelling instruct : aanschrijven instruct : instrueren instruction : aanwijzing instruction : consigne instruction : instructie instruction : onderricht instruction : onderwijs instruction : ontwikkeling instructor : instructeur instructor : leraar instructor : onderwijzer instructor : schoolmeester instrument : instrument instrument : meetinstrument instrument : meter instrument : muziekinstrument instrument : werktuig instruments of murder : moordtuig insubordinate : ongehoorzaam insubordinate : ongezeglijk insubordinate : onwillig insubordinate : oproerig insubordinate : opstandig insubstantial : licht insufficient : onvoldoende insulate : afzonderen insulate : isoleren insulation : isolatie insulation : isolering insulator : isolator insult : affront insult : affronteren insult : beledigen insult : belediging insult : grieven insult : krenken insult : smaad insult : verongelijken insulted : beledigd insulted : gebelgd insulting : beledigend insulting : smadelijk insurance : assurantie insurance : verzekering insurance policy : polis insure : assureren insure : veilig stellen insure : verzekeren insurer : assuradeur insurer : verzekeraar insurer : verzekeringsagent insurgent : opstandeling insurgent : opstandig insurgent : weerstander insurrection : muiterij insurrection : opstand insurrection : rebellie intangible : ontastbaar intangible : ontastbare integer : geheel integer : geheel getal integer : heel integral : integraal integral : onaangetast integral : ongeschonden integrated circuit : IC integrated circuit : chip integrated circuit : geïntegreerd circuit integration : integratie intellect : geest intellect : intellect intellect : verstand intellectual : intellectueel intellectual : verstandelijk intellectual : verstandsmens intelligence : bevattingsvermogen intelligence : inlichtingen intelligence : inlichtingendienst intelligence : intelligentie intelligence : knapheid intelligence : snuggerheid intelligent : bevattelijk intelligent : intelligent intelligent : knap intelligent : snugger intelligibility : begrijpelijkheid intelligibility : verstaanbaarheid intelligible : begrijpelijk intend : bedoelen intend : beogen intend : mikken intend : mikken op intend : rooien intend : ten doel hebben intend : van plan zijn intend : voorhebben intend : voornemens zijn intend : zich voorstellen intense : fel intense : intens intense : intensief intense : sterk intensive : fel intensive : intens intensive : intensief intensive : sterk intention : bedoeling intention : bedoeling/plan intention : doel intention : plan intention : strekking intention : toeleg intention : voornemen intention : zin intentional : bedoeld intentional : moedwillig intentional : opzettelijk inter : begraven inter : ter aarde bestellen interbreed : inteelten intercede : voorspreken intercept : onderscheppen intercessor : advocaat intercessor : raadsman interchange : inruilen interchange : inwisselen interchange : ruilen interchange : uitwisselen interchange : verruilen interchange : wisselen intercourse : betrekkingen intercourse : geslachtsverkeer intercourse : sexuele betrekkingen interest : aangelegenheid interest : belang interest : belang inboezemen interest : belangstelling interest : interesse interest : interesseren interest : interest interest : rente interested : belangstellend interested : geïnteresseerd interested : geïnteresseerde interesting : belangwekkend interesting : curieus interesting : interessant interesting : typisch interesting : vreemd interesting : vreemdsoortig interface : interface interfere (in) : zich bemoeien met interfere with : storing veroorzaken interfere with : zich bemoeien met interference : bemoeienis interference : immenging interference : storing interior : binnenste interior : inwendige interjection : tussenwerpsel interment : begrafenis interment : graflegging interment : teraardebestelling intermission : pauze intermission : rust intermittent : hortend intermittent : intermitterend internal : binnenlands internal : binnenste internal : intern internal : inwendig internal combustion engine : explosiemotor internal combustion engine : verbrandingsmotor international : internationaal international : internationale international date line : internationale datumgrens international express : D-trein international express train : D-trein interpolation : interpolatie interpret : duiden interpret : interpreteren interpret : uitleggen interpret : verklaren interpret : vertolken interpretation : interpretatie interpretation : uitlegging interpretation : vertolking interpreter : interpreter interpreter : tolk interpreter : vertolker interpunction : interpunctie interpunction : punctuatie interrogate : een verhoor afnemen interrogate : ondervragen interrogate : overhoren interrogate : uithoren interrogate : uitvragen interrogate : verhoren interrogative : interrogatief interrogative : vraag interrogative : vraagwoord interrogative : vragend interrogative pronoun : vragend voornaamwoord interrupt : interrumperen interrupt : onderbreken interrupt : schorsen interruption : interruptie interruption : onderbreking interruption : schorsing intersection : doorsnede interval : interval interval : pauze interval : tussenruimte intervene : ingrijpen intervene : interveniëren intervene : tussenbeide komen interview : interview interview : interviewen interview : vraaggesprek interweave : aanelkaarweven interwove : weefde aan elkaar interwove : weefden aan elkaar intestine : darm intestine : ingewanden intestines : ingewanden intimacy : intimiteit intimate : gezellig intimate : innig intimate : intiem intimate : knus intimate : vertrouwelijk intimidate : intimideren intimidation : bangmakerij into : aan into : binnen into : in into : per into : te into the heights : de hoogte in intolerable : ondraaglijk intolerance : onverdraagzaamheid intolerant : onverdraagzaam intone : een lied aanheffen intone : inzetten intoxicate : bedwelmen intoxicated : beschonken intoxicated : dol intoxicated : dronken intoxicated : zat intoxicating liquor : bedwelmende drank intractable : balsturig intransitive : onovergankelijk intransitive verb : onovergankelijk werkwoord intrepid : brutaal intrepid : gedurfd intrepid : stout intrepid : stoutmoedig intrepid : vermetel intrepid : waaghalzerig intricate : ingewikkeld intrigue : bekonkelen intrigue : intrigeren intrigue : konkelen intriguing : intrigerend intrinsic : intrinsiek intro : intro introduce : aanbieden introduce : indienen introduce : introduceren introduce : presenteren introduce : spelen introduce : vertonen introduce : voorstellen introduction : inleiding introduction : introductie intrude : storen intrude : zich indringen intrude : zich opdringen intrude : zich teveel bemoeien met intruder : indringer intrusion : inbreuk inundate : inunderen invade : binnenrukken invade : binnenvallen invalid : ongeldig invasion : inval invasion : invasie invective : scheldwoord invective : schimpwoord invent : bedenken invent : bekokstoven invent : komen achter invent : uitdenken invent : uitkienen invent : uitvinden invent : verzinnen invention : uitvinding invention : vinding inventor : uitvinder inventorize : inventariseren inventory : boedel inventory : inventaris inverted comma : aanhalingsteken inverted commas : aanhalingstekens invest : beleggen invest : inhuldigen invest : investeren investigate : een onderzoek instellen investigate : exploreren investigate : nagaan investigate : onderzoeken investigate : uitvissen investigate : uitzoeken investigate : vorsen investigation : enquête investigation : examen investigation : keuring investigation : nauwkeurig onderzoek investigation : onderzoek investigation : speurtocht investigation : speurwerk investment : belegging investment : investering investor : belegger investor : investeerder invevitable : onvermijdelijk invincible : onbedwingbaar invincible : onoverwinnelijk invincible : onoverwinnelijke invisibility : onzichtbaarheid invisible : onzichtbaar invisible : onzichtbare invisibly : onzichtbaar invitation : invitatie invitation : uitnodiging invite : inviteren invite : noden invite : uitnodigen invite : vragen invite tenders for : aanbesteden invoice : declareren invoice : factureren invoice : factuur invoice : faktureren invoice : nota invoice : op een rekening schrijven invoice : rekening invoice : warenlijst invoke : aanroepen invoke : afsmeken invoke : oproepen invoke : praaien involve : inhouden involve : met zich meebrengen involved in : betrokken bij inwards : binnenwaarts inwards : naar binnen iodine : jodium ionizing : ioniserend ionizing : ioniserende iota : jota irascible : humeurig irascible : opvliegend irascible : prikkelbaar ire : toorn iridium : iridium iris : iris iris : lis iris : regenboogvlies iritis : iritis iritis : regenboogvliesontsteking iron : bout iron : gladstrijken iron : ijzer iron : ijzeren iron : strijkbout iron : strijken iron : strijkijzer iron age : ijzertijd iron clothes : gladstrijken iron clothes : strijken iron wire : ijzerdraad ironic : ironisch ironing : strijken ironing : strijkgoed ironing board : strijkplank ironwork : beslag irony : ironie irradiate : bestralen irradiation : bestraling irrational : irrationeel irrational : irrationele irrational : irreëel irrational : irreële irrational : onredelijk irrational : onredelijke irrational : onzinnig irrational : onzinnige irreconcilable : onverzoenlijk irregular : onregelmatig irrelevance : irrelevantie irrelevant : (on)belangrijk irresistible : onweerstaanbaar irresolute : besluiteloos irresolution : besluiteloosheid irresolution : wankelmoedigheid irrigate : begieten irrigate : besproeien irrigate : bevloeien irrigate : gieten irrigate : sproeien irrigate : wateren irritate : ergeren irritate : irriteren irritating : ergerlijk irritating : hinderlijk irritating : irritant irritation : ergernis irritation : irritatie is : is is it going to rain? : zou het gaan regenen? islam : islam islamic : islamitisch islamic : islamitische island : eiland island : eilanden island state : eilandstaat islander : eilander isn't it : is het niet isn't it : nietwaar isn't it : of niet isn't it? : is het niet? isn't it? : nietwaar? isn't it? : toch? isn't that so : is het niet isn't that so : nietwaar isn't that so : of niet isolate : afzonderen isolate : isoleren isolated : alleenstaand isolated : geïsoleerd isolation : afzondering isolation : isolatie isolation : isolement isolation : isolering isolationism : isolationisme isothermic : isotherm isothermic : isothermisch issue : afkondigen issue : emitteren issue : kwestie issue : nageslacht issue : nummer issue : proclameren issue : uitgeven issue : uitvaardigen issue : verkondigen issue : vraagstuk it : 't it : daar ... aan it : daaraan it : er ... aan it : er ... heen it : eraan it : erheen it : het it doesn't make sense : het is onbegrijpelijk it doesn't matter : dat geeft niet it doesn't matter : dat is niet erg it doesn't matter : het doet er niet toe it doesn't matter : het geeft niet it is my fault : het is mijn schuld it is rumoured that : naar verluidt it is understood that : naar verluidt it's a matter of : het gaat om it's a matter of : het gaat over italic : cursief italicise : cursiveren italicize : cursiveren italics : cursieve letters itch : jeuk itch : jeuk in de handen itch : jeuk in de vingers itch : jeuken itch : jeuken in de handen itch : jeuken in de vingers itch : kriebelen itch : krieuwelen itch : wriemelen item : (agenda)punt item : agendapunt item : artikel item : deel item : deeltje item : exemplaar item : item item : jaartelling item : koppeltje item : partikel item : punt itinerary : routebeschrijving itinerary : weg itinerary : wegbeschrijving its : de zijne its : haar its : hun its : zijn itself : vanzelf itself : zelf itself : zelve ivory : ivoor ivory : ivoorkleur ivory : ivoorkleurig ivory : ivoorkleurige ivory : ivoren ivory coast : ivoorkust ivy : klimop jack : jack : aansluiting jack : aansluitpunt jack : boer jack : dommekracht jack : ezel jack : jekker jack : krik jack : stekker jack : stopkontakt jack : vijzel jack : zot jack off : onaneren jack off : zich afrukken jack off : zich aftrekken jack-knife : zakmes jackal : jakhals jacket : buis jacket : colbert jacket : jasje jade : afbeulen jade : afjakkeren jade : afmatten jade : bittersteen jade : jade jade : jadegroen jade : jaden jade : nefriet jaguaro : jaguar jail : gevangen zetten jail : gevangenis jail : kerker jail : nor jail : opsluiten jake brake : motorrem jam : jam jam : marmelade jam : moes jammed : verstopt january : januari japanese : japanees japanese : japanese japanese : japanner jargon : Bargoens jargon : jargon jargon : taaltje jargon : vaktaal jaundice : geelzucht jaundice : groen en geel worden van nijd of afgunst over javelin : speer javelin : werpspeer javelin : werpspies jaw : kaak jaw : kakement jawbone : kaak jawbone : kaaksbeen jawbone : kakement jaws : afgrond jaws : bek jaws : muil jaws : opening jay : Vlaamse gaai jay : gaai jealous : afgunstig jealous : ijverzuchtig jealous : jaloers jealous : naijverig jealous of : jaloers (op) jealousy : afgunst jealousy : jaloersheid jealousy : jaloezie jealousy : naijver jeans : spijkerbroek jeer : beschimpen jeer : schimpen jeer at : beschimpen jeer at : bespotten jeer at : honen jeer at : schimpen jeer at : spotten jejunum : nuchtere darm